Aantal meldingen seksueel geweld verdubbeld sinds #metoo
Het aantal meldingen van seksueel geweld in Nederland is fors toegenomen sinds het begin van de #metoo-discussie. Volgens het Centrum Seksueel Geweld (CSG) kwamen er in oktober zo'n 550 meldingen binnen en deze maand tekent datzelfde beeld zich af. Voor '#metoo' waren dat maandelijks ongeveer 250 meldingen.
De stijging wordt vooral veroorzaakt door meldingen van incidenten die jaren geleden hebben plaatsgevonden, zegt Iva Bicanic van het CSG. "Terwijl het heel belangrijk is om bijvoorbeeld in het geval van een verkrachting snel melding te maken. Hoe sneller je iets meldt, hoe eerder de politie sporen kan veiligstellen en medische zorg kan worden verleend om bijvoorbeeld zwangerschappen en soa-besmettingen te voorkomen."
In Nederland weten veel mensen niet dat ze direct na seksueel geweld terechtkunnen bij het CSG, zegt Bicanic. Bij het CSG wordt samengewerkt met de politie en (medische) hulpverleners. "In landen als Denemarken en Zweden zijn dat soort centra veel bekender en weet iedereen dat je daar moet zijn direct na seksueel geweld. Hier zijn de voordelen van een snelle melding nog een stuk minder bekend."
Weinstein
De #metoo-discussie kwam begin oktober op gang nadat zeker acht vrouwen de Amerikaanse filmproducent Harvey Weinstein hadden beschuldigd van seksuele intimidatie. Vervolgens werden meer mannen beschuldigd van ongepast gedrag, onder wie acteur Kevin Spacey, de Britse minister Fallon en de Belgische presentator Bart De Pauw.
Ook in Nederland kwamen zaken aan het licht. Regisseur, producent en castingdirector Job Gosschalk wordt door tientallen mannen beschuldigd van grensoverschrijdend gedrag. Hij erkende dat hij over de schreef was gegaan en stapte op. Het Amsterdamse castingbureau KemnaCasting maakte daarop een einde aan alle samenwerking met hem.
De politie in Amsterdam zegt dat er nog geen aangiftes tegen Gosschalk zijn gedaan. Anonieme bronnen die we spraken zeggen huiverig te zijn om aangifte te doen, omdat ze niet willen dat hun naam bekend wordt bij een eventuele rechtszaak. Ze zijn bang dat ze dan niet meer aan het werk komen.
Het Openbaar Ministerie in Amsterdam zegt afhankelijk te zijn van aangiftes in deze zaak. "Het moet strafbaar zijn en er moeten bewijzen zijn", zegt een woordvoerder. "Gespecialiseerde zedenrechercheurs gaan dan met de zaak aan de gang, maar zonder aangifte kan het OM niet veel."
