Van 't Wout: van ijshockeyen in Canada naar shorttrackgoud voor Nederland
Anne van Eijk
redacteur NOS Sport
Anne van Eijk
redacteur NOS Sport
Na een training van de Nederlandse shorttrackploeg klinken er opeens vloeiend Engelse volzinnen in de kantine van ijsstadion Thialf. Aan het woord is toch echt iemand met een oranje trainingspak aan: Jens van 't Wout.
De 21-jarige Nederlander woonde een groot deel van zijn jeugd in Canada, begon ooit met ijshockey, maar schittert inmiddels in het shorttrack, met 'Nederland' op zijn rug. Bij de tweede World Cup van dit seizoen stond hij op de hoogste trede van het podium.
Twee keer zelfs. Na de 1.500 en de 500 meter kreeg hij de gouden medaille omgehangen. "Ik wist op zich wel dat we als team sterk aan het rijden waren, dus ik had wel het gevoel dat er een medaille in zat", vertelt Van 't Wout.
"Ik dacht misschien kan ik wel strijden om zilver of brons, maar goud had ik echt niet verwacht. En zeker niet twee keer."
Bekijk in de carrousel de winnende races van Van 't Wout:
Van 't Wout kan het enkele weken na het bewuste toernooi in Salt Lake City nog altijd niet helemaal geloven. "Ik kijk mijn hele leven al naar shorttrack, naar de World Cups en zo. En om dan nu te winnen, geeft wel echt een goed gevoel. Maar het is ook een beetje onrealistisch nog."
Jeugd in Canada
Zo snel als hij wegreed bij de concurrentie op de 1.500 meter, zo snel schakelt hij ook tussen het Engels en Nederlands. Toen van 't Wout twee jaar was, verhuisde hij namelijk met zijn ouders en broer Melle, die ook tot de huidige Nederlandse shorttrackploeg behoort, naar het Noord-Amerikaanse land.
De eerste sport die hij ging beoefenen was ijshockey. "Dat heb ik acht jaar gedaan", vertelt Van 't Wout, die met zijn tengere bouw wat moeite had met het 'ruwe' ijshockeyspel. "Ik was wat klein vergeleken met de meesten daar. Toen ik op het niveau kwam dat je mag bodychecken kreeg ik veel blessures, dus toen heb ik besloten te gaan shorttracken."
Eerst op recreatief niveau in Amsterdam, want op zijn twaalfde keerde de familie Van 't Wout terug naar Nederland, maar al snel werd hij opgenomen in het regionaal talentententeam Midden-Nederland.
Op zijn negentiende werd hij door toenmalig bondscoach Jeroen Otter bij de shorttrackselectie gehaald en een jaar later debuteerde hij al op de Olympische Spelen. In Peking kon hij nog niet zijn stempel drukken op de races. Zowel op de 500 als de 1.000 meter werd Van 't Wout in de series uitgeschakeld.
Even terug in Canada
Voor de eerste World Cup van dit seizoen was hij weer even terug in Canada. In Montreal, om precies te zijn. "Dat voelt wel een beetje als thuis, ja", erkent Van 't Wout. "Ook qua eten en drinken. Ik neem Friso (Emons, red.) dan altijd mee naar Tim Hortons, omdat ze daar heel lekkere koffie hebben."
Zijn Canadese vrienden zaten niet op de tribune. "Montreal ligt ongeveer op acht uur rijden van waar ik gewoond heb, dus dat vind ik een beetje veel gevraagd. Maar we bellen wel en hebben veel contact."
In zijn tweede thuisland eindigde hij nog niet op het podium, maar een week later kon hij zijn vrienden vanuit Salt Lake City alsnog bellen om te vertellen dat hij twee keer wereldbekergoud had gehaald. Goud had hij nog niet verwacht, maar Van 't Wout merkte wel dat hij de laatste maanden flinke stappen heeft gezet op de shorttrackbaan.
"We hebben met Niels Kerstholt een andere coach, dus we trainen anders. Je merkt dat het niveau van het hele team omhoog is gegaan en als je iedereen stappen ziet zetten, dan wil je dat zelf ook. Ik denk dat het een combinatie is van een nieuwe olympische cyclus en een nieuwe coach."
"Bij mij persoonlijk is vooral de tempohardheid verbeterd", gaat Van 't Wout verder. "Ik kan nu veel harder en langer op kop rijden. Op de 1.500 meter merk ik dat ik op het einde minder inzak dan voorheen."
De nuchtere Van 't Wout ziet zichzelf na zijn twee gouden medailles niet ineens als grote favoriet voor de rest van het seizoen. "Er zal zeker meer op mij gelet gaan worden, maar ik zie het zo: het goud was mooi, maar het zal niet meteen weer goud worden."
"Of tenminste, het kan natuurlijk wel", voegt hij er snel aan toe. "Maar ik ga er niet vanuit. Ik blijf gewoon hetzelfde racen en dan zie ik wel wat er gebeurt."