De commissie die onderzoek deed naar beïnvloeding van de zaak rond de Argentijnse piloot Julio Poch, publiceerde maandag haar bevindingen. Volgens minister Ferd Grapperhaus van Justitie is de conclusie dat er geen sprake was van politieke inmenging in het dossier. Maar die conclusie klopt niet. Drie vragen aan verslaggever Bas Haan, die de zaak al jaren volgt.
1. Is er dan toch sprake van politieke inmenging in deze zaak?
"Jazeker. Wat minister Grapperhaus zegt, is een woordenspel. De opdracht die hij heeft uitgezet bij de commissie is om te onderzoeken of toenmalig minister Hirsch Ballin formeel een aanwijzing had gegeven, en of hij zich met het politieonderzoek heeft bemoeid. Dát is volgens de commissie inderdaad niet gebeurd.
Maar de commissie beschrijft óók, behoorlijk gedetailleerd zelfs, hoe zowel het ministerie van Justitie als het ministerie van Buitenlandse Zaken zich met de zaak hebben bemoeid om Poch in Argentinië te kunnen vervolgen. Zowel direct, als in het diplomatieke verkeer met Argentinië. Zo benoemt de commissie dat de minister op een bepaald moment zelfs 'de regie' kreeg, 'zowel over de te nemen stappen, als de communicatie daarover'. Er was dus wel zeker bemoeienis op dit dossier van de minister, en dat staat gewoon keurig in dit rapport." Dat meewerken aan de uitlevering óók een politiek besluit was, is door achtereenvolgende kabinetten ontkend.
2. Heeft de Kamer dan nu wel alle informatie gekregen over de rol van Nederland in de zaak?
"Nee, de stukken waar de Kamer al vaak om heeft gevraagd, zijn nog steeds niet aangeleverd. Daarom gaat deze zaak eigenlijk niet eens zozeer alleen over Poch, maar over een fundamenteel probleem: de verhouding tussen het kabinet en de Kamer wat betreft informatievoorziening. Keer op keer wordt in allerlei dossiers gebrekkige of foutieve informatie aan de Kamer verstrekt.
De commissie Machielse klaagde ook over slechte archivering. Welke documenten allemaal nog boven tafel moeten komen, is onduidelijk. Maar de verplichting om die stukken aan te leveren is er. Grapperhaus moet volledige openheid van zaken geven en alle relevante stukken overleggen aan de Kamer."
3. Heeft het Koninklijke Huis ook geprobeerd het onderzoek te beïnvloeden?
"In het rapport staat dat in 2007 een telefoontje binnenkwam bij een officier van justitie die bij de zaak-Poch betrokken was. Een vrouw, die zei van het Kabinet van de Koningin te zijn, zou hebben geprobeerd om heel de zaak maar af te laten blazen. 'Omdat dat zo vervelend was voor prinses Máxima.'
Dat roept natuurlijk heel veel vragen op, maar de commissie kon niet vaststellen of deze mevrouw daadwerkelijk lid was van het Kabinet van de Koningin."
En nu?
Kamerleden van D66 en SP nemen niet zomaar genoegen met het rapport. Sjoerd Sjoerdsma van D66 wil opheldering over het 'koninklijke' telefoontje en SP'er Michiel van Nispen wil zo snel mogelijk een debat. De zaak rond de schadevergoeding voor Poch loopt ook nog.