Hoe kan een conflict in Eritrea hier in Nederland tot hoogoplopend geweld leiden? Die vraag hangt na het weekend boven Den Haag, waar zaterdag rellen ontstonden tussen voor- en tegenstanders van het Eritrese regime. De lange arm van Eritrea reikt ver, zeggen een gevluchte Eritreeër en een deskundige. De Eritrese ambassadeur ontkent.
Een nachtmerrie en een teleurstelling, zo noemt de Nederlands-Eritrese journalist Habtom Yohannes het huidige regime in zijn thuisland Eritrea. Hij vluchtte in de jaren 80 naar Nederland. "De hele Eritrese samenleving had gehoopt dat na de onafhankelijkheid van Eritrea in 1993 alle Eritreeërs terug zouden gaan om het land op te bouwen. Maar de repressie in Eritrea heeft sindsdien onbeschrijfelijke vormen aangenomen. Het land heeft geen grondwet, geen parlement, geen pers. Alle journalisten die ik kende zijn spoorloos verdwenen."
En die repressie treft niet alleen de Eritrese bevolking daar. Het radioprogramma Argos onthulde in 2017 en 2020 dat geheimagenten van het regime Eritreeërs in Nederland intimideerden. Ook werden Eritreeërs onder druk gezet om geld af te dragen. Ook Yohannes kreeg hiermee te maken: "Regelmatig kreeg ik brieven, mails en dat soort dingen. Bedreigingen."
Brigade Nhamedu
Desondanks - of misschien juist vanwege die repressie - is er onder gevluchte Eritreeërs ook steun voor het regime. En dat leidt weer tot boosheid bij Eritreeërs die voor dat regime zijn gevlucht, regelmatig met geweld tot gevolg. Bij de rellen van zaterdag raakten acht agenten raakten gewond en is er voor tienduizenden euro's schade aangericht.
Volgens de Haagse burgemeester Jan van Zanen zochten leden van de Brigade Nhamedu gisteren de confrontatie op met de feestvierders. Yohannes: "Het is een losse beweging van vooral Eritrese jongeren die zeggen: het is genoeg. We blijven maar vluchten en moeten maar toezien dat het regime achter ons aankomt om hier een feestje te vieren. Dat kunnen ze heel moeilijk accepteren. Daarom proberen ze eerst via de legale weg de feesten te voorkomen. Als dat niet lukt, gaan ze helaas over op gewelddadigheden."
Relschoppers liepen rond met stokken, de straat was bezaaid met bakstenen en er stonden auto's en een touringcar in brand:
Christopher Houtkamp, verbonden aan instituut Clingendael, doet onderzoek naar buitenlandse beïnvloeding. Hij zegt dat Eritrea "vrij hoog in het spectrum" zit als het gaat om buitenlandse beïnvloeding waar ook geweld bij komt kijken. "We weten dat er Iraniërs in Nederland zijn geliquideerd en dat de Iraanse regering daar iets mee te maken had. We weten dat Rusland oppositie in het buitenland vermoordt. Eritrea zit net in het spectrum daaronder. Er zijn, voor zover ik weet, nog geen moorden bekend, maar men schuwt de intimidatie niet."
Volgens Houtkamp is het moeilijk te bewijzen of de Eritrese overheid een rol heeft gespeeld bij de rellen van afgelopen weekend. "Als het al zo is, gebeurt het waarschijnlijk op een indirecte manier. In de zin dat de overheid de verdeeldheid in de gemeenschap probeert aan te wakkeren en probeert degenen die loyaal zijn aan de regering, loyaal te houden."
De Eritrese regering doet dat onder andere door Eritreeërs die al regeringsgezind zijn te belonen, zegt Houtkamp. Bijvoorbeeld door evenementen voor hen te organiseren, of scholen te sponsoren.
'Geen controle'
Nieuwsuur sprak ook met de Eritrese ambassadeur, die vanuit Brussel werkt voor alle EU-landen. Hij veroordeelt de gewelddadigheden, gepleegd door "hooligans" die een "vredelievende bijeenkomst van gezagsgetrouwe burgers" hebben verstoord.
Hij ontkent dat het Eritrese regime gevluchte Eritreeërs beïnvloedt en intimideert. "Dit is een verdraaiing van de feiten, onderdeel van de campagne van anti-regime groeperingen. We hebben geen controle over deze relschoppers en ik vraag de Nederlandse autoriteiten deze mensen te straffen."
Hoog op agenda
Houtkamp legt uit dat buitenlandse inmenging sinds een aantal jaar hoog op de agenda staat bij de Nederlandse overheid en dat Eritrea daarbij ook op de radar staat. "Ik meen dat de Nederlandse overheid wel contacten heeft met de Eritrese gemeenschap. Daar realiseert men zich ook al heel lang dat die gemeenschap last heeft van het beleid vanuit Eritrea."
Of Den Haag onvoldoende op de hoogte was van de risico's van het evenement van afgelopen zaterdag, durft Houtkamp niet te zeggen. "Als men had geweten dat het een politiek evenement was, had men ook kunnen weten dat voorstanders van het regime daar op af zouden komen. Ik weet niet wat de afwegingen er zijn gemaakt in de gemeente Den Haag."