De sigaret: van alomtegenwoordig naar 'crimineel product'
Etienne Verschuren
redacteur Online
Etienne Verschuren
redacteur Online
De tijd dat een lid van het Koninklijk Huis met een tabaksproducent als kledingsponsor zonder problemen in het openbaar kon verschijnen, lijkt voorgoed voorbij. Steeds meer instanties sluiten zich aan bij een aangifte tegen de tabaksindustrie.
Toenmalig prins Willem-Alexander schaatste in 1986 de Elfstedentocht met sigarettenmerk Marlboro op zijn borst en rug. Dat was dan ook de tijd van roken in het openbaar vervoer, kroegen en restaurants. Even daarvoor mocht zelfs voor de klas nog worden gerookt, maar dat werd in 1978 verboden.
Dat roken diep met de Nederlandse cultuur is verweven, bleek wel uit de moeizame implementatie van het algehele rookverbod in de horeca. In 2008 werd een rookverbod ingesteld voor alle horecabedrijven. In 2011 werd een uitzondering gemaakt voor kleine cafés, pas in 2014 verviel ook die uitzondering.
Aanvankelijk richtte de kritiek zich vooral op roken in de openbare ruimte en cafés, later kwamen ook verkooppunten aan de beurt; zo besloten drogisterijen vorige maand te stoppen met de verkoop van rookwaar.
"De omslag kwam in 2002", zegt Marc Willemsen, bijzonder hoogleraar tabaksontmoediging aan de Universiteit Maastricht. "Toen werd roken op de werkplek verboden en mocht er geen reclame meer voor worden gemaakt." Omdat onder meer longartsen tot de conclusie kwamen dat het behandelen van longpatiënten dweilen met de kraan open was, zijn de pijlen nu gericht op de tabaksindustrie, zegt Willemsen.
Aangifte
Strafrechtadvocaat Bénédicte Ficq deed in 2016 namens artsen, maatschappelijke organisaties en patiënten aangifte tegen de tabaksindustrie. Vier tabaksfabrikanten zouden opzettelijk stoffen aan sigaretten toevoegen om het product verslavender te maken, iets wat door het RIVM wordt bevestigd. Zij klaagden de fabrikanten aan wegens zware mishandeling, opzettelijke benadeling en valsheid in geschrifte.
Peter Tak, emeritus hoogleraar strafrecht aan de Radboud Universiteiten Nijmegen, sprak in april 2016 van een "kansloze zaak", maar omdat steeds meer gezondheidszorgorganisaties zich aansloten bij de aangifte, denkt Tak dat de druk op justitie om een onderzoek in te stellen inmiddels wel is toegenomen. Het OM moet daarover nog een besluit nemen.
Vorig jaar besloot een artsenorganisatie zo'n 100.000 euro bij te dragen aan de kosten van het proces. Ook KWF Kankerbestrijding sloot zich aan. Onlangs deden het Antoni van Leeuwenhoek-ziekenhuis, dat gespecialiseerd is in de behandeling van kankerpatiënten, en de Nederlandse verslavingszorgsector hetzelfde. Verslavingsarts Robert van de Graaf sprak in het AD van de sigaret als crimineel product.
"Er verandert voor ons niets doordat meer partijen zich aansluiten", reageerde directeur van sigarettenbrancheorganisatie VSK Jan Hein Sträter. De VSK liet in een eerdere verklaring weten dat de tabaksproducten volgens de wetten en regels worden geproduceerd.
Uiteindelijk is tabak een product dat in de samenleving niet vol te houden is.
Tegenstanders van maatregelen tegen roken wijzen vooral op hun keuzevrijheid. Heb ik niet gewoon recht op een sigaret? En waarom wordt niet ook het drinken van alcohol verboden? "Uiteindelijk is tabak een product dat in de samenleving niet vol te houden is", zegt Willemsen, expert op het gebied van tabaksontmoediging. De vergelijking met alcohol vindt hij onjuist. "Anders dan bij alcohol, is verslaving bij roken de norm."
Dat mensen claimen recht te hebben op een vrije keuze, vindt hij ook twijfelachtig. "Roken heeft weinig met vrije keuze te maken. Velen beginnen op jonge leeftijd en komen er niet meer vanaf. Heel weinig rokers kunnen ervoor kiezen om het roken te laten."
Een rookverbod is volgens Willemsen bovendien ook financieel voordelig. "Uit onderzoek is gebleken dat de samenleving op lange termijn ook financieel beter wordt van het terugdringen van tabak."