Techreuzen blijven winstmachines, maar er zijn ook vraagtekens
Gisteravond vlogen de miljarden ons weer om de oren. Drie techreuzen - Apple, Amazon en Alphabet (het moederbedrijf van Google) - maakten hun kwartaalcijfers bekend over de laatste drie maanden van vorig jaar. Vooral de cijfers van dat eerste bedrijf werden scherp in de gaten gehouden, want voor het eerst werd duidelijk of de veelbesproken iPhone X het goed doet.
Apple komt uit op een recordomzet van 88 miljard dollar (71 miljard euro) en een winst van 20 miljard dollar (16 miljard euro). Maar toch verkocht het minder iPhones dan verwacht - en minder dan vorig jaar. De verkoopperiode was wel een week korter was dan een jaar eerder. De iPhone X deed het volgens Apple wel erg goed. Tegelijkertijd verwacht het bedrijf komend kwartaal miljarden minder omzet dan waarop werd gehoopt.
Apple: twijfel over speaker
Over precies een week gaat een nieuw product van Apple in de verkoop: de HomePod. Het is een speaker waarbij Siri, de virtuele assistent van Apple is ingebouwd. Het moet daarmee een concurrent worden voor de Echo van Amazon en de Google Home.
Bij experts is in een toenemende mate een gevoel dat dit soort speakers een belangrijke onderdeel van de digitale toekomst kunnen worden.
Maar, sinds de presentatie van het product in juni vorig jaar is er twijfel of het apparaat van Apple wel echt met de twee andere partijen kan concurreren. Dat komt door de relatief hoge prijs (350 dollar) en het feit dat de speaker van Apple veel dingen níet kan die voor de concurrenten vrij gewoon zijn.
Amazon kan zijn geluk niet op, bleek bij de presentatie van de cijfers. Het bedrijf dat bekend werd als webwinkel, draait pas sinds het tweede kwartaal van 2015 structureel winst en komt dit keer uit op bijna 2 miljard dollar (1,59 miljard euro) winst, tegen een omzet van 60 miljard dollar (47,9 miljard euro). Het grootste deel van die winst komt overigens van Amazon Web Service, de clouddienst van het bedrijf waarmee ze geld verdienen aan het opslaan van data.
Amazon: de supermarkt die je volgt
Het bedrijf is de laatste tijd veel in het nieuws, dankzij een combinatie van slimme pr en opvallende ontwikkelingen. Zo heeft het bedrijf een wedstrijd gemaakt van het vinden van een nieuw hoofdkantoor, er zijn nog twintig steden kandidaat.
De 'winnaar' van die wedstrijd kan een investering van 5 miljard en 50.000 nieuwe banen verwachten (en dus veel extra inwoners voor de desbetreffende stad). Daarnaast heeft Amazon vorige week zijn kassaloze supermarkt opengesteld voor het publiek, ook dit is in de techwereld een veelbesproken onderwerp.
De supermarkt, Amazon Go, zit vooralsnog maar op één locatie in de wereld: bij het hoofdkantoor van het bedrijf in Seattle. Het idee is dat je, net als bij het ov, incheckt en vervolgens net als in ieder andere supermarkt gewoon kunt rondlopen en dingen uit het schap kunt halen. Maar in plaats van vervolgens in de rij te gaan staan voor een kassa, loop je gewoon met de producten naar buiten. Door een combinatie van heel veel camerasensoren en kunstmatige intelligentie weet het bedrijf toch wat je hebt gekocht.
Als laatste presenteerde ook Alphabet, het moederbedrijf van Google, de cijfers. Die bestaan overigens nog altijd in een ruime meerderheid uit de omzet en winst van de advertentiereus. Het bedrijf boekte een hogere omzet en kwam uit op 32 miljard dollar (25,5 miljard euro). Maar wel met een lagere winst dan verwacht: het scheelde 200 miljoen dollar. Dit was genoeg om het aandeel nabeurs het rood in te sturen.
Google: barsten in verdienmodel
Google is samen met Facebook de belangrijkste partij voor online advertenties. Ze hebben naar schatting samen tussen de 70 en 80 procent van de markt in handen. Maar, constateert zakensite Quartz, dit verdienmodel begint langzaam barsten te vertonen. Dat komt omdat mensen steeds vaker Google gebruiken via een mobiel apparaat. En daar verdient het bedrijf minder reclamegeld aan.
Daarnaast is Google de standaard zoekmachine in bijvoorbeeld iOS, de software van iPhones. De kosten om dat te mogen zijn vielen hoger uit en ook dat drukte de omzet.
Alphabet wil bewijzen dat het ook geld kan verdienen met andere producten, de zogeheten other bets. Denk bijvoorbeeld aan het zelfrijdende autobedrijf Waymo, hun Android-telefoons en dus die eerder genoemde slimme speaker. De omzet van deze andere projecten steeg flink, naar 4,7 miljard dollar, maar dit is nog slechts 15 procent van de totale omzet.
De drie bedrijven hebben qua cijfers weinig te vrezen: stuk voor stuk boeken ze mega-omzetten. Wel is er de laatste tijd steeds meer maatschappelijke druk op deze bedrijven:
Zo vroegen twee activistische aandeelhouders aan Apple om meer aandacht te geven aan smartphoneverslaving. Daarnaast lag het bedrijf onder vuur omdat het onduidelijk communiceerde over een functie die iPhones vertraagde om de batterij te sparen. Het bedrijf bood zijn excuses aan.
YouTube, waar Google eigenaar van is en uiteindelijk dus ook onder de Alphabet-paraplu valt, heeft al maanden te kampen met ongewenste content in allerlei vormen. Denk aan video's waarin kinderen mishandeld werden of extremisme.
Google moest, samen met Facebook en Twitter, tot nu toe vier keer uitleg komen geven aan het Amerikaanse Congres over hun hoe ze omgaan met die ongewenste content op hun platforms. En deze week waren Facebook en Google in de Tweede Kamer te gast om over hun marktdominantie vragen te beantwoorden.
Het geld klotst bij de techbedrijven nog altijd tegen de plinten. Hoe groot het succes van de techreuzen financieel ook is, ze zullen zich steeds vaker moeten afvragen welke rol ze spelen in de maatschappij. Want het is wel duidelijk dat daar steeds meer kritiek wordt geuit.