Eis 180 uur werkstraf en 1 dag cel voor Vindicat-mishandeling
Het Openbaar Ministerie heeft een dag celstraf en een taakstraf van 180 uur geëist tegen het voormalige Vindicat-lid Wouter B. Hij wordt ervan verdacht dat hij een aspirant-lid van het Groningse studentencorps ernstig heeft mishandeld.
Het OM eist verder een voorwaardelijke celstraf van 90 dagen. De officier van justitie vindt een gevangenisstraf eigenlijk in deze situatie niet passend, maar een rechter mag wettelijk geen taakstraf opleggen voor delicten met zwaar lichamelijk letsel, zonder dat daar een andere straf aan gekoppeld is. Daarom eist de officier ook een dag onvoorwaardelijke celstraf.
De mishandeling vond plaats tijdens de ontgroening vorig jaar. B. zou op het hoofd zijn gaan staan van de eerstejaarsstudent. Die liep daarbij hersenoedeem op en moest worden opgenomen in een ziekenhuis. Hij heeft naar eigen zeggen nog steeds last van hoofdpijn en concentratiestoornissen en wil ruim 5000 euro schadevergoeding.
Slag in gezicht
Het slachtoffer zegt dat hij op een avond voor de ontgroening door B. op zijn wang was getikt. Daarop sloeg hij B. ook in zijn gezicht. Het aspirant-lid denkt dat hij daardoor harder is aangepakt tijdens de ontgroening.
Het slachtoffer moest zich na de eerste week van de ontgroening melden bij de Commissie Overdracht Corps Kennis, die buitensporig gedrag binnen de club mag "bestraffen". Verdachte Wouter B. was voorzitter van die commissie.
Druk op hoofd
De eerstejaars student zegt dat hij op de grond werd gelegd, op zijn buik met een wang op de vloer. B. zou toen met zijn volle gewicht op zijn hoofd zijn gaan staan. "Ik kreeg meteen hoofdpijn", verklaarde het slachtoffer tijdens de rechtszaak. Andere Vindicat-leden zouden B. niet hebben tegengehouden.
Er waren drie 'straffen' bij de commissie afgesproken die uitgevoerd konden worden tijdens de ontgroening. Een voet op het hoofd hoorde daar niet bij.
Volgens enkele getuigen werden de aspirant-leden die zich bij de commissie hadden gemeld ook meerdere keren tegen de muur gesmeten met hun hoofd. Ook zouden zij zo hard aan hun stropdassen zijn getrokken dat ze geen lucht meer kregen.
"Wouter was echt leip. Hij zat enorm in zijn rol. Misschien wel iets te diep", verklaarde een getuige. B. zelf zei dat hij 'goed in zijn rol' zat.
Geheimhoudingsverklaring
De dag na het incident had het slachtoffer naar eigen zeggen nog steeds enorme hoofdpijn. Hij moest huilen van de pijn en liet zich door zijn moeder ophalen. Hij durfde niet tegen haar te zeggen wat er gebeurd was.
Wellicht had dat te maken met de geheimhoudingsclausule die aspirant-leden van Vindicat moesten tekenen. Als zij over de ontgroening uit de school zouden klappen, konden zij een boete van 25.000 euro krijgen.
Ontkenning
In de rechtszaal gaf B. toe dat hij zijn voet schuin tegen het hoofd van het slachtoffer had gezet, maar hij zou weinig druk hebben uitgeoefend. Hij deed het om het aspirant-lid te intimideren. "Achteraf gezien was het dom, je moet van iemands hoofd afblijven, maar ik had nooit het gevoel dat ik hem schade toebracht", zei hij.
B. vindt het vervelend wat er is gebeurd met het slachtoffer, maar hij voelt zich niet verantwoordelijk voor het letsel: "Ik kan mezelf gewoon recht in de ogen kijken". Hij zegt dat hij de student niet harder heeft aangepakt dan andere aspirant-leden.
B. was tijdens het incident nuchter. Dat was zo afgesproken met andere leden van de commissie, die wel hadden gedronken.
Openbaar Ministerie
Het Openbaar Ministerie heeft in zijn bepaling van de eis meegenomen dat de mishandeling werd gepleegd in de context van een ontgroening. Er was daardoor sprake van normvervaging binnen groepsgedrag, zegt het OM: "Hoewel de verdachte uiteraard een eigen verantwoordelijkheid heeft voor zijn gedrag, heeft deze context wel bijgedragen aan het feit dat is gepleegd."
Het OM heeft er verder rekening mee gehouden dat de verdachte geen strafblad heeft en dat de reclassering niet verwacht dat B. nog een keer in de fout gaat.
Vindicat
De mishandeling bij Vindicat leidde tot veel ophef, ook in de landelijke politiek. Toenmalig vice-premier Asscher noemde het bizar en onacceptabel: "Het is heel raar dat zulke bizarre taferelen in 2016 nog plaatsvinden".
Het incident was voor de gemeente Groningen, de Rijksuniversiteit Groningen en de Hanzehogeschool aanleiding om aan te dringen op een cultuurverandering bij studentenverenigingen. De universiteit en hogeschool stelden een gedragscode op en hebben studentenverenigingen gevraagd die te ondertekenen.
Bij de ontgroening dit jaar heeft Vindicat veel veranderd. Fysiek contact met aspirant-leden is bijvoorbeeld niet meer toegestaan.