Pegels, poeiers en prachtgoals: ongekend veel afstandsgoals op dit EK
De pegel van Stanciu of het afgeketste schot van Gakpo: bijna iedere dag is het raak op dit EK. De goals van buiten het strafschopgebied vliegen je om de oren, en dat was in het verleden nog wel eens anders.
Uit de cijfers van databureau Opta blijkt dat dit EK afstevent op een record. Bijna een derde van alle goals op dit toernooi werd gemaakt van buiten het strafschopgebied (11 van de 34) en dat is het hoogste percentage van alle EK's én WK's sinds 1978.
Kijkend naar de EK's sinds 2000 valt op hoe veel er al van afstand is gescoord. Dat gebeurde deze zomer bijvoorbeeld al vaker dan op de EK's van 2008 en 2012.
Ter vergelijking: op het gehele WK 2022 in Qatar werd slechts twaalf keer van afstand gescoord. De kans is dus best aanwezig dat het huidige EK dat vandaag al evenaart, met drie wedstrijden op het programma.
Niet meer geschoten van afstand
Naar een verklaring voor deze piek in het aantal afstandsgoals is het vooralsnog gissen. Uit de cijfers van Opta blijkt in ieder geval dat één theorie de deur uit kan. Er wordt namelijk niet meer geschoten van buiten het strafschopgebied dan anders.
Sterker nog: slechts 39% van alle schoten is van afstand en dat is lager dan op alle EK's tussen 1980 en 2016. Alleen op het EK 2020 werd procentueel nog minder van buiten de 16 geschoten (37%). Ook in absolute getallen wordt er simpelweg minder van afstand geschoten dan vroeger (9,6 keer per duel op dit EK).
Vandaag komen er genoeg afstandsschutters in actie om de cijfers verder aan te scherpen. Denk bijvoorbeeld aan de Duitsers Florian Wirtz en Emre Can, die dit toernooi al van afstand scoorden. Of de Kroaat Luka Modric, die met zijn gevoelige rechtervoet ook nog wel eens raak schiet van buiten de zestien.