'Als er al vooruitgang is in Noord-Korea, dan vooral voor de elite'
Paulus Houthuijs
Redacteur Online
Paulus Houthuijs
Redacteur Online
Noord-Korea roept in Nederland al snel een beeld op van strak marcherende soldaten, kernproeven en rakettesten. Door alle militaire retoriek en spierballentaal zou je bijna vergeten dat er 25 miljoen 'gewone' mensen wonen. Is hun leven er na ruim vijf jaar bewind van Kim Jong-un beter op geworden?
Vooropgesteld: het is lastig vast te stellen. Noord-Korea is een uiterst gesloten dictatuur en we zien in het Westen vooral wat het regime in de hoofdstad Pyongyang wil laten zien. De laatste jaren zijn dat, naast machtsvertoon, ook wintersportvakanties en luxe zwembaden. Noord-Korea deskundige Sico van der Meer ziet het voor het overgrote deel van de bevolking somber in.
"Als er al vooruitgang is, dan is dat er vooral voor de elite. En de echte elite, die in een Mercedes rijdt en een Rolex heeft, dat zijn slechts een paar honderd mensen." Daaronder is volgens hem nog een kleine subtop van leden van de communistische partij of van het leger.
Een middenklasse is er niet of amper, volgens Van der Meer. "Als die er wel zou zijn dan zouden ze zeggen: leuk, we verdienen meer geld, maar we willen juist meer te zeggen hebben." Een scenario dat leider Kim Jong-un uit alle macht probeert te vermijden.
De cijfers van het Wereldvoedselprogramma (WFP) van de VN liegen er niet om. Zo'n 70 procent van de bevolking, vooral buiten de hoofdstad, heeft niet voldoende of kwalitatief goede voeding. Zij komen bijvoorbeeld vetten, vitaminen of mineralen tekort. Als gevolg daarvan is een op de vier kleuters er te kort voor zijn leeftijd.
Toch is honger een minder groot probleem in het communistische land dan vroeger. In 2001 zei 67 procent van de Noord-Koreanen dat met name honger de reden was om te vluchten naar Zuid-Korea. In 2016 was dat gedaald tot amper 12 procent. Hongersnoden zoals in de jaren 90 - waarbij ruim een miljoen mensen omkwamen - zijn dan wel verleden tijd, de voedselvoorzieningen blijven erg kwetsbaar.
Zo was de oogst in 2015 elf procent lager dan het jaar ervoor. Behalve voor droogte is Noord-Korea ook gevoelig voor natuurrampen als tyfoons en overstromingen. Het land heeft sowieso een ongunstig klimaat voor landbouw en de mechanisatie staat nog in de kinderschoenen.
Volgens Van der Meer moeten we de statistieken over mislukte oogsten wel met een korreltje zout nemen. "Elk jaar roepen ze dat er droogte is en krijgt Noord-Korea weer graan en rijst. Vaak komt het niet op de goede plek terecht, soms wordt het zelfs weer doorverkocht aan het buitenland", zegt de deskundige van denktank Clingendael. Desondanks is de VN altijd doorgegaan met het geven van noodhulp.
Het bruto nationaal product van Noord-Korea wordt geschat op ruim 37 miljard euro. Ongeveer hetzelfde als de ontwikkelingslanden Senegal en Laos. De werkelijke economische cijfers moeten hoger liggen, want de zwarte markt is groot in Noord-Korea. Allemaal omdat het land "dichtgemetseld is met sancties", zegt Van der Meer.
Xtc en wapens
Vanwege de raketlanceringen en proeven met atoomwapens kan het land zeer beperkt zaken doen met het buitenland. "Wij willen helemaal geen import en export, zegt het communistische regime trots. Maar in de praktijk kunnen ze niet zonder." Van der Meer legt uit dat via speciale staatsdiensten er van alles wordt verkocht. Xtc, wapens, illegale sigaretten: allemaal om uiteindelijk winst te maken voor de elite of het leger.
Leider Kim-Jong-un beloofde, toen hij aan de macht kwam in 2011, de kwakkelende economie aan te pakken. Economen voorspelden dat die weer wat zou groeien door mondjesmaat buitenlandse investeerders toe te laten. Maar volgens Van der Meer is al jaren sprake van "een jojobeleid. Af en toe iets meer marktwerking door bijvoorbeeld een kiosk op te laten zetten en het daarna snel terug te draaien."
Een goed voorbeeld daarvan is een Egyptisch bedrijf dat wilde investeren in mobiele telefonie in Noord-Korea. "Het had er een netwerk opgezet en fors geïnvesteerd. Vervolgens zei de staat: fantastisch, maar het geld mag Korea niet verlaten."
Werken over de grens
Het inmiddels gesloten industriegebied Kaesong is een andere opmerkelijke combinatie van communisme en kapitalisme. Het terrein ligt tegen de grens met aartsrivaal Zuid-Korea en beide landen profiteerden ervan. "De bedoeling was om buitenlandse bedrijven te lokken met goedkope arbeidskrachten uit Nood-Korea."
Hun loon werd direct aan de staat betaald, die er volgens Seoul wapens en luxe producten van kocht. Er werkten tienduizenden Noord-Koreanen in fabrieken van Zuid-Koreaanse bedrijven, totdat Kaesong in 2016 werd gesloten.
Samengevat lijkt het er dus op dat de levensstandaard van de Noord-Koreanen iets is gestegen de laatste jaren. Hoeveel precies, valt niet te zeggen. Op een vlak is er wel degelijk vooruitgang, volgens Van der Meer: die op militair vlak. "Daar wordt enorm veel geld in geïnvesteerd. Waar het vandaan komt, is een raadsel", zegt hij. "Maar de bevolking moet ervoor lijden."