Fysiologen, eigen chefkoks, slimmer trainen: 'Onze roei-aanpak is revolutionair'
Behalve brute kracht en roei-intelligentie is trainingstactiek essentieel in het roeien. Bondscoach Eelco Meenhorst werkte jarenlang aan een plan om van Nederland het beste roeiland ter wereld te maken. Met groot succes. Zes gouden medailles (inclusief die bij het pararoeien) pakten de Nederlandse roeiers dit WK op het Sava-meer in Belgrado. Hoe kan dat?
Meenhorst: "Je probeert het slimmer te doen dan anderen, dat heeft bij ons heel goed uitgepakt."
Er slopen dit weekend zelfs spionnen langs zijn boten om informatie in te winnen, vertelde Meenhorst in Langs de Lijn. Hij vond dat niet zo erg.
"We zijn niet zo geheimzinnig in dat soort zaken, hoe de boot is afgesteld. Ik denk wel dat landen willen weten hoe we precies trainen." En misschien ook wel managers uit het bedrijfsleven of uit andere sporttakken, want Meenhorst heeft een doordacht, maar eigenzinnig plan dat een aantal wetmatigheden lijkt te kennen voor succes.
Voor het fundament van die visie moeten we een paar jaar terug in de tijd, vertelt goudenmedaillewinnaar Stef Broenink, die ook destijds al pupil van Meenhorst was. Hij legt uit waar ze vandaan komen.
"Rond 2015 was het in het roeien nog heel normaal dat één coach verantwoordelijk was voor alles: de selectie, het trainingsschema. Voeding werd overgelaten aan de atleten zelf. Meenhorst heeft dat veranderd."
De bondscoach betrok in 2017 Jabik-Jan Bastiaans bij zijn staf, die inspanningsfysioloog is en uit het wielrennen komt. In aanloop naar de EK in Luzern in 2019 introduceerden ze een andere manier van trainen bij de mannen dubbelvier en dubbeltwee. De trainingstijd werd verhoogd naar twintig uur per week en de mannen moesten roeien over langere stukken zonder dat ze op hun snelst hoefden te gaan om uithoudingsvermogen te trainen.
Ook werd gekeken naar de relatie tussen voeding en piekmomenten, zodat atleten hun lichaam gaven wat het op dat moment nodig had.
Totaalaanpak, voor mannen en vrouwen
Op die EK in 2019 versloegen Broenink en Melvin Twellaar de zelden geklopte Kroatische broers Valent en Martin Sinkovic en won de mannendubbelvier ook. Nadat Meenhorst met zijn scullselectie (mannen) olympisch goud en zilver had gewonnen in Tokio, werd hij verkozen tot algemeen bondscoach. Zo kreeg hij ook de vrouwelijke roeiers onder zijn hoede.
"Meenhorst heeft een plan dat voor iedereen geldt, de mannen en de vrouwen, omdat we allemaal beter moeten worden - als team. De helft van de stafleden heeft geen roeiachtergrond, maar is gespecialiseerd in data, voeding of inspanning", vertelt Broenink.
Er werd gekozen voor slechts een handvol wedstrijden per jaar. Dit scheelde geld en reistijd en ook zagen alle roeiers elkaar nu vaker. Broenink noemt het wennen dat ze teruggingen in aantal wedstrijden, want: "Je mist het winnaarsgevoel."
Maar er kwam ook iets anders voor in de plaats. "Iedereen in de groep heeft hetzelfde trainingsschema, we gaan samen op hoogtestage, we spreken elkaar vaak en voelen ons echt een team. Er is zo veel verbondenheid."
Winnaarsstrijd en pannenkoeken
De winnaarsstrijd heeft nu een andere vorm. Vaak racen mannen tegen de vrouwen. "Twee keer per week racen we tegen elkaar en vergelijken we onze tijden. Het niveau van de vrouwen is heel hoog. De vrouwen dubbelvier is gelijk aan de snelheid van de mannen dubbeltwee. En een mannelijke skiff roeit even snel als de vrouwen dubbeltwee."
Hij noemt het een luxe dat ze op deze manier trainen. "Je gunt elkaar het succes ook meer, we zitten allemaal in hetzelfde schuitje."
En er is nog iets: het eten.
"We hebben twee chefkoks in dienst die ook met ons meereizen en die na een wedstrijd speciale smoothies voor ons maken en het juiste eten voorschotelen. Ook pannenkoeken en rijstepap", lacht hij. Hij is trots op hun prestatie in Belgrado. "Onze roei-aanpak is revolutionair."
Meenhorst zelf is bescheidener in zijn woorden. "Of het vooruitstrevend is, kan ik niet helemaal goed inschatten, maar ik heb wel de indruk dat wij iets hebben gevonden wat heel goed lijkt te werken."