De PvdA heeft kritiek op de eigen minister Ronald Plasterk van Binnenlandse Zaken: niet de minister zou toestemming moeten geven om op grote schaal gegevens te verzamelen, maar dat zou een rechter moeten doen.
Minister Plasterk wil met de nieuwe Wet op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten de bevoegdheden van de inlichtingendiensten uitbreiden. Volgens critici is het met een sleepnet vissen op een enkele vis. Volgens anderen een hoognodige aanpassing van de bestaande werkwijze.
PvdA-Kamerlid Jeroen Recourt: “We willen een wet die terreur aanpakt maar privacy beschermt. Dus het mag niet zo zijn dat ongericht informatie binnen wordt gehaald. De voornaamste zorg is dat er geen onafhankelijk rechter meekijkt bij de toetsing.” Zijn advies: “Maak dat niet alleen de bevoegdheid van de minister, de politiek of de diensten.”
Pim Takkenberg van Northwave Cyber security:
Doof en blind
"De diensten zijn nu doof en blind", vindt Pim Takkenberg van Northwave Cyber security. Op dit moment mogen de diensten alleen informatie uit e-mails, Facebookberichten en telefoongesprekken die via de kabel verlopen opvragen, als er daadwerkelijk een onderzoek naar iemand loopt. Als het om informatie gaat die via satellieten verloopt (een klein gedeelte van het totale bel- en e-mailverkeer), dan mogen de diensten wel op grote schaal informatie verzamelen om te kijken of er afwijkende patronen te vinden zijn.
In de nieuwe wet staat dat de AIVD en MIVD deze data, zogenoemde metadata, ook mogen verzamelen vanaf de kabel. Takkenberg: "Het grootste deel van het verkeer gaat via de kabel. Dat is een heel belangrijk instrument als de diensten hun werk goed willen doen."
Privacy
Niet iedereen is het met Takkenberg eens. Van mensenrechtenorganisaties tot bedrijven: allemaal maken ze zich zorgen over de privacy. Jochem de Groot van Microsoft: "Als je een groep vissen al per definitie wilt gaan vangen om te kijken of die ene haring er tussen zit die je nodig hebt, dan is dat eigenlijk een aantasting van de privacy van die hele school."
Peter-Jan Loof van het College voor de Rechten van Mens vraagt zich af of het wel noodzakelijk is om zo veel informatie te verzamelen. "Internationale studies plaatsen daar vraagtekens bij. Het gaat om een speld in een hooiberg in massacommunicatie. En hoe meer mogelijkheden je hebt, hoe meer hooibergen er zijn. Of dat de nationale veiligheid helpt, is nog maar de vraag."
Fases
In het wetsvoorstel staat dat het aftappen van informatie van de kabel stapsgewijs gebeurt. Eerst wordt er een bulk aan informatie verzameld. Het is dan nog niet bekend om welke personen het gaat. Daarna wordt de informatie gefilterd, zijn er bijvoorbeeld interessante patronen te herkennen in de data?
Tot slot worden de mogelijk interessante e-mails, berichten of telefoongesprekken geopend en kan de inhoud worden bekeken of beluisterd. Voor elke afzonderlijke stap is toestemming nodig van de minister.
Zelfs over de eerste stap, dus het verzamelen van zogeheten metadata, maakt het College voor de Rechten van de Mens zich al zorgen. Loof: "Er wordt op dat moment nog niet gekeken naar de inhoud van gesprekken of berichten. Maar dat is het punt nou juist, je weet niet wat aanwijzingen kunnen zijn voor de veiligheidsdiensten om verder te kijken in de informatie."
De nieuwe Wet op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten lag deze zomer ter consultatie. Meer dan vijfhonderd mensen, bedrijven en mensenrechtenorganisaties hebben op de wet gereageerd. Minister Plasterk gaat de aanbevelingen bekijken.