Raketaanvallen ver van front Oekraïne maken steeds meer burgerslachtoffers
Raketaanvallen op burgerdoelen ver van de frontlinie in Oekraïne eisen steeds meer slachtoffers. Uit onderzoek van de NOS blijkt dat bij inslagen op civiele objecten als woonflats en winkelcentra, honderden kilometers van het front, sinds de eerste maanden van de oorlog meer burgerdoden en -gewonden vallen. Tegelijkertijd neemt het aantal aanvallen niet toe.
Donderdag 14 juli. Een meisje met mintgroene schoentjes duwt lachend naar de camera een kinderwagen voort. Het is op zichzelf een weinig opmerkelijke video, zoals miljoenen ouders die van hun kleuters maken. Toch gingen juist deze beelden van eerder die dag via sociale media de wereld over. Ernaast: een foto met diezelfde mintgroene schoentjes, tussen de brokstukken, bewegingloos.
380 kilometer
De 4-jarige Liza was een van de 26 dodelijke slachtoffers van een kruisraket die op 14 juli insloeg in Vinnytsja. Een druk winkelcentrum werd geraakt, zo'n 380 kilometer van het front. Ruim 200 mensen raakten gewond. Het is een voorbeeld van ogenschijnlijk willekeurig bruut geweld, gericht op burgers, ver weg van het dagelijkse oorlogsgeweld.
De NOS analyseerde videobeelden van ruim 150 raket- en artillerieaanvallen op Oekraïens grondgebied. In 94 daarvan werd net als in Vinnytsja een burgerdoel geraakt, zoals een woonflat, school of winkelcentrum. Vaak aan het front, maar regelmatig ook tientallen kilometers ervandaan. Zeven van die aanvallen vonden plaats op meer dan 100 kilometer van de dichtstbijzijnde frontlinie, allemaal uitgevoerd door Rusland.
Bekijk hier het verloop van raketaanvallen op burgers ver van het front, in kaart en beeld. Als je onderin het scherm klikt, ga je door naar de volgende pagina, klik je bovenin het scherm, dan ga je terug naar de vorige pagina:
Recente berichtgeving in de media suggereert een toename van raketinslagen ver van het front. Toch waren er eerder in de oorlog niet minder dan nu. Maar er is een belangrijk verschil: ze worden steeds dodelijker.
In april vielen er 8 doden bij inslagen op burgerdoelen op meer dan 100 kilometer van het front. In juni waren dat er 22, en in juli ging het om 47 doden. Ook het aantal gewonden bij dit soort incidenten neemt toe: van 21 in april, naar 67 in juni en 240 in juli. De werkelijke aantallen liggen mogelijk nog hoger.
In mei en begin juni was het ver van het front relatief rustig. "Waarschijnlijk door hergroeperingen aan Russische zijde", zegt oud-commandant Landstrijdkrachten Mart de Kruif. Bovendien was Rusland in die maanden vooral druk met het beschieten van westerse wapensystemen die Oekraïne binnenstroomden. "Dat had prioriteit."
Angst als wapen
Tientallen doden en honderden gewonden. Het valt in het niet bij de cijfers van het front, waar duizenden Oekraïense en Russische soldaten sneuvelen. Toch gaat het hier om een totaal andere situatie: grootschalige, onverwachte explosies waar mensen die niet verwachten. Bewakingsbeelden uit de stad Vinnytsja, ruim zeven uur rijden van het front, tonen mensen die boodschappen doen, de hond uitlaten of koffie halen - vlak voordat een kruisraket inslaat.
Dat Rusland met dit soort aanvallen uit is op het zaaien van angst, acht oud-commandant De Kruif waarschijnlijk. "In oorlog wil je het draagvlak bij de tegenstander afbreken." Hij wijst naar het bombardement van Rotterdam. "De situatie valt niet te vergelijken, maar het effect wel: bij zulke angst valt de steun vanuit de bevolking steeds verder weg."
Onnauwkeurige beschietingen
Ook wrok kan een rol spelen, denkt de oud-commandant. "De Russen hadden gerekend op een positievere ontvangst." De verbolgenheid dat die er niet was, kan volgens hem bijdragen aan de onverschilligheid waarmee de Russen beschietingen uitvoeren.
Op 160 kilometer van het front, in Krementsjoek, was eind juni een winkelcentrum het doelwit van een raketaanval:
In andere gevallen zal het om een 'foutje' gaan. "We zien dat de nauwkeurigheid van aanvallen steeds verder afneemt", stelt De Kruif. De precisiewapens van de Russen zouden inmiddels grotendeels op zijn. "Toch lijkt dat voor Rusland geen aanleiding om anders met beschietingen om te gaan. De kans dat daar dan burgers bij worden geraakt, is aanzienlijk groter."