Brunssumse wethouder Palmen is 'geen ernstig risico'
Wethouder Jo Palmen vormt geen hoog en ernstig integriteitsrisico voor de gemeente Brunssum. Dat concluderen twee hoogleraren die in opdracht van de gemeenteraad de integriteit van de omstreden wethouder opnieuw onderzochten. Palmen kan wat hen betreft aanblijven.
De benoeming van Palmen in oktober vorig jaar zorgde voor een groot politiek schandaal in de Limburgse gemeente. In een geheim rapport dat burgemeester Winants had laten opstellen, werd de integriteit van de nieuwe wethouder een hoog en ernstig risico genoemd.
De gemeenteraad hield vast aan de benoeming, wat uiteindelijk leidde tot het vertrek van Winants. Daarop zei minister Ollongren van Binnenlandse Zaken dat Palmen wat haar betreft moest vertrekken.
Ollongren zegt nu dat het allereerst aan de gemeenteraad is om in debat te gaan met waarnemend burgemeester Gerd Leers. Ze benadrukt dat de raad om het tweede rapport had gevraagd.
Het grootste bezwaar tegen de benoeming van Palmen was dat hij in een juridische strijd met de gemeente zou zijn verwikkeld over een stuk grond. Hij zou als wethouder de uitkomst van dat conflict kunnen beïnvloeden.
De onderzoekers Arno Korsten (Maastricht) en Jan Elzinga (Groningen) hebben achterhaald dat Palmen al enkele jaren geen eigenaar meer is van het betwiste perceel. Hij verkocht het aan zijn zoon. Ook van een vermeende schadeclaim van 1,5 miljoen euro tegen de gemeente is geen sprake.
De hoogleraren pleiten de Limburgse politicus niet geheel vrij. Ze verwijten Palmen dat door zijn manier van opereren in de plaatselijke politiek "snel een sfeer of schijn van belangenverstrengelingen kon ontstaan". In combinatie met andere kwetsbaarheden leidt dat wel tot zekere integriteitsrisico's.
Korsten en Elzinga vinden dat Palmen zich "onvoorzichtig gedroeg door over het geschil geen klare wijn te schenken". Hij droeg niet actief uit dat hij geen eigenaar meer was van de grond en dat hij ook geen juridische vordering tegen de gemeente had lopen. "Palmen liet dit achterwege en bewees daarmee zichzelf en de gemeente Brunssum geen goede dienst."
Kritiek op gemeente en burgemeester
Ook de gemeente krijgt kritiek van de onderzoekers. Ze vinden dat door Brunssum "uiterst onhandig en onjuist in het integriteitsdossier is geopereerd". De gemeente liet het conflict over de lap grond veel te lang bestaan en heeft niet voldoende gestreefd naar een passende oplossing.
Het eerste onderzoek naar de integriteit van Palmen was ondeugdelijk, zeggen de twee. Het was een geheim persoonlijk advies aan burgemeester Winants zonder hoor en wederhoor van de politicus.
Bovendien boterde het slecht tussen de burgemeester en Palmen. Winants gaf het bureau dat de risicotoets deed niet alle informatie die noodzakelijk was en gaf bovendien een mondelinge toelichting die niet traceerbaar bleek. Karsten en Elzinga noemen dit een zeer riskante manier van opereren.
'Semi-probleemgemeente'
Het conflict is tekenend voor de slechte bestuurscultuur in Brunssum, die de hoogleraren typeren als semi-probleemgemeente. De verhoudingen in de raad en tussen de raad en het college zijn zo verstoord, dat integriteitskwesties worden gebruikt als politiek strijdmiddel.
Wel constateren de twee dat de interne verhoudingen in het college momenteel goed zijn en dat met het aantreden van tijdelijk burgemeester Gerd Leers ook stappen zijn gezet om de betrekkingen in de raad te verbeteren.