Extra geld NFI alweer op: 'politie moet scherper prioriteren'

Het extra geld dat het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) kreeg om meer capaciteit aan te trekken, is alweer op. Minister Grapperhaus waarschuwt in een Kamerbrief dat politie en justitie scherper zullen moeten kiezen wat ze onderzocht willen hebben.

Door bezuinigingen en personeelstekort heeft het NFI te weinig capaciteit om aan de vraag te voldoen. De organisatie kreeg van het kabinet daarom 3 miljoen extra boven op het budget van 66 miljoen om externe experts in te zetten.

Vorig jaar kwam de besteding langzaam op gang, schrijft de minister, maar inmiddels is er een inhaalslag gemaakt. Daardoor zal het budget rond 1 mei uitgeput zijn.

Grapperhaus benadrukt dat de reguliere NFI-medewerkers gewoon hun werk blijven uitvoeren. "Desalniettemin zal het nodig zijn om scherper te prioriteren bij het insturen van sporen voor forensisch onderzoek", waarschuwt hij.

"Veel dna-onderzoeken zullen überhaupt niet uitgevoerd kunnen worden", zegt het Openbaar Ministerie. "Daardoor zal het moeilijker zijn een onderzoek rond te krijgen in verband met het ontbreken van technisch bewijs." Strafzaken zullen daardoor langer duren.

Volgens de minister zijn onderzoeken de afgelopen jaren steeds complexer en duurder geworden en neemt bovendien de vraag naar forensisch onderzoek toe. Daar komt nog eens bij dat de opleiding tot forensisch expert langer duurt, doordat het werk moeilijker wordt.

'Geen koekjesfabriek'

Eerder werd al bekend dat vanwege de capaciteitsproblemen het NFI secties op lichamen uitbesteedde aan het Universitair Ziekenhuis Antwerpen. Ook waarschuwde de OR dat het NFI "geen koekjesfabriek is". Medewerkers zouden bang zijn voor missers, doordat de druk zo hoog is.

Door de vertragingen bij het NFI zitten verdachten langer vast dan strikt noodzakelijk. Dat heeft al geleid tot strafvermindering voor criminelen. Er waren bovendien berichten over verwisselde dna-profielen.