Hoe het derde kabinet-Rutte steeds meer verstrikt raakte in de toeslagenaffaire
Grondbeginselen van de rechtsstaat die geschonden werden en ouders die ongekend onrecht werd aangedaan. De conclusies van de parlementaire onderzoekscommissie logen er december vorig jaar niet om.
Vandaag, vier weken later, treedt het kabinet af. "Het is verschrikkelijk misgegaan", aldus premier Rutte. De politiek moet volgens Rutte nu gaan werken aan veranderingen van de systemen én de informatievoorziening om te zorgen dat "zoiets nooit meer kan gebeuren". Een terugblik van hoe het wel gebeurde.
Het is de zomer van 2019 en CDA-Kamerlid Omtzigt is het helemaal zat. Al tijden bijt hij zich vast in wat hij ziet als een van de ernstigste misstanden binnen de overheid: ouders die toeslagen aanvragen en onterecht als fraudeurs zijn aangemerkt.
Onthullingen van Trouw en RTL Nieuws hebben de zaak aan het rollen gebracht. Ouders worden op vreemde gronden keihard aangepakt, komen in geldproblemen, verliezen hun baan of belanden in een echtscheiding. "Dit kan toch niet waar zijn?", denkt Omtzigt. Maar wat hij ook doet of vraagt, hij komt geen stap verder. Dossiers worden niet openbaar, vragen niet beantwoord. Premier Rutte moet zich met de kwestie gaan bemoeien, vindt hij, om zo snel mogelijk een einde aan de ellende te maken.
Een jaar later. Staatssecretaris Snel is opgestapt en twee opvolgers (Van Huffelen en Vijlbrief) zijn aangesteld om orde op zaken te stellen. Maar de chaos is nog allerminst opgelost. De commissie-Donner heeft in maart geoordeeld dat er ruimhartig gecompenseerd moet worden. "Ouders hadden geen enkele kans om te ontsnappen", oordeelt Donner. Maar na een reeks Kamerdebatten en toezeggingen is een oplossing nog steeds nauwelijks in zicht. Ook komen door Kamerleden gevraagde stukken maar niet boven tafel.
Het is juni 2020, de Kamer behandelt een compensatiewet. Na twee dagen debatteren blijkt 's avonds laat dat opnieuw een memo is achtergehouden en niet naar de commissie-Donner is gegaan die de zaak onderzocht. Zowel Omtzigt als SP-Kamerlid Leijten, die zich eveneens al jaren inzet om de waarheid boven tafel te krijgen, ontploft. Leijten zegt dat haar "schoenen uitvallen", Omtzigt zegt "witheet" te zijn. "Wat voor werk ben ik aan het doen? Moet ik detective worden?", vraagt hij zich hardop af. Hoe kunnen Kamerleden hun werk doen als stukken worden achtergehouden of informatie wordt weggelakt? Ook de Kamervoorzitter beseft hoe pijnlijk het is.
Kijk hier de video van het pijnlijke moment in de Kamer in juni 2020.
Nog een paar maanden later: 17 december 2020. Ministers, ambtenaren, de Tweede Kamer en zelfs rechters krijgen ervan langs in het snoeiharde rapport van de Kamercommissie, die een paar weken lang verhoren afnam om in kaart te brengen wat er nu misging. Tijdens die verhoren zeggen ambtenaren en ministers "buikpijn" van dingen gehad te hebben, het vaak ook "hard" gevonden te hebben. Dat het 'alles-of-nietsbeleid' was dat voor de terugvorderingen had gezorgd. Ambtenaren van Financiën wezen naar Sociale Zaken en vice versa. Maar wie was uiteindelijk schuldig? De commissie oordeelt dat alle onderdelen van de staat bij zichzelf te rade moeten gaan. Ouders is "ongekend onrecht" aangedaan, en de grondbeginselen van de rechtsstaat zijn geschonden.
Ouders durven er nauwelijks meer op te hopen dat ze gecompenseerd worden. Een paar dagen na het verschijnen van het rapport maakt staatssecretaris Van Huffelen bekend dat de gedupeerden allemaal in elk geval 30.000 euro krijgen.
De Kamercommissie oordeelt snoeihard en spreekt van ongekend onrecht.
Na diverse Catshuisoverleggen komt het kabinet vandaag met de conclusie dat voor alles wat er gebeurd is maar één passend antwoord bestaat: collectief aftreden. Waren er eerder deze week nog intern verschillende opvattingen over hoe verder, zeker na de verklaring van PvdA-leider Asscher gisteren leek er geen andere uitkomst meer mogelijk. Nog steeds zijn lang niet alle ouders gecompenseerd, maar daar wil het demissionaire kabinet mee verder.
Andere wapenfeiten Rutte III
Het derde kabinet van Rutte zal ook de geschiedenisboeken ingaan als het kabinet dat het raadgevend referendum afschafte en het generaal pardon verruimde. Een kabinet dat een einde maakte aan de gaswinning in Groningen, excuses maakte voor hoe mensen decennialang de dupe werden van die gaswinningen, en een begin maakte met de schadevergoedingen. Een kabinet dat regeerde in de periode dat de aanval op het Iraakse Hawija aan het licht kwam, waarbij zeventig burgerdoden vielen en waar nog een onderzoek naar loopt.
Een kabinet ook dat een klimaatakkoord sloot met een groot aantal maatschappelijke organisaties, na jaren van moeizame onderhandelingen een pensioenakkoord bereikte met bonden en werkgevers, en dat zich door de stikstof- en PFAS-problematiek worstelde. De maximumsnelheid op snelwegen omlaag bracht en uitkoopregelingen voor boeren opstartte, maar nog niet met definitieve oplossingen was gekomen toen de coronacrisis ineens daar was.
Rutte III moest gaan crisisbesturen en deed met harde lockdownmaatregelen het land op slot. Het kabinet investeerde miljarden om bedrijven, zelfstandigen en KLM op de been te houden. Het moest alles op alles zetten om een zwart scenario in de ziekenhuizen te voorkomen. En ondertussen kreeg het veel kritiek op een corona-app die niet van de grond kwam, testbeleid dat langzaam op gang kwam en een vaccinatiestrategie die in landen om ons heen voortvarender leek. Premier Rutte deed deze week nog een oproep aan partijen in de Kamer om een avondklok, als uiterste noodmaatregel tegen het coronavirus, niet te blokkeren.
Bovenal wordt Ruttes derde kabinet nu toch het kabinet dat verantwoordelijkheid neemt voor fouten -ook begaan onder eerdere kabinetten- tegen burgers die onterecht als fraudeurs in de hoek werden gezet en waardoor veel financiële en psychische problemen zijn veroorzaakt.
Waar Asscher gisteren wél helemaal opstapte, en Wiebes vandaag, heeft Rutte niet overwogen om op te stappen als lijsttrekker. Dat is in eerste instantie aan de partij, daar heeft hij vertrouwen in, en dan aan de kiezer, zegt Rutte.
Politiek verslaggever Wilma Borgman denkt dat de stap van vandaag de meest zekere manier was voor Rutte om als lijsttrekker van de VVD nog een keer voor het premierschap te gaan. "Hij is tot de conclusie gekomen dat nu een groot gebaar maken de enige optie is. Hij kan dan in de verkiezingscampagne zeggen dat hij erkent dat er grote fouten zijn gemaakt en dat hij daar verantwoordelijkheid voor heeft genomen. Als het kabinet was blijven zitten, hadden ze het verwijt gekregen 'plucheplakkers' te zijn. Rutte gaat nu als demissionair premier naar de kiezers om opnieuw vertrouwen te vragen, Als hij weer de grootste wordt kan hij met een sterker mandaat opnieuw aan een aantal jaar leiderschap beginnen."