Haase nog altijd kritisch op 'absurd' en 'superslecht' Davis Cup-concept

De Nederlandse tennissers moeten op vrijdag en zaterdag tegen Tsjechië een ticket voor het finaletoernooi van de gerenoveerde Davis Cup (18-24 november) zien veilig te stellen. Vanuit de tenniswereld klinkt er nog steeds veel kritiek op de veranderingen.

Minder speeldagen, kortere partijen en extra prijzengeld waren de voornaamste uitgangspunten van de nieuwe opzet, die in augustus door de internationale tennisfederatie ITF werden doorgevoerd.

Het resultaat: een finaletoernooi met achttien landen in november, voorafgaand aan een kwalificatieronde in februari.

De aanpassingen stuitten op weerstand, en met name op het moment van het finaletoernooi, dat van 18 tot en met 24 november wordt afgewerkt. De meeste tennissers vieren dan hun vakantie.

Daarnaast is de heroïek van een vijfsetter verdwenen. Er wordt sinds dit jaar alleen nog om twee gewonnen tiebreaksets gespeeld.

"Ik heb het geaccepteerd, maar dat betekent niet dat ik het goed vind. Sterker, ik vind het concept superslecht. En met mij bijna iedereen van de tennissers", is Robin Haase nog steeds uiterst kritisch op de veranderingen.

De kopman van Nederland erkent wel dat verandering nodig is, mede door de volle kalender, een slecht verdienmodel, de slinkende interesse van de topspelers en de soms ellenlange partijen.

"Maar op deze manier is het absurd", aldus Haase. "Het probleem is dat de ITF angst had voor de ATP Cup (een nieuw landentoernooi dat vanaf januari 2020 in Australië wordt gespeeld, red.). Toen kwam er een investeringsmaatschappij die haast maakte om de Davis Cup te veranderen. Zij hebben toen het concept van de ATP Cup gejat."

Enorme hoeveelheid prijzengeld

Het enorme prijzengeld, per tennisser levert deelname aan het finaletoernooi ongeveer 150.000 dollar op, speelt volgens Haase nu een grote rol. "Ze dwingen daarmee de spelers om Davis Cup te spelen. Ik speelde nooit voor het geld, maar dat gaat nu wel een grote rol spelen. Dat vind ik jammer."