Meer blauw op straat: dat was de bedoeling toen zes jaar geleden de Nationale Politie werd gevormd. De korpsleiding sprak eerder dit jaar over 17.000 tot 23.000 agenten die dagelijks de straat op gaan. Maar volgens onderzoek van FNV Veiligheid ligt dat aantal een stuk lager: maximaal 7000 agenten.
"De politie gaf toen aan het aantal eigenlijk niet precies te weten, daarom hebben we zelf grondig onderzoek gedaan", zegt Jan Struijs van FNV Veiligheid. De vakbond heeft daarvoor 24 uur lang vanuit de meldkamer geteld hoeveel portofoons er aanstonden. "En zo kwamen we uit op die 7000 per dag."
Korpschef Erik Akerboom noemt dat aantal vertekend. "Er zijn zo'n 167 'blauwe teams' met gemiddeld 100 tot 150 medewerkers. Maar de politie werkt natuurlijk 24 uur per dag. En hoewel we het liefst zoveel mogelijk op straat zijn, gebeurt er ook veel politiewerk binnen het bureau."
Hij legt uit dat agenten die op straat zijn geweest daarna vaak binnen bezig zijn om kwesties af te handelen. "Als de FNV zegt dat er uiteindelijk 2000 mensen per dienst overblijven, dan zal dat ongetwijfeld zo zijn. Voor ons is van belang dat we dat aantal kunnen verhogen en dat we de bureaucratie terugdringen zodat we meer mensen op straat kunnen krijgen."
De belofte van de Nationale Politie
Meer blauw op straat was een van de beloftes van de Nationale Politie. Volgens toenmalig minister Ivo Opstelten van Veiligheid en Justitie ging de reorganisatie zorgen voor meer agenten, minder bureaucratie en een betere samenwerking tussen de veiligheidsdiensten. De voltallige Tweede Kamer stemde voor.
Maar behalve het geringe blauw op straat, speelt er meer. Nieuwsuur bestudeerde 86 rapporten die de afgelopen vijf jaar over de politie verschenen. Daaruit ontstaat een beeld van een organisatie die kampt met grote problemen in de werksfeer en het personeelsbestand. En een organisatie die de grip op de criminaliteit verliest.
De belangrijkste conclusies zijn: allereerst zijn er te weinig rechercheurs. Ook is er een gebrek aan divers personeel en hoger opgeleiden. Daarnaast wordt onprofessioneel gedrag niet gemeld en aangepakt, en durft niemand kritisch te zijn vanwege de 'afrekencultuur'.
De politie zegt zelf de grip op criminaliteit te verliezen. Veel kleine criminelen hebben de afgelopen twintig jaar kapitaal opgebouwd en zich vervolgens ingekocht in de horeca, de huizenmarkt en de middenstand. Ook is er een toename van integriteitskwesties bij de politie, door gebrekkige controle op de werkwijze.
Het toezicht en de handhaving op straat verschuift van de politie naar de BOA's, de bijzondere opsporingsambtenaren. Die worden niet goed gecoördineerd en hebben onduidelijke taken. Dagelijks zouden er twintigduizend BOA's actief zijn op straat, maar die hebben veel minder bevoegdheden dan agenten.
De realiteit is dat we bij de politie de schaarste aan het verdelen zijn.
Ybo Buruma is raadsheer bij de Hoge Raad, de hoogste rechtsprekende instantie in Nederland. Vanuit die positie heeft hij het overzicht op de justitiële keten, die begint bij de opsporing door de politie. Daar wordt volgens hem nu vooral gefocust op resultaatgericht werken, waardoor men niet echt verder komt.
"Resultaat haal je als je een mevrouw met een wietzolder arresteert of een man die een gifvat dumpt, en erbij zet 'dit is georganiseerde misdaad' en doorgaat naar de volgende zaak. Maar dan neem je dus niet genoeg tijd om degene te vinden die de investeringen deed voor de wietzolder of het XTC-lab."
Dat herkent ook Struijs. "De capaciteit bij zowel de recherche als bij het Openbaar Ministerie is zo gering, dat je echt niet kan spreken van een heel doortastend onderzoek. De realiteit is dat we de schaarste aan het verdelen zijn." En dat heeft gevolgen voor de gehele justitiële keten.
Kiezen tussen pijnlijke zaken
Ook korpschef Akerboom beaamt dat "het kraakt" in de keten. "Iedereen heeft te maken met krapte, ook de politie. Iedere dag is het keuzes maken tussen pijnlijke zaken. Pakken we die woninginbraak op, een verkrachting of een zaak in de georganiseerde misdaad. Gelukkig komen er wat agenten bij, maar die krapte zal ook in de toekomst blijven."
Vandaag maakte minister Ferdinand Grapperhaus bekend dat hij nog eens 33 miljoen euro vrijmaakt om de inzetbaarheid van agenten te vergroten. Het bedrag komt bovenop de 58 miljoen die al in juni was aangekondigd. Daarmee krijgt de politie er eenmalig 91 miljoen euro bij, zo laat hij aan de Tweede Kamer weten.