Breivik en Tarrant als helden: rechts-extremistisch terrorisme in opkomst
Hij was een uitverkorene van de "heilige Tarrant". Zo verwees de verdachte van de aanslag van vorige week op een moskee in Oslo naar de man die in maart tientallen moskeegangers doodschoot in Christchurch, Nieuw-Zeeland. Als voorbeeld.
Het weekend ervoor schoot een man in de Amerikaanse grensstad El Paso 22 mensen dood. Hij had het op Latijns-Amerikaanse immigranten gemunt en ook de verdachte van deze aanslag noemde Tarrant een inspiratiebron.
Statistieken suggereren dat de oproep tot geweld tegen minderheden, door mensen als Brenton Tarrant, vaker wordt opgevolgd. In West-Europa en de VS is het aantal aanslagen uit extreem-rechtse of extreem-nationalistische hoek namelijk fors gestegen, blijkt uit meerdere onderzoeken.
'Golf aan extreem-rechts geweld'
In Amerika zijn er na de aanslagen van 11 september 2001 inmiddels meer doden gevallen door extreem-rechts geweld dan door jihadisten. In Europa zijn in dezelfde periode meer slachtoffers gevallen door terroristische aanslagen door moslimextremisten, maar rechtsextremisten pleegden wel meer aanslagen. In West-Europa waren dat er 28 in 2017, het hoogste aantal in bijna twintig jaar tijd, volgens de Global Terrorism Index.
"Er is in West-Europa een golf aan extreem-rechts geweld: van hate crimes tot aanslagen", zegt Daniel Köhler. Hij is de oprichter van het Duitse Instituut over Radicalisering en Deradicalisering (GIRDS) en deed in de VS en Europa onderzoek naar extreem-rechts geweld. "We zien steeds meer dat individuen als Breivik en Tarrant met hun manifesten rolmodellen of helden worden voor jongemannen die met een wapen een moskee in willen stormen."
Bekijk de grafiek hieronder voor de ontwikkelingen. Het hoge aantal dodelijke slachtoffers in 2011 wordt veroorzaakt door de aanslagen van de Noor Anders Breivik in Oslo en op het eiland Utøya:
De opkomst van rechts-extremisme in Europa valt volgens Köhler samen met de vluchtelingencrisis. Extremistische groepen speelden in op de angst onder een deel van de bevolking voor de komst van miljoenen vluchtelingen naar Europa.
Duitsland nam de meeste vluchtelingen op en daar was in 2015 en 2016 een piek in het aantal bomaanslagen en brandstichtingen gericht tegen immigranten of etnische minderheden. De extremen van specifiek dit type geweld vlakten daarna af, maar het aantal incidenten met extreem geweld uit rechts-extremistische hoek verdubbelde van 2017 naar 2018.
Inlichtingendiensten in Frankrijk, Duitsland, Groot-Brittannië, Italië, de Verenigde Staten en Nederland waarschuwen voor het groeiende gevaar van rechts-extremisme. De AIVD concludeerde dat er in ons land een lichte opleving is, maar dat die nauwelijks tot geweld heeft geleid. Met als uitzondering bijvoorbeeld de brandstichting bij een moskee in Enschede in 2016.
We weten uit onderzoek dat mensen sneller gewelddadig handelen als ze streng in complottheorieën geloven.
Complottheorieën spelen volgens Köhler een cruciale rol bij de radicalisering. "We weten uit onderzoek dat mensen sneller gewelddadig handelen als ze daar streng in geloven." Internetfora en sociale media maken het makkelijker om zulke theorieën snel en anoniem te verspreiden.
De great replacement wordt gezien als een van de meest invloedrijke samenzweringstheorieën uit de rechts-radicale hoek. De Noor Breivik en de Australiër Tarrant refereerden in hun manifesten aan deze omvolking-theorie. De kern ervan is dat de witte bevolking in Europa en de VS zou worden vervangen door een "invasie" van immigranten.
Terrorisme-expert Jelle van Buuren legde in Nieuwsuur uit waar de term 'omvolking' vandaan komt':
Philip Manshaus (21), de verdachte van de aanslag op de moskee in Oslo, zou online een voorstander van deze theorie zijn geweest. En 'El Paso-verdachte' Patrick Crusius (21) zei tegen agenten dat zijn aanslag een reactie was op de "invasie van latino's".
De anti-immigrantenretoriek van president Trump heeft volgens Köhler grote invloed op de toename van rechts-extremisme in de VS. "Hij gebruikt taal die vanuit Duits perspectief doet denken aan een nationaal-socialistisch regime. Hij dehumaniseert immigranten en wakkert angst aan."
Extremisten gebruiken deze retoriek als legitimatie voor hun daden, zegt de Duitse onderzoeker. Als voorbeeld noemt hij de man die bompakketten verstuurde naar critici van Trump.
De opkomst van rechts-populistische partijen in Europa, met een vergelijkbare boodschap als Trump, heeft volgens Köhler een vergelijkbaar effect gehad. Maar ook de grote aanslagen van jihadistische organisaties als Islamitische Staat hebben bijgedragen aan de toename van geweld door radicaal-rechts, zegt hij.
Aanslagen als die van al-Qaida in Madrid (2004) en Londen (2005) en IS in Parijs (2015) en Berlijn (2016) waren voor extreem-rechtse groeperingen juist goed, zegt Köhler. "Om mensen te mobiliseren om nú in actie te komen. Extremistische bewegingen hebben elkaar nodig als vijand."
Aandacht, dat is volgens Köhler uiteindelijk het allerbelangrijkste voor terroristen. Ongeacht hun politieke motivatie.
"Mijn persoonlijke mening is dat de media worden bespeeld door IS en extreem-rechtse aanslagplegers. Want ze hebben al die media-aandacht nodig om hun boodschap voort te laten leven. Daarom zouden er meer ethische richtlijnen moeten komen voor de berichtgeving. Zodat aanslagplegers niet al die roem krijgen."