Aangepast

Coach over misbruik pupil: mijn slachtoffer heeft levenslang

  • Guido van Gorp

    Onderzoeksredacteur

  • Linda de Groot

    Verslaggever

  • Guido van Gorp

    Onderzoeksredacteur

  • Linda de Groot

    Verslaggever

Misbruik in de sportwereld, er is afgelopen maanden veel over gezegd en geschreven in kranten, op radio en televisie. Overal bleef echter één cruciale schakel onderbelicht: de dader.

Wie zoekt naar zedenzaken in de online databanken van de rechtspraak stuit op zaken van een basketbalcoach, volleybaltrainer, hockeyer, judoka of een voetbalfunctionaris. Nieuwsuur spreekt met een van hen. Hij, we noemen hem Peter, vertelt zijn verhaal anoniem op voorspraak van zijn behandelaars.

Gevoelens voor kinderen

Ooit was Peter coach, maar dat mag hij nooit meer zijn. Drie jaar cel kreeg hij na het misbruiken van een pupil en het bezitten van kinderporno. Het was niet zijn eerste slachtoffer, maar wel de eerste zaak waarbij hij tegen de lamp liep. Inmiddels krijgt hij al vier jaar intensieve psychiatrische zorg die hem bewust moet maken van de impact van zijn daden en zijn gevoelens voor kinderen.

Vanuit de forensische polikliniek De Waag, waar jaarlijks 700 tot 800 zedendelinquenten worden geholpen, doet Peter zijn relaas. Hij wil helpen door te vertellen waar de sportwereld op kan letten om misbruik te voorkomen.

"Mijn verhaal is dat ik een aantal jaar geleden misbruik heb gemaakt van een jongen. Ik was coach en op een gegeven moment kwam hij als nieuw lid bij de vereniging. Thuis had hij vrij veel problemen en hij kon moeilijk vriendjes maken. Hij was een beetje eenzaam en verloren. Bij andere kinderen riep hij veel weerstand op. Ik zag dat en ontfermde me over die jongen."

"Onze relatie werd steeds hechter. We gingen steeds meer intieme dingen doen en hij bleef regelmatig logeren. Op enig moment, zeker een jaar later, heb ik misbruik van hem gemaakt. Zoenen, strelen. Anderhalf jaar lang. Een lange periode, die mij als coach zwaar is aangerekend door de rechter. Tegen de straf ben ik dan ook niet in hoger beroep gegaan, die vond ik terecht. Zeker als je kijkt naar wat de uiteindelijke schade kan zijn bij mijn slachtoffer. Die heeft gewoon levenslang."

Coach over misbruik pupil: mijn slachtoffer heeft levenslang

"Doelbewust heb ik niet gehandeld. Het was een omstandigheid die gaandeweg ontstond. Altijd heb ik me al aangetrokken gevoeld tot kinderen. Ook ben ik bij een vereniging gegaan waar ik wist dat kinderen zouden lopen, maar heb nooit als doel gehad om kinderen te misbruiken. Al was ik onbewust wel bezig met het inpalmen van deze jongen."

"Door een maatje te zijn kon ik het bedekken. Ik hielp hem zich staande te houden in de maatschappij. Iedereen accepteerde het. Soms vonden mensen het wel vreemd dat ik zoveel tijd in hem investeerde, maar niemand zocht er iets achter. Zo was het niet moeilijk om de schijn op te houden."

"Mensen vragen niet door. De meeste bestuurders van sportclubs, veel ouders van sportkinderen: ze durven de confrontatie niet aan te gaan. Zeker niet met populaire vrijwilligers, van wie sportorganisaties vaak zo afhankelijk zijn."

Denk niet: het zal wel ok zijn. Vraag naar waarom iemand iets doet.

Coach 'Peter'

Leden, trainers, bestuurders, ouders. Iedereen moet volgens Peter zoveel mogelijk met elkaar in gesprek gaan om alert te blijven. "Denk niet: het zal wel ok zijn. Vraag naar waarom iemand iets doet. Vooral als er activiteiten buiten de sportvereniging plaatsvinden. Op het moment dat een relatie tussen coach en pupil exclusief wordt, dan moet men zich zorgen gaan maken. Dat is het signaal om met elkaar te praten."

Misbruik voorkomen

Ook Wineke Smid, onderzoekster bij De Waag, denkt dat het aanspreken van een coach op zijn gedrag kan helpen. "Let op situaties om de sport heen. Als pupillen gaan logeren bij de trainer thuis dan is dat bijvoorbeeld zo’n signaal waarbij alarmbellen moeten rinkelen."

Ouders, clubleiding en derden moeten dan volgens Smid de moed hebben iemand aan te spreken. "Hoe moeilijk dat ook is. Misbruikplegers vertonen namelijk vaak gedrag dat stapje voor stapje verschuift waarbij grenzen langzaam worden verlegd. Als je tussentijds iemand hard op de vingers tik en zegt 'jij bent niet goed bezig', dan kan dat misbruik voorkomen."

'Coach aanspreken op gedrag kan helpen voorkomen'

Voor Peter had het een wereld van verschil gemaakt als hij was aangesproken. Of beter: was ontmaskerd door iemand uit zijn omgeving. "Dan had ik, denk ik, andere keuzes gemaakt. Dan was ik waarschijnlijk gestopt en zou de relatie zijn beëindigd. Dan had ik beseft dat wat ik deed niet geaccepteerd wordt en strafbaar is."

Garanties dat hij nooit meer de fout in gaat, durft Peter niet te geven. "Dat is moeilijk. Ik blijf een mens en probeer er alles aan te doen om niet nog eens de fout in te gaan. Belangrijk is medicatie en hulp van de instanties om mij heen. Daar zitten mensen die mijn delict kennen, die mijn geaardheid kennen en bij wie ik altijd terecht kan om mijn gevoelens te bespreken."

Maatjes

Sinds enige tijd is Peter weer terug in de maatschappij. Voor ondersteuning kan hij terugvallen op zijn behandelaar bij De Waag. Daarnaast vormen vrijwilligers van de reclassering een netwerk van 'maatjes' rond zedendelinquenten.

Zij ondernemen alledaagse sociale activiteiten om isolement tegen te gaan. Ook houden zij een extra oogje in het zeil vanwege recidiverisico. "Mensen zullen sceptisch over me zijn en dat snap ik. Of ik een tweede kans verdien? Ik weet het niet. Ik ben blij dat ik die heb gekregen."

Wil je inhoudelijk reageren of heb je een tip? Mail guido.van.gorp@nieuwsuur.nl of linda.de.groot@nieuwsuur.nl.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl