Jong Oranje in Spanje: ideale omstandigheden, allesbehalve ideaal trainingskamp
In de schaduw van het 'grote' Oranje trok Jong Oranje afgelopen week naar Spanje voor een trainingskamp. De inzet? Een stevige basis leggen voor een succesvol EK, komende zomer. Het liep alleen allemaal net even iets anders dan gepland.
Stralende debutant
Tussen de palmbomen en witte huizen fietst Feyenoorder Quilindschy Hartman op standje 'tranquilo' vanaf het hotel richting het trainingsveld. Een ritje van nog geen vijf minuten op de mountainbike, over het reusachtige resort in Roldán, net onder Murcia.
Het is even voor half elf en het is al 24 graden in het zuidoosten van Spanje. Een stralende zon met een briesje wind. En het geratel van fietskettingen als achtergrondgeluid.
"Dit is toch top?!", kijkt Hartman vrolijk om zich heen. "Het is lekker weer, we hebben een lekker veld, leuke groep. Hier zijn alle ingrediënten aanwezig voor een goede week!"
Van chagrijn vanwege het afvallen bij het Nederlands elftal - hij zat in de voorselectie voor de EK-kwalificatieduels met Frankrijk en Gibraltar - is bij de Feyenoorder geen sprake. Hij debuteert in Spanje voor Jong Oranje en is daar oprecht hartstikke blij mee.
Het is de energie en het enthousiasme dat bondscoach Erwin van de Looi maar al te graag terugziet in zijn team. "Q is een echte liefhebber. Hij ruikt het veld en zegt: 'Heerlijk! We gaan lekker voetballen, trainer.' Het is een positieve jongen", aldus Van de Looi.
Veel afmeldingen en verschuivingen
De coach stopt na het komende EK, na een periode van vijf jaar bij Jong Oranje. Werken met de beste talenten van Nederland is een erebaan, maar tegelijkertijd soms erg lastig. Vooral als je als trainer wil bouwen en schaven aan je elftal.
De selectie ziet er namelijk telkens anders uit. Dat blijkt dit trainingskamp ook weer. Nog voordat het vliegtuig vanuit Amsterdam naar Spanje is vertrokken zijn er al vier afmeldingen door blessures.
Devyne Rensch (Ajax), Jeremie Frimpong (Bayer Leverkusen), Sven Mijnans (AZ) en Mees Hilgers (Twente) kunnen er niet bij zijn. Feyenoorder Quinten Timber, een van de aanvoerders, is er al geruime tijd uit met een blessure.
Later schuiven 'Jong Oranje-routiniers' Ryan Gravenberch en Kjell Scherpen vanwege de plotselinge buikgriepgolf nog door naar het Oranje van Ronald Koeman, het vlaggenschip van Nederland.
Ook bij Jong Oranje blijft niet iedereen fit tijdens het trainingskamp: Bjorn Meijer (Club Brugge) en Milan van Ewijk (Heerenveen) kunnen in Spanje niet alles meedoen zoals gepland. Meijer ligt voornamelijk ziek op bed. Van Ewijk is niet helemaal lekker, maar traint wel mee.
Naast het sportieve gedeelte is teambuilding een belangrijk aspect tijdens zo'n trainingskamp. Een groep worden die voor elkaar vecht en wedstrijden wint, straks als het er echt toe doet op het EK. Het maakt het extra zuur dat een aantal vaste waarden er nu dus niet bij is.
Ontspanning in resort
De spelers die er wel zijn, slaan tussendoor een balletje op de golfbaan bij het hotel (Toulouse-spits Thijs Dallinga blijkt de voetballer met het meeste talent), gaan samen uit eten en chillen vooral in de daarvoor ingerichte ontspanningsruimte van het hotel.
Wouter Burger (FC Basel) en Mitchel Bakker (Bayer Leverkusen) spelen een potje tafeltennis, terwijl Micky van de Ven (Wolfsburg) probeert om Ludovit Reis (HSV) nog maar weer een keer te verslaan met poolbiljart. Anderen genieten aan de rand van het zwembad van de zon of spelen op de PlayStation op hun kamer.
En voor wie het zich afvroeg: ook deze generatie voetballers kaart nog met elkaar en luistert 'gewoon' naar André Hazes, al loopt de muzieksmaak behoorlijk uiteen. Van Drake tot Broederliefde en van Spaanse klanken tot Hollandse hits.
"Uiteindelijk zijn het bij Jong Oranje normale gasten die gewoon net iets beter kunnen voetballen dan hun leeftijdsgenoten. Zo simpel is het", stelt Van de Looi.
Van Simons en Brobbey naar Schendelaar en Sambo
Twintig minuten verderop, in de knusse Pinatar Arena in San Pedro del Pinatar, is het een komen en gaan van nationale jeugdselecties. Jong België speelt er. Jong Japan komt voorbij.
Net als de leeftijdsgenoten van Noorwegen en Tsjechië, EK-gangers tegen wie Oranje oefent.
Onder toeziend oog van scouts, familieleden, fans en locals wint Nederland op zaterdag met 3-0 van Noorwegen. Op maandag speelt een sterk gewijzigd team met 1-1 gelijk tegen Tsjechië.
Waar Jong Oranje een paar maanden terug nog bestond uit spelers als Xavi Simons, Brian Brobbey, Lutsharel Geertruida, Gravenberch (nu allen bij Oranje) en Frimpong, staan er nu minder bekende namen als Jasper Schendelaar (PEC Zwolle), Dirk Proper (NEC) en Shurandy Sambo (Sparta) op het wedstrijdformulier.
"We wilden hier werken met een selectie die zo goed mogelijk zou lijken op die van het EK, voor zover dat kon. Maar door de omstandigheden is de samenstelling anders geworden", concludeert Van de Looi na de duels.
"Dit trainingskamp laat zien dat er meer jongens zijn die meekunnen op dit niveau. In de breedte hebben we in Nederland best veel goede spelers. Dat is positief."
Zelfbewuste generatie tikje individueler
Hij is 51 jaar inmiddels, Van de Looi. Voormalig verdediger van Vitesse, als coach bekerwinnaar met FC Groningen. En nu dus al geruime tijd aan het werk met de jongste generatie profvoetballers.
"Wat deze generatie anders maakt, is dat ze erg zelfbewust zijn. Ze weten wat ze willen, hebben een plan met hun carrière en verzamelen daarbij mensen om zich heen", valt de coach op.
"Eerdere generaties kwamen gewoon en gingen voetballen. Deze jongens weten wat hun lichaam nodig heeft, zijn zich bewust van hun voeding en hebben tactisch ook veel kennis. Het levert tegelijkertijd ook wel een beetje individualisme op."
Dat ziet Van de Looi niet per definitie als iets negatiefs. "Het is in de hele maatschappij tegenwoordig veel meer 'ik' dan 'wij'. Het is goed dat een speler kan uitblinken bij Jong Oranje, want hij wil naar Oranje. Maar hij moet het wel eerst in een team doen."
Om te besluiten met: "Ik denk dat ze dat ook goed begrijpen."