Bij het herstel of de vervanging van beschadigde huizen in Groningen lijkt er weinig oog voor de historische context van dorpen. Critici vinden dat Groningen verandert in een openluchtshowroom van cataloguswoningen. De Rijksbouwmeester roept de politiek op in te grijpen.
Francesco Veenstra, Rijksbouwmeester en voorzitter van het College van Rijksadviseurs, vergelijkt de versterkingsoperatie in Groningen met de naoorlogse wederopbouw. "Het gaat bij deze omvangrijke operatie om veel meer dan het herbouwen van individuele huizen. De eeuwenlang opgebouwde cultuur van een plek moet recht worden gedaan", schrijft Veenstra aan staatssecretaris Hans Vijlbrief (Mijnbouw).
Ongelukken
Veenstra zegt dat er tijdens de wederopbouw nagedacht werd hoe een nieuwe samenleving kon worden gerealiseerd. "Die blik mis ik nu." Hij ziet daarom een rol voor architecten en stedenbouwkundigen. "Zij zijn in staat om een ontwerp in een ruimtelijke context te plaatsen. Bovendien zijn zij opgeleid om van de start van een ontwerp tot aan de oplevering bewoners en opdrachtgevers te begeleiden."
Door de focus op snelheid en budget krijg je "ongelukken", denkt Veenstra. "Het gaat soms ook om hele rijen woningen. Vaak zie je dat gemeenten geen visie hebben over hoe hun gebieden eruit moeten komen te zien. We moeten echt nadenken over hoe Groningen wordt ingericht."
Dorpen hanteren volstrekt verschillende regels als het gaat om nieuwbouw.
De Nationaal Coördinator Groningen (NCG), die ervoor zorgt dat iedereen in het aardbevingsgebied veilig kan wonen, is blij met de oproep van Veenstra. "Wij zien de versterking ook als een kans om het gebied een kwaliteitsimpuls te geven. Daarom hebben we de afgelopen tijd al vaak architecten ingezet bij versterkingsprojecten. De komende periode gaan we nauw samen optrekken met de bouwmeesters om dit nog robuuster aan te pakken", zegt NCG-directeur Regina Bouius-Riemersma.
Van de 27.222 woningen die in Groningen door de gaswinning beschadigd zijn, zullen er rond de 4000 panden gesloopt en nieuw gebouwd moeten worden, is de verwachting van NCG. Dat zijn met name rijtjeswoningen en appartementencomplexen. "Een deel van de panden binnen de versterkingsopgave behoort tot het cultureel erfgoed van Groningen. Daar gaan we extra zorgvuldig mee om. Zo is sloop bij monumenten nooit aan de orde", zegt Bouius-Riemersma.
Restauratief versterken
Goos Gosling Slotegraaf, van Erfgoedvereniging Heemschut voor de bescherming van cultuurmonumenten, vreest dat er honderden, zo niet duizenden historische panden het gevaar lopen te worden afgebroken. "Karakteristieke en beeldbepalende panden, die niet worden beschermd. Door al die nieuwbouw gaat het karakter van Groningen verloren. Historische panden moet je restauratief versterken. Er is geld genoeg."
"Op dit moment werken er 700 mensen bij NCG. Daar zitten geen architecten bij, geen stedenbouwkundigen", zegt Veenstra. Eind 2028 moet het versterken van Groningen zijn afgerond. Veenstra vindt dat kort dag: "Ik weet niet of we dat redden, maar we willen de regie proberen te pakken voor de bewoners. Als we mensen meer fundamentele hulp kunnen bieden, bijvoorbeeld door een architect, dan kan dit proces soepeler verlopen."
Vrijdag komt de parlementaire enquête naar buiten over de rol van alle betrokken instanties bij de gaswinning in Groningen.