Dilani Butink verlaat de rechtbank in 2020
NOS Nieuws

Sri Lankaanse adoptiezaak tegen de Staat moet over

De zaak over de onrechtmatige adoptie van Dilani Butink uit Sri Lanka in 1992 moet over. Dat oordeelt de Hoge Raad.

In de zaak draait het om de vraag of de Staat der Nederlanden aansprakelijk is voor misstanden rond adopties in Sri Lanka. Butink werd in 1992 in Sri Lanka geboren en kort daarna geadopteerd door een Nederlands stel. Ze heeft geprobeerd om aan de hand van de adoptiepapieren haar biologische ouders te vinden, maar dat is niet gelukt.

Volgens Butink is haar adoptie niet zorgvuldig verlopen. Daardoor verkeert ze nu in onzekerheid over haar afkomst en de omstandigheden waaronder zij is afgestaan.

In 2022 bepaalde het gerechtshof in Den Haag dat Butink gelijk had, en dat de Staat beter had moeten controleren of adopties uit Sri Lanka wel goed verliepen. Dat besluit is met de uitspraak van vandaag vernietigd.

Papieren klopten niet

De Hoge Raad oordeelt dat er opnieuw moet worden beslist over de aansprakelijkheid van de Staat en van een adoptiestichting. Dat gaat het gerechtshof in Amsterdam doen.

Butink kwam er bij de zoektocht naar haar biologische ouders achter dat de papieren niet klopten. Zo bleek onder meer haar 'papieren' moeder niet te bestaan, waardoor haar zoektocht vastliep. Zij vindt dat de Staat en het adoptiebureau niet zorgvuldig hebben gehandeld en eist een schadevergoeding.

Het gerechtshof oordeelde dat de Staat en de adoptiestichting inderdaad meer hadden kunnen en moeten doen om de onzekerheid rond de adoptie te voorkomen. De Staat en de stichting gingen daarop in cassatie bij de Hoge Raad.

Strengere regels

Het oordeel komt niet onverwacht. De advocaat-generaal van de Hoge Raad adviseerde in oktober al om de uitspraak van het hof te vernietigen omdat de bezwaren van de Staat en de stichting gegrond zouden zijn.

De stichting zegt dat haar niet te verwijten valt dat Butink haar biologische ouders nu niet kan vinden aan de hand van de gegevens die de stichting had gekregen van de Sri Lankaanse instanties. De stichting vindt dat zij ervan mocht uitgaan dat de gegevens klopten, omdat er geen aanwijzingen waren voor misstanden.

De Staat zegt dat er geen reden was om adoptiebemiddelingsorganisaties geregeld te controleren of zij wel zo volledig en correct mogelijk gegevens van de kinderen verzamelden.

De Hoge Raad oordeelt dat het hof de omstandigheden van de adoptie van Butink niet bij het oordeel heeft betrokken. Butink werd geadopteerd op het moment dat adoptie uit Sri Lanka onder strengere voorwaarden weer mogelijk was na een tijdelijke adoptiestop.

Verder zegt de Hoge Raad dat de stichting niet verplicht was om zelf verder onderzoek te doen naar de juistheid van de papieren. Wel moest de stichting nagaan of de procedures in Sri Lanka naar behoren waren doorlopen.

Misstanden

Onzorgvuldigheid rond adopties is niet nieuw. In 2021 bleek uit een vernietigend rapport over adopties van kinderen uit andere landen, dat de Staat nalatig had gehandeld. Toenmalig minister Dekker bood excuses aan. Na het rapport werden adopties uit het buitenland tijdelijk stopgezet.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl