Cyprus naar Internationaal hof vanwege Turkse gasboringen in zee
Cyprus stapt naar het Internationaal Gerechtshof in Den Haag om een einde te maken aan de Turkse gasboringen in Cypriotische wateren.
Volgens president Anastasiades zal zijn regering alle juridische mogelijkheden aangrijpen om de soevereiniteit van het land te verdedigen. Cyprus heeft Turkije van de stap op de hoogte gebracht via de ambassade in Athene.
Gasvondst
In 1974 bezette Turkije het noorden van Cyprus. Sindsdien bestaat het eiland uit twee delen: een Grieks deel, officieel de Republiek Cyprus, en een Turks deel. De onafhankelijke Republiek Cyprus is lid van de EU. Het land wordt door Turkije niet erkend als staat, terwijl het Turkse deel internationaal niet wordt erkend.
Toen ten zuiden van Cyprus, onder de Middellandse Zee, gas werd gevonden, ontstond een nieuw conflict: van wie is het? Turkije en Cyprus vinden allebei dat ze er recht op hebben.
Volgens internationaal recht horen de wateren waaronder het gas ligt bij Cyprus. Dat gunde bedrijven als het Amerikaanse ExxonMobil, het Italiaanse Eni en het Franse Total vergunningen om te boren.
Toch boort Turkije in het gebied. De Turkse marine beschermt die boorschepen, zodat ze ongestoord te werk kunnen gaan.
De EU besloot in juli om sancties op te leggen aan Turkije vanwege de boringen. Die zijn nog niet doorgevoerd.
In augustus voer correspondent Sander van Hoorn naar een boorplatform in het gebied: