Estland geldt als het Silicon Valley van Europa. Kinderen leren er al jong programmeren, documenten - inclusief wetten - worden digitaal ondertekend en internet is een grondrecht. Buitenlandse delegaties, ook vanuit Nederland, staan in de rij om te kijken hoe de Esten dat doen.
Zo zijn in Estland alle online diensten aangesloten op één overheidsportal. Belastingaangifte doen duurt slechts enkele minuten en gebeurt volledig online. "Alleen voor trouwen, scheiden en je huis verkopen moet je nog fysiek ergens heen", vertelt Anna Piperal van het bezoekerscentrum e-Estonia.
Zonder enige schroom toont ze op een groot scherm haar persoonsgegevens: paspoort en ID-kaart, burgerlijke staat, medische gegevens, bedrijfjes, vastgoed en zelfs haar huisdier. In Estland werd het elektronisch patiëntendossier geruisloos ingevoerd, terwijl dit in Nederland stuk liep op privacybezwaren.
Internetbeveiliging op hoog niveau
Bang voor Big Brother lijken de Esten niet. "Grote bedrijven als Facebook en Google hebben heel veel informatie over ons. Waarom zouden we hen meer vertrouwen dan de overheid" , zegt Viljar Lubi, de staatssecretaris van Economische Groei.
"Toen de Sovjet-Unie uiteen viel, hebben we direct een digitaal overheidsapparaat opgezet. We besparen naar schatting 2 procent van ons bruto binnenlands project, omdat je alles digitaal kunt doen."
Sindsdien zijn ook het cybersecuritycentrum van de NAVO en het IT-centrum van de Europese Unie in de Estse hoofdstad Tallinn gevestigd.
Russische cyberaanval
Maar hoe zit het met de veiligheid? Wat dat betreft heeft Estland geleerd van het verleden. In 2007 legde een vermoedelijk Russische cyberaanval de infrastructuur van het land plat. Daarop werd de beveiliging opgeschroefd, met succes. Het land had bijvoorbeeld geen last van de recente aanvallen met gijzelsoftware door frequente software-updates.
"Het digitale overheidssysteem is een spinnenweb", zegt staatssecretaris Lubi. "De informatie zit in duizenden databases die met elkaar praten. We stoppen niet alle eieren in een mandje." Bovendien worden back-ups bewaard op servers in het buitenland.
We willen graag 10 miljoen virtuele burgers in 2025.
Het voorheen straatarme Estland is door de verregaande digitalisering een aantrekkelijke plek geworden voor startende ondernemers. Per hoofd van de bevolking kent Estland (na IJsland en Ierland) de meeste startups van Europa. Zo werd videochatdienst Skype er ooit opgericht.
Ook buitenlanders kunnen makkelijk een eigen bedrijfje opzetten in Estland. Dat kan volledig online, zonder dat je ooit fysiek in het land hoeft te zijn. Het enige wat er hoeft te gebeuren is 'e-resident' van Estland worden.
Zo'n digitaal burgerschap kan iedereen ter wereld aanvragen. Na een screening kunnen 'e-burgers' bij hun eigen ambassade een ID-pas ophalen waarmee de zaken kunnen worden geregeld. Sinds 2014 hebben al twintigduizend buitenlanders een aanvraag gedaan.
En dat legt Estland geen windeieren: de e-burgers hebben zo'n 3000 bedrijfjes opgezet en betalen belasting. "We willen graag 10 miljoen virtuele burgers in 2025. Interessant voor een land van maar 1,3 miljoen inwoners", zegt de woordvoerder van het programma.