Oud-premier Renzi van Italië vertrekt als partijleider na afstraffing
In reactie op de verkiezingsnederlaag van de Democratische Partij (PD) vertrekt oud-premier Renzi van Italië als partijleider. De sociaaldemocratische PD haalde minder dan 20 procent van de stemmen, waar de partij bij de vorige verkiezingen nog de grootste was.
In een persconferentie over de nederlaag zei Renzi dat de PD in ieder geval geen zitting zal nemen in een kabinet dat wordt geleid door de populistische Vijfsterrenbeweging of uiterst rechtse Lega. In plaats daarvan zal de PD volgens hem de komende tijd oppositie voeren.
Volgens de oud-premier staan de Vijfsterrenbeweging en de Lega voor een anti-Europees sentiment waar hij geen steun voor kan opbrengen. Hij zegt dat ze zijn partijgenoten met "verbale haat" hebben bestreden. Zo noemden de partijen de PD-beleidsmakers maffiosi, corrupt en zeiden ze dat Renzi's partijgenoten bloed aan hun handen hebben. "Als dat is wat we zijn, regeer dan zonder ons."
Renzi was van plan pas na de vorming van een nieuwe regering zijn functie neer te leggen, maar een deel van de partijtop wil dat hij onmiddellijk vertrekt. Het is de bedoeling dat er na de formatie, die dus zonder de PD zal zijn, een partijcongres wordt georganiseerd waar zijn opvolger wordt gekozen.
Ingewikkelde uitslag
De verkiezingen hebben een voorlopige uitslag opgeleverd waarmee het erg ingewikkeld wordt om een stabiele coalitie te vormen. De grootste partij is de populistische Vijfsterrenbeweging geworden, die ongeveer een derde van de stemmen kreeg. Ook de uiterst rechtse Lega boekte forse winst en kwam uit op meer dan 17 procent van de stemmen.
Beide partijen claimen nu het recht een regering te vormen. Toch ligt een samenwerking tussen de twee winnaars vooralsnog niet voor de hand, omdat de Vijfsterrenbeweging, die vooral anti-establishment is, een breed politiek spectrum beslaat en veel linkse stemmers een coalitie met de Lega niet zouden steunen. Bovendien was de Vijfsterrenbeweging principieel tegen samenwerkingen met andere partijen, al lijkt die sinds kort wel open te staan voor gesprekken.
Een Grote Coalitie van centrumlinkse en centrumrechtse partijen, zoals in Duitsland, lijkt ook niet haalbaar. Juist de centrumpartijen die zo'n coalitie zouden vormen, hebben een zware nederlaag geleden of zijn, in het geval van Forza Italia van Berlusconi, niet de grootste partij op rechts geworden.