Wereldwijd zijn er enorme tekorten aan graan. Oekraïne is een grote exporteur, maar door de oorlog kan het graan het land niet uit. De Litouwse minister van Buitenlandse Zaken lanceerde vandaag een voorstel om via de Zwarte Zee te vervoeren. Hij zoekt landen die de stad Odessa en het scheepvaartverkeer op de Zwarte Zee willen beschermen.
Minister Gabrielius Landsbergis benadrukt dat het om een humanitaire hulpactie gaat, niet om een militaire actie. "De landen vechten niet tegen de Russen, ze zorgen ervoor dat de wereld het graan uit Oekraïne krijgt. Dat is een belangrijk onderscheid. De missie zou alleen garanderen dat de Russen de schepen en de haven niet aanvallen."
Bescherming stad
Wat hem betreft gebeurt dat vervoer van graan niet onder de vlag van de NAVO, maar werken landen op eigen initiatief samen bij het beschermen van de schepen en van de havenstad Odessa. Bij dat vervoer is volgens Landsbergis een marine-escorteoperatie nodig.
"Daar zou ook de bescherming van een stad bij horen. Want als de haven opengaat en weer operationeel wordt dan varen er handelsschepen af en aan en kunnen de Russen de stad aanvallen. Dat mogen we niet laten gebeuren."
Op dit moment is niet te zeggen welke landen willen meedoen. Alleen Groot-Brittannië wil helpen. Landsbergis: "We beginnen net informatie te vergaren en te inventariseren hoeveel landen en regeringsvertegenwoordigers bereid zouden zijn om eraan mee te doen. Ik zou erg dankbaar zijn als de Nederlandse regering zou meedoen, op welke mogelijke manier dan ook."
De wereldwijde graanprijs is het afgelopen jaar ongeveer verdubbeld van 20 tot 25 Dollarcent naar 40 tot 50 Dollarcent. Grote bedrijven die graan opkopen, zijn door de oorlog geconfronteerd met abrupt tekort, vertelt Bart de Steenhuijsen Piters, onderzoeker voedselsystemen bij de Wageningen Universiteit (WUR). Daar komt de droogte en effecten van klimaatverandering nog bij.
De Steenhuijsen Piters noemt de plannen voor een humanitaire corridor een nobele actie, zeker als het ook de nood in bepaalde landen gaat dienen. Op dit moment is volgens hem nog niet duidelijk of dat ook echt gaat gebeuren.
"Het graan is nu nog van grote handelaren in Oekraïne. Waarschijnlijk is dat onderdeel van contracten met de vier grote ondernemingen in de wereld die in tarwe handelen. Die bedrijven zouden moeten afzien van het opkopen van het tarwe uit Oekraïne. Dat zou dan beschikbaar moeten zijn voor opkoop voor bijvoorbeeld World Food Program voor landen in nood."
'Bestemming onduidelijk'
De Steenhuijsen Piters gaat er van uit dat de onderhandelingen achter de schermen wel plaatsvinden. Zijn verwachting is dat bedrijven wel zullen toegeven onder internationale druk. Maar het is op dit moment niet zeker of het graan straks terecht komt in landen waar de nood het hoogst is. "We weten dat er een actie is om het uit Oekraïne weg te halen, maar we weten niet wat daarna de bestemming is."
Vooral in Afrika is de nood hoog, waar sommige landen voor 70 procent afhankelijk zijn van leveringen uit Oekraïne. "Oekraïne is in staat heel efficiënt op enorme schaal heel veel kan produceren. Zo kan het dat mensen uit Tanzania, waar je prima zelf kan verbouwen, tarwe uit Oekraïne eten."
Via de Zwarte Zee is de enige optie. Alle andere opties zijn een druppel op de groeiende plaat.
Rusland blokkeert de Oekraïense havens zoals Odessa - waar veel graan het land verliet. De doorvoer richting Europa of Noord-Afrika is daarmee onbereikbaar. Transport over weg of spoor naar havens van Roemenië, Polen of Litouwen kost weken. Dat kan bovendien alleen in kleine volumes.
Via de Zwarte Zee is daarom de enige optie, zegt Kees Huizinga, die een agrarisch bedrijf in Oekraïne heeft. Alle andere opties zijn volgens hem "een druppel op de gloeiende plaat".
Terwijl de wereld met tekorten kampt, ligt een derde van de Oekraïense opbrengst vorig jaar tot zijn frustratie nog steeds in de opslag. Via land en spoor zet vervoer van graan totaal geen zoden aan de dijk. En voor het komende jaar lopen de tekorten nog verder op, waarschuwt Huizinga.
"Dit jaar is vaak niet gezaaid en geoogst. Wat wel kon worden geoogst, komt nu niet op de wereldmarkt. Boeren praten er nu al over om straks niet opnieuw te zaaien. Als zij hun oogst nu niet kunnen verkopen, dan hebben ze straks ook geen geld voor diesel, kunstmest, loon of pacht om straks te gaan zaaien voor 2023. En dan is 2022 dus nog niet eens het ergste jaar."