Genieten is geen schande meer in Noord-Korea
Synchroon marcheren en een groet van de leider. Volgende week zaterdag wordt in de Noord-Koreaanse hoofdstad Pyongyang weer een grootse militaire parade gehouden ter ere van het 70-jarig bestaan van de almachtige Arbeiderspartij.
Experts verwachten dat leider Kim Jong-un dit keer wel zijn spierballen, ofwel zijn meest geavanceerde wapens, zal laten zien. Zoals bijvoorbeeld langeafstandsraketten die Alaska zouden kunnen bereiken. Tijdens de laatste parade in 2013 waren het nog lege hulzen. Nu wordt gezegd dat hij nog voor de parade een nieuwe raket zal lanceren.
Maar in hoeverre vormt Noord-Korea echt een bedreiging? Waarom trotseren de Noord-Koreanen de internationale gemeenschap met hun nucleaire programma? Hoe staat het land ervoor sinds de jongere leider Kim Jong-un? Voert hij hervormingen door of regeert hij met net zo’n straffe hand als zijn vader en grootvader?
Controle
Aan de oever van de Taedong, de rivier die door Pyongyang stroomt, verrijst een skyline. "Hier worden de nieuwe appartementencomplexen voor de hoogleraren van universiteiten gebouwd", zegt Ri Chung Il. Hij is van het Koreaans Nationaal Vredescomité en onze begeleider tijdens de reis. Ri is onze tolk, gids en vooral ook toezichthouder, want we hebben weinig bewegingsvrijheid. Hij houdt precies in de gaten wat we filmen.
Ri wijst met trots in de richting van de hoge flats: "Onze grote leider, maarschalk Kim Jong-un, heeft de nadruk verlegd. Die ligt nu niet alleen op boeren en arbeiders maar ook op intellectuelen. Wetenschap en technologie moeten de nieuwe pijlers van de economie worden. Daarom wordt deze Wetenschapsstraat voor de docenten gebouwd."
In het Wonsan-weeshuis zien we op de kleuterschool hoe dit beleid meteen in de hoofdjes van de 5- en 6-jarigen wordt gestampt. Op de vraag wat hij later wil worden, antwoordt een jongetje: “Ik wil een wetenschapper worden, die satellieten de lucht in schiet!”
Drie jaar geleden lanceerde Noord-Korea de eerste satelliet. Het gerucht gaat dat het land op het punt staat weer een satelliet te lanceren, rond de zeventigste verjaardag van de arbeiderspartij. Volgens de VS en Zuid-Korea gaat het om een verdekte raketlancering, die zou een nucleaire aanval alleen maar dichterbij brengen. Kernkoppen heeft het land al. Daarom dreigt de VS met nieuwe sancties.
Overlevingstactiek
In Noord-Korea zijn de satellieten en raketten de trots van het land. Niemand twijfelt of het nucleaire programma zou moeten stoppen, het wordt juist gezien als enige overlevingstechniek tegen de 'imperialistische Amerikanen'.
De dreiging van extra sancties schrikt ook niet meer af. Door de gestaag groeiende zwarte handel die het land binnenkomt, groeit de welvaart ook. Voor de elite dan, want dat is het enige dat de buitenwereld – en wij dus ook – te zien krijgt.
De hoofdstad Pyongyang is een etalage voor de jongste generatie dictators. Kim Jung-un groeide op in Zwitserland en heeft dus met eigen ogen gezien hoe de bevolking met vermaak tevreden gehouden kan worden. Sinds zijn aantreden zijn er grote amusementsparken gebouwd, is er een manege, een waterpark en kan de elite twee keer per dag met de kinderen naar een show in het dolfinarium.
Genieten en plezier maken is geen kapitalistische schande meer, het wordt nu voor de ogen van het grote publiek gedaan. Het regime gebruikt het als propaganda om te laten zien hoe goed de leider voor het volk zorgt. Want natuurlijk is alles gratis of heel goedkoop voor de Noord-Koreanen. Dat zeggen onze begeleiders tenminste, de gewone mensen zien we alleen de grasveldjes onderhouden en paarden verzorgen.
Kioskjes
De middenklasse werd welvarender na de grote hongersnood van de jaren 90. Het centrale voedseldistributiesysteem stortte toen in en dus verloor de staat de grip op de handel. Omdat mensen moesten overleven ontstonden er zwarte markten, waarop van alles werd verhandeld.
Tegenwoordig zijn er veel kioskjes te zien in de straten van Pyongyang. In de ogen van de Noord-Koreanen en onze begeleiders zijn die een schande voor de socialistische heilstaat, want het betekent dat de overheid niet in alles kan voorzien.
De hongersnood van eind jaren 90 wordt nog steeds de 'zware jaren' genoemd. Er is inmiddels een modelboerderij vlak bij Pyongyang waar de westerse pers mee naartoe wordt genomen om te laten zien hoe zo’n hongersnood in de toekomst moet worden voorkomen. Kilometers ver zijn kassen te zien, waarin tomaten, rode pepers en andere groenten worden verbouwd.
Lege enveloppen-boerderij
Ooit werd dit landbouwcomplex de 'lege-enveloppenboerderij' genoemd. Er kwam geen geld in het laatje, omdat de oogsten steeds mislukten. De voorbeeldboerderij werd afgelopen juni door Kim Jong-un bezocht. "De leider heeft niet gezegd hoeveel kassen hij binnen hoeveel tijd wil neerzetten, maar wel dat hij er in iedere provincie één wil", zegt boerin Pak Myong Sim.
Dat geluid horen we ook in het weeshuis, dat er in iedere provincie één moet komen. Ook in een appelboomgaard. Maar ze zijn er nog niet. En dus lijkt alles wat we zien vooral een etalage van wat nog moet komen. Of van wat nooit komt.
Want de boerderijen landinwaarts zien we niet en de gewone plattelandsbewoners zijn ver buiten ons bereik. Volgens hulporganisaties is er geen sprake meer van echte honger in het land, wel hebben ze de hoogste kindersterfte ter wereld. Aan de horizon zien we een satellietschotel, die in contact zou staan met de eerder gelanceerde weersatelliet.
Leger eerst
Het meeste geld gaat naar het leger. Het machtigste apparaat in de staat die een 'leger eerst-beleid' voert. We mogen geen militairen filmen, maar ze zijn overal, op iedere hoek van de straat, want de soldaten bouwen ook de wolkenkrabbers aan de toekomstige 'Wetenschapsstraat'. Het is een van de grootste legers ter wereld. De trots van het leger is het raketten- en nucleaire programma.
Dat programma jaagt telkens de buitenwereld weer schrik aan. Of is dat gespeeld? Experts denken dat het leger met gemak platgewalst kan worden, maar dat de VS en Zuid-Korea bewust het vijandbeeld in stand houden. Amerika wil graag een troepenmacht in de regio houden en wapens verkopen aan Zuid-Korea en Japan. Dan is een vijand met een socialistische dictator een welkom vijandbeeld.