De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) krijgt het flink te verduren in de eiercrisis. Er komt steeds meer kritiek op het optreden van de voedselwaakhond. Van Kamerleden tot getroffen pluimveehouders: ze zijn niet te spreken over de gang van zaken.
Volgens twee oud-bewindslieden is de oorzaak te vinden in de hevige bezuinigingsslag op de NVWA. "Het is een organisatie die het heel erg moeilijk heeft gehad. Reorganisatie op reorganisatie, veel bezuinigingen. En tegelijkertijd de politiek en de samenleving die hogere eisen stellen", zegt Henk Bleker (CDA), oud-staatssecretaris van Landbouw.
"Je kunt niet voor een dubbeltje op de eerste rang zitten", zegt Cees Veerman (CDA), oud-minister van Landbouw. "De bezuinigingen die de afgelopen jaren over de NVWA zijn uitgestort hebben tot gevolg dat er een boel kwaliteit verloren is gegaan. En de dienst onder spanning staat."
Budget opnieuw bezien
De oud-bewindslieden steken wel de hand in eigen boezem: ze zijn medeverantwoordelijk geweest voor deze bezuinigingen. Veerman was minister tussen 2002 en 2007, toen veel bezuinigingen en fusies werden ingezet, en Bleker was staatssecretaris van 2010 tot 2012.
Ze pleiten nu allebei voor extra geld voor de NVWA. "Ik denk dat we het budget voor de NVWA opnieuw moeten bezien. We willen alles weten, we kunnen alles meten, we willen iedereen geruststellen, dan moeten we ook een dienst optuigen die dat kan", zegt Veerman.
Spagaat tussen volksgezondheid en economisch belang
Volgens Marcel van Silfhout, schrijver van het boek Uitgebeend over voedselveiligheid, is het een grote fout geweest om in 2003 de voorgangers van de NVWA over te zetten van het ministerie van Volksgezondheid naar Economische Zaken.
"Dat was een grote schok voor de hele organisatie. En vervolgens ontstond er een spagaat tussen volksgezondheid en economische belangen, omdat er twee verantwoordelijke ministeries zijn, die ook nog eens vaak naar elkaar wijzen."
Hij vindt dat de politiek zelf verantwoordelijk is voor wat is gebeurd met de NVWA. "Die organisatie is in tien jaar tijd tot de grond toe afgebroken, door drastische bezuinigingen. Dat betekent minder mankracht, minder inspecties en veel minder laboratoria."
Meer toxicologen opleiden
Toxicoloog Martin van den Berg vindt dat ook de technische capaciteit van de NVWA omhoog moet. "Er moet de mogelijkheid zijn om in te springen op nieuwe zaken, zoals fipronil nu. Daarnaast denk ik dat ze meer toxicologen zouden moeten opleiden die voldoende inschatting kunnen maken van de risico's voor de volksgezondheid."
Dat geldt volgens Van Silfhout ook voor de top van de NVWA. Daar is volgens hem meer kennis en kunde nodig. "Tien, twintig jaar geleden waren die mensen goed onderlegd en hadden ze natuurlijk gezag. Tegenwoordig zitten er procesmanagers die niet echt verstand van zaken hebben."
Daar sluit ook oud-staatssecretaris Bleker zich bij aan. "Controleren en opsporen is echt een vak. Wat de NVWA doet, is vakwerk. In de top van die organisatie zie je steeds meer algemeen management, terwijl je daar ook mensen met vakkennis nodig hebt."
Geen extra onderzoek na tip
De NVWA kreeg in november 2016 al een anonieme tip dat er mogelijk fipronil werd gebruikt bij het reinigen van stallen. De voedselwaakhond heeft toen geen tests gedaan naar het luizenbestrijdingsmiddel. Dat bericht deed veel stof opwaaien.
In de Kamerbrief schrijven minister Edith Schippers en staatssecretaris Martijn van Dam vandaag dat er geen aanleiding was om te denken dat het giftige middel ook in de eieren terecht kon komen. Daarom werd er ook geen extra onderzoek naar gedaan.
Volgens toxicoloog Van den Berg had die stap wel degelijk genomen moeten worden. "We kennen de eigenschappen van fipronil al een jaar of tien, twintig. En de eigenschappen van die stof laten toe dat het in het vet van een dier kan worden opgestapeld."