Onderzoeksraad: meer doen om olielekkages in haven Rotterdam te voorkomen
Het Havenbedrijf Rotterdam, Rijkswaterstaat en de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond moeten meer maatregelen nemen om olielekkages in de haven te voorkomen. Dat stelt de Onderzoeksraad voor Veiligheid naar aanleiding van een ongeluk met een olietanker in 2018. Daarbij stroomde meer dan 200 ton stookolie in het water.
Het Noorse schip Bow Jubail klapte op 23 juni 2018 door een stuurfout van de kapitein tegen een steiger. De olietanker sloeg lek, waarna de olie het water in stroomde. Het schip had enkelwandige tanks.
De raad adviseert om schepen met enkele wanden beter te begeleiden als ze in de haven van Rotterdam aankomen. Ook moet dit soort schepen op specifieke, minder riskante plaatsen komen te liggen. Bovendien moeten de organisaties het voortouw nemen om de internationale veiligheidseisen voor olietankers aan te scherpen, schrijft Rijnmond.
Bekijk in onderstaand filmpje beelden van het ongeluk:
De aanvaring in 2018 maakt volgens de Onderzoeksraad duidelijk dat een grootschalige lekkage ingrijpende gevolgen heeft voor het milieu. Hoewel er snel actie werd ondernomen om de olie op te ruimen, kon die zich toch snel verspreiden. Volgens de raad werd er geen rekening mee gehouden dat de olie zich zou vermengen met water, waardoor de olie in diepere waterlagen terechtkwam.
De raad concludeert dat oliebestrijders geen grip hadden op de verspreiding van de olie. "De olie raakte letterlijk uit zicht", staat in het advies. Ook was er te weinig materieel beschikbaar voor de opruimactie. Havenbedrijf Rotterdam, Rijkswaterstaat en de Veiligheidsregio moeten regelmatig gaan oefenen voor dit soort gebeurtenissen.
Zwanen besmeurd
Door de lekkage raakten honderden vogels besmeurd met olie. De Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond zette mensen uit het hele land in om de dieren te redden. Veel vrijwilligers zetten zich in om de besmeurde dieren schoon te schrobben.