Met twee afgetreden bewindspersonen, een opgestapte Kamervoorzitter en twee onderzoeksrapporten van de commissie-Oosting, leek de bonnetjesaffaire over de Teevendeal definitief beëindigd. Maar nu blijkt dat de opvolger van Ivo Opstelten, minister Ard van der Steur, belangrijke informatie heeft achtergehouden voor de Tweede Kamer.
Van der Steur deed dat als Kamerlid. Als minister loog hij er daarna over in de Tweede Kamer. Dat staat in het boek De rekening voor Rutte, waarin Nieuwsuur-verslaggever Bas Haan de werkwijze van het kabinet-Rutte tijdens de affaire reconstrueert.
Gedonder
Het boek onthult een tot nu toe geheime e-mail van Van der Steur, waaruit blijkt dat hij de Kamer onjuist heeft geïnformeerd. Het gaat om de antwoorden op 99 Kamervragen over de Teevendeal, waaruit na commentaar van Van der Steur belangrijke informatie werd geschrapt.
Met toevoegingen als 'dit levert gedonder op, aanpassen', 'weghalen, nodigt uit tot discussie', greep Van der Steur in en zorgde ervoor dat in de uiteindelijke antwoorden aan de Kamer ook de passage met de bedragen uit de Teevendeal werd geschrapt.
Dat was cruciale informatie over de deal waarin Fred Teeven als officier van justitie miljoenen overmaakte aan drugscrimineel Cees H. en waar al jarenlang onduidelijkheid over bestond.
De bedragen die Teeven zich herinnerde, werden aan het begin van de affaire in een geheime gespreksnotitie opgeschreven. Die notitie verdween in een kluis van het kabinet. Het was precies die informatie waar de Tweede Kamer gedurende de hele Teevendeal-affaire bij herhaling om vroeg, maar nooit kreeg. Minister Opstelten hield al die tijd vol dat de informatie niet meer aanwezig was.
Zo zei Opstelten in maart 2014: "U moet het met deze informatie doen, dat is een kwestie ook van vertrouwen." In een brief liet Opstelten de Tweede Kamer weten dat ook Teeven 'onvoldoende herinneringen' had.
Ondertussen bleef de gespreksnotitie - gemaakt door een directeur-generaal van het ministerie - met daarin de bedragen zoals Teeven zich herinnerde, geheim. Behalve voor VVD-Kamerlid Van der Steur. Die kreeg die gegevens wél onder ogen, toen hij minister Opstelten adviseerde hoe hij de Tweede Kamer moest informeren.
In de concept-antwoorden aan de Kamer oordeelde Van der Steur dat het informeren van de Kamer over de herinneringen van Teeven de zaak 'zeer kwetsbaar' zou maken. En dus werd de informatie geschrapt in de uiteindelijke antwoorden aan de Kamer.
Van der Steur verzweeg zijn kennis voor de rest van de Kamer. En ook premier Rutte hield het gespreksverslag met de bedragen die Teeven zich herinnerde achter. Rutte ontkende zelfs het bestaan van dat gespreksverslag.
Tijdgebrek
Premier Rutte antwoordde in maart 2015 op vragen van D66-leider Alexander Pechtold: "Daarop kan ik antwoorden dat er geen verslag is van een gesprek van de directeur-generaal met de staatssecretaris. Er is alleen een persoonlijke aantekening van de directeur-generaal van zijn gesprek met de staatssecretaris en ik vind het ingewikkeld om zo'n persoonlijke aantekening openbaar te maken."
Het gespreksverslag - dat wel degelijk bestaat - werd door Rutte geheim gehouden, terwijl hij het nog geen uur eerder in zijn handen had. Dat blijkt pas ruim een half jaar later, na het onderzoek van de commissie-Oosting.
Rutte zegt dan - in december 2015 - in debat met de Kamer: "Hadden we meer tijd gehad, dan hadden we dat gespreksverslag in dat debat openbaar kunnen maken."
Integriteit
In datzelfde debat ging minister Van der Steur de fout in. Hij verzweeg niet alleen dat hij al tot in detail op de hoogte was gebracht van de inhoud van de gespreksnotitie, hij ontkent het zelfs. Sterker, minister Van der Steur beweert dan dat hij, om zijn integriteit te beschermen, geweigerd had om kennis te nemen van de informatie.
Van der Steur in december 2015: "Op enig moment kondigde de directeur-generaal aan dat hij de persoonlijke aantekeningen van het gesprek met de heer Teeven ging halen. Ik ben toen opgestaan en heb gezegd: het past mij niet als woordvoerder en Kamerlid om kennis te nemen van die informatie, omdat die informatie niet bekend is bij de Kamer."
Maar het was precies die informatie - die Van der Steur een dag eerder had gelezen - die hij in zijn adviezen aan Opstelten als 'zeer kwetsbaar' bestempelde om met de rest van Kamer te delen. Toch doet minister Van der Steur alsof hij van niets weet.
Ondertussen blijft Rutte volhouden dat er weliswaar fouten zijn gemaakt, maar dat dat nooit moedwillig is gebeurd. Zo zei hij eind 2015: "Er is echter op geen enkel moment een beleid geweest dat gericht was op het niet boven water krijgen van alle feiten. Dat zeg ik naar eer en geweten."
Adviezen
Eerder al eerder bood minister Van der Steur zijn excuses aan omdat hij als Kamerlid actief meeschreef aan brieven van minister Opstelten.
"Ik vind zelf dat ik die grens eerder had moeten trekken, en ik ben het ook eens met degenen die zeggen dat ik achteraf gezien mijn rol anders had moeten invullen. Voor de goede zuiverheid: het zijn alleen adviezen geweest. En het waren adviezen aan de minister hoe ik vond dat de Kamer zorgvuldig en juist kon worden geïnformeerd. Ik heb zelf toen, maar ook als ik terugkijk, nooit het gevoel gehad, bij welk advies dan ook, dat daardoor mijn vrijheid als Kamerlid zou zijn ingeperkt", zei Van der Steur in juni 2016.
Maar uit onderzoek van Bas Haan blijkt nu dat de door Van der Steur bewerkte antwoorden op Kamervragen veel verder gingen dan adviezen alleen: hij beantwoordde zijn eigen vragen én die van collega Kamerleden en schrapte cruciale informatie over de bonnetjesaffaire.