NOS Sport

Hoe race je door de Zandvoortse rukwinden? 'Met die windstoten eindig je zo in de muur'

  • Bas de Wit

    redacteur Formule 1 in Zandvoort

  • Bas de Wit

    redacteur Formule 1 in Zandvoort

De wind doet de vlaggen langs het circuit keihard klapperen. Dikke Zandvoortse zeemeeuwen pikken veel liever een overgelaten stukje stroopwafel van de grond in de paddock dan dat ze de onstuimige lucht weer in gaan.

Al op donderdag stond er een ontzettend harde wind in Zandvoort. Maar vandaag gaat het - als de weersvoorspellingen uitkomen - pas echt waaien.

Het werpt een paar uur voor de eerste vrije training de vraag op: hoe ga je in een Formule 1-auto om met rukwinden en windstoten?

Sommige coureurs maken zich er niet zo druk om. Zij halen hun schouders op. Anderen vertellen dat het toch wel erg moeilijk kan zijn.

"Het is een stuk lastiger dan mensen denken", zegt Lando Norris van McLaren bijvoorbeeld. "Zelfs wind van 20 à 25 kilometer per uur is best veel voor ons. Het verschil met een wind die met tien kilometer per uur waait, merk je meteen."

Zo hard als het vanmiddag zou kunnen gaan waaien, maakte Norris in de F1 nooit mee. "Windstoten tot 70 of 80 kilometer per uur heb ik nog nooit ervaren. Het kan best gevaarlijk zijn. Als je de snellere bochten van dit circuit neemt met die windsnelheden, kun je als coureur niks meer doen. Met die windstoten eindig je zo in de muur of in het grind."

"Ik weet niet wat ik ervan moet verwachten, maar dat je de wind op televisie niet kunt zien, betekent niet dat het er niet is. Het heeft veel gevolgen voor ons, het zal uitdagend worden. Ook als je zelf geen foutje maakt, kun je in de muur belanden. Je moet erop anticiperen, ook al weet je nooit precies wat de wind gaat doen."

Compromissen maken

Anticiperen: dat klinkt nog betrekkelijk eenvoudig. Maar ook dat is niet altijd genoeg, vertelt voormalig F1-coureur Johnny Herbert uit. De Brit werkt dit weekend in Zandvoort als steward en houdt op donderdag de weerberichten al goed in de gaten.

"Het gaat niet alleen om hoe je rijdt, maar ook om hoe gevoelig je auto voor de wind is", legt hij uit. "Tot hoever komt de wind onder de wagen, hoe hard raakt een zijwind de achtervleugel?"

"Veel topcoureurs willen bochten scherp aansnijden. Iemand als Max Verstappen zoekt daarin naar perfectie, maar in de wind bestaat perfectie bijna niet. Je moet compromissen maken, kijken waar je wat tijd kunt winnen en balans zoeken."

Programma Zandvoort

Dat Norris het over anticiperen had, snapt Herbert wel. "Maar anderzijds kan de wind in je eerste ronde van een totaal andere kant komen dan in je tweede. Dan ga je wellicht een bocht wat zachter in dan nodig, omdat je er beter uit wilde komen, en dan verlies je tijd. Je moet ook improviseren: beslissingen maken in het moment."

Vlaggetje

Daniel Ricciardo vergelijkt racen in de wind met rijden op een natte baan. Inhouden, aftasten, balans houden. De Australiër van RB heeft een truc, waarvan hij niet zeker weet of zijn collega-coureurs die ook kennen.

"Ik zoek meestal één vlaggetje uit dat langs het circuit hangt", verklapt Ricciardo toch maar. "Daar kijk ik naar en dat gebruik ik dan als een anker, een voortdurend referentiepunt."

Advertentie via Ster.nl