Vaarverbod bij Waddengebied? 'Zolang de regels maar voor iedereen gelden'
Een meerderheid in de Tweede Kamer is voor het sluiten van de vaarroute vlak bij de Waddeneilanden in het geval van een storm. Aanleiding is een ongeluk met het Nederlandse schip OOCL Rauma, dat gisteren zeven containers verloor ten noorden van Ameland.
Dat gebeurde op de zuidelijke vaarroute, net als vorig jaar het geval was met de MSC Zoe. Dat containerschip verloor toen bijna 350 containers, wat een ecologische ramp was voor het Waddengebied. Het opruimen van de zeecontainers en inhoud is nog altijd niet voltooid en een deel zal vermoedelijk nooit worden teruggevonden.
Omdat de route wordt gedeeld met Duitsland lijkt de maatregel er niet zomaar te komen. D66, CDA, ChristenUnie, PvdA, GroenLinks, Partij voor de Dieren en de SP pleiten daarom voor een noodverordening, waarmee de zuidelijke route snel kan worden afgesloten. Zij vinden het risico voor het Waddengebied, dat op de Werelderfgoedlijst van Unesco staat, te groot. Voor komend weekend wordt er opnieuw een storm verwacht.
Buiten territoriale wateren
"Sommige Kamerleden denken dat de zuidelijke vaarroute volledig binnen de Nederlandse territoriale wateren valt, maar dat is maar gedeeltelijk het geval", zegt Niels van de Minkelis van de Koninklijke Vereniging van Nederlandse Reders (KVNR), de branchevereniging van de zeescheepvaart. "Voor een groot deel valt de route erbuiten."
De Nederlandse territoriale wateren reiken tot 12 zeemijlen uit de kust, oftewel zo'n 22 kilometer. Daarbuiten valt de route onder de verantwoordelijkheid van de Internationale Maritieme Organisatie (IMO), een agentschap van de Verenigde Naties dat de internationale regels voor de zeevaart bepaalt.
"Daar moet de kapitein het besluit nemen. Zolang het schip buiten territoriale wateren vaart, kunnen landen hem niet dwingen een bepaalde route te varen." En volgens Van de Minkelis neemt een schipper dat besluit zelf niet zomaar. "Het is een heel stuk om. Dat heeft zeker economische gevolgen. Een schipper doet dat liever niet als er geen noodzaak is."
Mocht de maatregel er uiteindelijk toch komen, is het volgens Van de Minkelis belangrijk dat die voor iedereen geldt. "Als de IMO besluit de route te sluiten, dan hebben wij ons daarbij neer te leggen. Dan maakt het ook niet uit want dan gelden de regels voor iedereen. Er zijn ook kleinere schepen die met containers varen. Dan zou het verbod ook voor die schepen moeten gelden."
Ook op milieugebied is er volgens Van de Minkelis het een en ander aan te merken op het sluiten van de zuidelijke route. "Nog steeds gaan er dan containers overboord. Het gebeurt dan alleen verder uit de kust, waardoor containers minder snel op een eiland zullen aanspoelen. Ook draagt het omvaren bij aan de CO2-uitstoot."
Hij wijst verder op de hoorzitting over de MSC Zoe. "Toen gaf Rijkswaterstaat aan dat de opruimactie nog veel moeilijker zou zijn geweest als het schip ver buiten de kust zou hebben gevaren. Containers zijn dan niet zomaar terug te vinden."
Code rood?
Van de Minkelis pleit voor een waarschuwingssysteem, vergelijkbaar met de kleurcodes van de KNMI. "Nu hebben we alleen de Kustwacht die grote schepen adviezen geeft. Een code oranje of rood zou voor de scheepvaart misschien ook kunnen werken. Codes afgegeven bij een bepaalde golfhoogte en windkracht is wat logischer dan rücksichtslos een vaarroute afsluiten."
Edwin Granneman van Kustwacht Nederland betwijfelt of een ander waarschuwingssysteem zou werken. "Dan moet je continu heel veel gebieden en situaties gaan beschrijven. Containers vallen bij slecht weer soms van schepen af. Het is een soort risico dat erbij hoort. Op de weg krijgen vrachtwagens ook ongelukken."