Honderden vogels besmeurd na olielek, hulporganisatie spreekt van ramp
Honderden vogels zijn besmeurd met olie na de lekkage van stookolie in het Botlekgebied in Rotterdam van gisteren. Dierenorganisaties, ondersteund door de dierenambulance, brandweer en Rijkswaterstaat proberen de dieren te vangen en schoon te maken.
Het gaat om onder andere besmeurde zwanen, aalscholvers, meeuwen en ganzen. De Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond zegt dat er een landelijke eenheid is ingezet om de dieren te redden.
Hier zie je de reddingsactie.
Volgens Reddingsteam Zeedieren Nederland zijn er inmiddels meer dan duizend vogels geteld die onder de olie zitten en duurt het dagen om ze schoon te krijgen. "Als de dieren nog te redden zijn, want we hebben hier ook al vogels gehad die in onze handen doodgingen. Die olie belandt in de darmen en dat is erg giftig", zegt voorzitter Theo de Wijs. Hij spreekt van een milieuramp.
Er wordt actief naar de vogels gezocht. De brandweer vaart met bootjes op een aantal plekken rond om de dieren te vangen. Vervolgens worden de dieren naar een vogelopvangcentrum in Rotterdam gebracht.
Bekijk hieronder beelden van zwanen die nog niet zijn gevangen:
Het grote olielek ontstond gisteren toen een Noorse olietanker tegen een steiger voer. Er lekte zo'n 200 ton stookolie het water in. De hele nacht zijn hulpdiensten met zes reinigingsvaartuigen bezig geweest om de olie te verwijderen. Het gaat dagen, zo niet weken duren om de vervuiling op te ruimen, verwacht de woordvoerder.
Op de stranden van de Noordzee is geen olie beland, wel ligt het op de oevers van de Nieuwe Maas. Mensen worden opgeroepen om de stranden bij de rivier te mijden. Ook zijn de plezierhavens afgesloten.
De Veiligheidsregio benadrukt dat het inslikken van olie gevaarlijk is en waarschuwt mensen om de olie niet aan te raken. Ook voor watervogels is de olie gevaarlijk, omdat hun verendek erdoor wordt aangetast. De dieren kunnen erdoor onderkoeld raken en het drijfvermogen van de veren neemt af.
Verslaggever Pauline Broekema merkt in het dorp Rozenburg dat veel vrijwilligers spontaan komen helpen. De zwanen laten zich niet zomaar vangen. Ze moeten opgejaagd en ingesloten worden, en dat is lastig, zag Broekema.
In Rozenburg stond een moeder met kind te kijken hoe de zwanen in hokken in bestelbusjes werden gezet. De vrouw legde aan dochtertje uit wat de oorzaak is, maar plaatste ook de kanttekening "dat Rotterdammers wel van de haven leven".
"Ik vind het belangrijk dat eraan toe te voegen. Ik wil ook dat ze weet dat ze hierna worden schoongemaakt, dat het niet alleen een treurig verhaal is", zei ze.