Marinou Arends

Vervolgde euthanasiearts doet voor het eerst haar verhaal: 'Ik zou het weer doen'

  • Hans Kema en Coen Nij Bijvank

  • Hans Kema en Coen Nij Bijvank

Marinou Arends had nooit gedacht dat het uitvoeren van een euthanasie in 2016 haar voor de rechter zou brengen. Uiteindelijk komt haar zaak zelfs voor bij de hoogste Nederlandse rechter. In april wordt ze door de Hoge Raad ontslagen van rechtsvervolging.

Nu doet de gepensioneerd specialist ouderengeneeskunde, die al die tijd anoniem bleef, tegenover Nieuwsuur-verslaggever Hans Kema uitgebreid haar verhaal:

"Ik vind het belangrijk om mijn kant van de zaak te laten zien", zegt Arends. "Niet om mij te verdedigen, want dat heb ik in de rechtszaal gedaan. Maar vooral omdat ik de euthanasiewet een heel erg belangrijke wet vind en omdat ik in het belang van die wet openheid wil geven."

Wilsverklaring

Zeven weken voor haar uiteindelijke euthanasie komt de 74-jarige demente vrouw terecht in verpleeghuis Florence in Den Haag. Thuis bij haar man, met wie ze al meer dan vijftig jaar samen is, gaat het niet langer. Toevallig is er een kamer vrij op de afdeling van dokter Arends.

Op de eerste dag komt Arends erachter dat de vrouw een wilsverklaring heeft waarin ze schrijft euthanasie te willen als ze vanwege dementie naar een verpleeghuis zou moeten. Ze wil daar nooit opgenomen worden.

"Mijn eerste gedachte was 'daar moet ik wat mee'", zegt Arends. "Je moet een euthanasieverzoek serieus nemen. Dat heb ik ook altijd gedaan bij andere mensen die een euthanasieverklaring hadden en die nooit in het verpleeghuis hadden willen zijn."

Meestal blijkt dan dat euthanasie niet meer aan de orde is, zegt Arends. "Ik heb weleens een man opgenomen die ik vroeg: 'Weet u waarom u hier bent, u hebt dementie?' Die man zei: 'O ja? Ik heb er eigenlijk niet veel last van. En de koffie is goed, ik vind het uitzicht leuk, ik zit hier lekker met mijn krantje. Ik wil nog wel even leven.' Ja, dan is euthanasie natuurlijk niet aan de orde."

'Ze was de hele dag doodongelukkig'

Maar Arends ziet dat deze vrouw wél lijdt. "Als we thee dronken begon ze meestal gelijk te klagen hoe verschrikkelijk het allemaal was. Dat ze het allemaal niet meer kon. En dat ze zo moe was. Ze was altijd droevig, verdrietig, opstandig, onrustig."

Ook in gesprekken met andere medewerkers vertelt de vrouw hoe ellendig ze zich voelt, hoort Arends. "Langzamerhand zie je dat zij de hele dag doodongelukkig is. En dat is een ander woord voor lijden."

Bij wilskwaamheid moet iemand een coherente mening hebben. En dat ontbrak bij haar.

Marinou Arends

Arends raakt er steeds meer van overtuigd dat euthanasie de juiste weg is. De echtgenoot, die een volmacht heeft om beslissingen te nemen over zijn vrouw, is het daarmee eens. Maar in haar wilsverklaring schrijft de vrouw dat ze pas euthanasie wil "wanneer ik daar zelf de tijd voor rijp acht" en "wanneer ik nog enigszins wilsbekwaam ben".

Door haar vergevorderde dementie is ze dat niet meer. Toch staat dat euthanasie niet in de weg, vindt Arends. "In de wet staat dat je als arts een wilsverklaring mag en zelfs moet interpreteren. Aan de kern van de verklaring was voldaan, besloot ik na lang overleg met collega's."

"We hebben zo geredeneerd: deze wilsverklaring is een handgeschreven verklaring van iemand met een middelbare beroepsopleiding, zeker geen academisch en zeker geen juridisch niveau. Ze heeft naar beste weten en kunnen duidelijk proberen te maken wat haar wensen waren."

Later krijgt Arends het verwijt dat ze te ver gaat in haar interpretatie van de wilsverklaring. Bovendien vraagt ze drie keer aan de vrouw of ze dood wil, en daar krijgt ze geen bevestigend antwoord op.

Arends: "Ik weet de antwoorden niet meer precies, maar het was steeds iets als: 'Dat gaat geloof ik te ver, dood, nee, dat weet ik geloof ik nog niet.'"

Maar, zegt Arends, de manier waarop die woorden gezegd worden moet een arts ook meewegen. "Dat is essentieel. Alle drie de keren was het aarzelend, met een dwalende blik van 'ja, dat is moeilijk'. Dat is het punt met wilsbekwaamheid. Iemand moet een coherente, een samenhangende mening hebben. En dat ontbrak volkomen bij deze patiënt."

'Ik kon haar niet in de steek laten'

Uiteindelijk wordt Arends over de streep getrokken door het zeer ernstige lijden van de vrouw. "De keuze bestond uit lange tijd ernstig lijden óf op grond van haar kernboodschap in haar wilsverklaring haar de euthanasie geven die ze verlangd had. Als ik als arts de mogelijkheid heb om lijden te stoppen, dan kan ik haar niet in de steek laten. Zo voelde dat."

De vraag stellen of ze dood wilde, zou alleen maar extra lijden veroorzaken.

Marinou Arends

Ook twee onafhankelijke artsen volgen haar besluit. Op vrijdagochtend 22 april 2016 bereidt Arends de euthanasie voor. Daarbij aanwezig zijn de echtgenoot van de vrouw, haar dochter en schoonzoon.

Arends besluit de demente vrouw niet nog een laatste keer te vragen of ze wel dood wil. Ook op deze beslissing zou later veel kritiek komen van juristen en vakgenoten.

"Ik heb die vraag niet gesteld, want ik wist dat dat niet tot een antwoord zou leiden waar ik enige richting van kon verwachten. Vraag het aan een wilsonbekwaam iemand en je krijgt een antwoord dat voortkomt uit de emotie die op dat ogenblik bestaat."

"En ik wist dat ze in paniek zou raken. Ik heb dat enkele weken eerder uitgetest, en zag toen wat voor lijdensdruk dat bij haar gaf. Heel veel onrust, angst, frustratie en boosheid. En dan heb ik als arts de bevoegdheid om die vraag achterwege te laten."

Slaapmiddel in de koffie

Om te voorkomen dat de vrouw in verwarring en paniek raakt tijdens het toedienen van de dodelijke middelen, geeft Arends haar eerst koffie met daarin, zonder medeweten van de vrouw, slaapmiddel.

Later laten kritische artsen zich hier fel over uit. Ze vinden het te ver gaan om een demente vrouw "stiekem" te euthanaseren. Arends: "Dat is verdekt toedienen van medicatie, en dat mag met toestemming van de wettig vertegenwoordiger, in dit geval haar echtgenoot en plaatsvervangend haar dochter. Beiden hebben volmondig toestemming gegeven."

Arends ziet bovendien geen andere optie. "Hoe wil je het dan doen? We konden haar niet bewust afscheid laten nemen. Ze wist niet dat ze ging sterven. Dat was niet meer binnen haar begripsvermogen."

Toen ik me realiseerde dat zelfs moord een optie was, kwam het beeld voor me van een gevangeniscel.

Marinou Arends

Na de levensbeëindiging stuurt Arends alle details naar een toetsingscommissie, die de euthanasie zoals gebruikelijk beoordeelt. "Ik dacht, dit ga ik even uitleggen en dan is het klaar."

Het medisch tuchtcollege berispt haar. In hoger beroep wordt dat afgezwakt naar een 'waarschuwing'. De rechtbank ontslaat de arts van alle rechtsvervolging. De zaak belandt uiteindelijk voor de Hoge Raad.

De rechters buigen zich over de vraag of levensbeëindiging op een wilsonbekwame, demente patiënt, wel mag. "Ik heb nooit een rechtszaak verwacht, nooit", zegt Arends. "Ik kon elke beslissing verantwoorden. Ik was ervan overtuigd dat ik zorgvuldig had gehandeld, binnen de grenzen van de wet."

"Het is iets bizars. Je zit op het strafbankje, dat past helemaal niet in het beeld dat je als arts hebt. De eerste keer dat ik me realiseerde dat zelfs moord een optie was voor de rechtbank, kwam het beeld voor me van een gevangeniscel. Dat heeft zo'n ongelooflijke impact op een mens."

Grensgeval

Maar na de rechtbank ontslaat ook de Hoge Raad Arends van alle rechtsvervolging. Arends heeft zorgvuldig gehandeld, is het oordeel. De Raad legt daarmee vast dat een arts gehoor mag geven aan een schriftelijk verzoek tot euthanasie van iemand die niet meer wilsbekwaam is door vergevorderde dementie.

Het is een enorme opluchting voor Arends. Ondanks het voor haar slopende proces heeft ze geen spijt van de euthanasie of van haar openheid richting de toetsingscommissie, wat leidt tot de zaak. "Ik wist dat dit een complexe casus was. Maar ik stond er vierkant achter. Wetende wat ik toen wist had ik dit weer gedaan. En wetende wat ik nu weet, waar we nu staan na de uitspraak van de Hoge Raad, doe ik het zeker weer."

"Ik kan me voorstellen dat er artsen zijn die dit te veel een grensgeval zouden vinden. Ik moest zonder bevestiging van de patiënt die stap nemen. En dat was heftig. Maar toch het beste."

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl