Minister Koolmees van Sociale Zaken ging vorig jaar met gepensioneerden in debat
NOS Nieuws

Pensioenkortingen zijn (voor nu) van de baan. Maar is de situatie komend jaar beter?

  • Thom Opheikens

    redacteur Economie

  • Thom Opheikens

    redacteur Economie

"De bal ligt bij Koolmees", zeggen vakbonden, werkgevers en pensioendeskundigen al maanden als het gaat over het voorkomen van pensioenkortingen. Later vandaag kaatst de minister van Sociale Zaken die bal terug. In een brief aan de Tweede Kamer zal hoogstwaarschijnlijk staan dat pensioenfondsen voor één jaar wegkomen met een dekkingsgraad van minimaal 90 procent.

Voor elke euro die tot in lengte van jaren moet worden uitbetaald, moeten pensioenfondsen dan op peildatum 31 december 2019 90 cent in kas hebben. Daarmee zijn kortingen voor de meeste pensioenfondsen zo goed als zeker van de baan, of in ieder geval een jaar vooruit geschoven.

Volgens de vakbonden en werkgevers is dat nodig om het in juni gesloten pensioenakkoord uit te werken. Ook zonder de dreiging van kortingen is dat al ingewikkeld genoeg, zeggen ze.

Maar eerst nog even terug, want toen het pensioenakkoord afgelopen juni werd gesloten leek de kans op grote kortingen flink afgenomen. Dat vier van de vijf grootste pensioenfondsen nu toch diep in de gevarenzone zitten, komt doordat de rente in juli en augustus een duikvlucht heeft genomen.

Dit zijn de dekkingsgraden van de grootste pensioenfondsen in 2019:

Wat de impact van Koolmees' maatregel voor pensioendeelnemers is, verschilt per fonds. En dan maakt het ook nog verschil of iemand al met pensioen is, of nog werkt en pensioen opbouwt.

Stel dat je net als 1,4 miljoen anderen een aanvullend pensioen hebt bij metaalfonds PMT. Dan was je pensioen begin volgend jaar zo gekort, dat de dekkingsgraad van PMT weer op 100 procent was gekomen. Met de huidige dekkingsgraad komt dat neer op een korting van zo'n 5 procent. In augustus leken de PMT-deelnemers zelfs op een korting van 10 procent af te stevenen.

Voor een individuele pensioendeelnemer zijn dat serieuze bedragen. Een gemiddeld pensioen bij PMT is ongeveer 600 euro. Als je nog pensioen opbouwt, lever je zodra je met pensioen gaan meteen de volle 10 procent in, oftewel 60 euro per maand. Als je al gepensioneerd bent, kán een pensioenfonds ervoor kiezen om een korting over meerdere jaren uit te smeren. Bijvoorbeeld 10 jaar op rij, elk jaar 6 euro minder.

Zulke scenario's worden voor nu dus voorkomen door minister Koolmees, maar dat betekent niet dat de koopkracht van een PMT-deelnemer gelijk blijft. Indexeren, oftewel de pensioenuitkering zo verhogen dat inflatie wordt goedgemaakt, zit er ook dit jaar niet in. En dat geldt ook voor de andere grote pensioenfondsen. Dat betekent dat de 8,5 miljoen deelnemers bij deze 4 grote fondsen al jarenlang, elk jaar minder kunnen kopen voor het pensioen dat ze (gaan) krijgen.

Risico op grotere problemen

Tegenover het jaar uitstel van kortingen, staat een risico voor alle werkenden. "Voor hen geldt dat als de situatie van de pensioenfondsen komend jaar niet verbetert, er volgend jaar harder moet worden ingegrepen", zegt Fieke van der Lecq, onder meer hoogleraar pensioenmarkten aan de VU. Dat kan zich dan uiten in hogere pensioenpremies en een lagere pensioenopbouw, legt Van der Lecq uit. "Er wordt in dat geval namelijk komend jaar uitgekeerd en opgebouwd alsof de fondsen er goed voorstaan, terwijl dat dan niet zo is."

"Er blijft minder in de pot over, dus dat gaat ten koste van jongeren", zegt Corine Reedijk van pensioenadviseur Aon. Daarbij is het volgens Reedijk zeer de vraag of het jaar uitstel gaat helpen. "De rente blijft waarschijnlijk laag en aandelenbeleggingen zijn onzeker. Als een fonds een dekkingsgraad heeft van rond de 90 procent, wordt het dus een hele uitdaging om in een jaar naar 100 procent te komen."

Daarbovenop komt dat pensioenfondsen vanaf 2021 met een nóg lagere rekenrente moeten rekenen. Gemiddeld gaat dat 2,5 procent van de dekkingsgraad kosten, bleek eerder dit jaar toen de commissie-Dijsselbloem strengere rekenregels adviseerde. Dat advies is overgenomen.

Er is heel veel discussie over de rekenrente, maar minister Koolmees wil de rekenregels niet aanpassen. Ook toezichthouder De Nederlandsche Bank is tegen. En in het pensioenakkoord is afgesproken niet aan de rekenregels te komen.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl