De hockeysters van Laren veroverden in 2019 voor volle tribunes in Hamburg de Europa Cup.
NOS SportAangepast

VWS trekt scheve situatie zaalhockeyers recht: trainen na 17.00 uur mag weer

Half februari gaan de zaalhockeysters van Laren in Almere op voor de Europa Cup, een beker die ze in 2019 al veroverden. Maar tot die tijd kunnen de speelsters niet of nauwelijks trainen vanwege de coronamaatregelen.

"Daar hebben we geen invloed op", verzucht Laren-coach Bastiaan van Veelen. "Wel op hoe we ermee omgaan. We moeten er niet het slachtoffer van worden, maar het beste ervan maken."

De vrouwen van Laren veroverden in 2020, vlak voor de pandemie, de laatste landstitel. En een jaar eerder, in 2019, pakte de ploeg de Europa Cup in de zaal. Maar op het veld degradeerde het tot voor kort zo roemruchte Laren naar de promotieklasse. Een degradatie met grote gevolgen.

Sinds het demissionaire kabinet op 27 november nieuwe, strengere maatregelen aankondigde gaan alle sportaccommodaties na 17.00 uur op slot, met uitzondering voor profs. Zaalhockey heeft in tegenstelling tot veldhockey geen A-status, en dat zorgt voor een opmerkelijk probleem.

Sommige clubs, zoals Bloemendaal, Den Bosch, Pinoké, Amsterdam, hebben zowel een veld- als een zaalhockeyteam op het hoogste niveau. Trainen is dus geen probleem. Maar andere zaalhockeyteams, waaronder Laren en Almere, hebben geen veldhockeyteam op het hoogste niveau. En zij mogen dus niet na 17.00 uur trainen. En daarmee is de hoofdklasse zaalhockey een van de weinige competities op het hoogste niveau waarvan niet alle teams na dat tijdstip mogen trainen.

Het kabinet heeft helaas een pakket maatregelen genomen dat voor de sport praktisch niet werkt.

KNHB-directeur Erik Gerritsen

Afgelopen zondag ging Laren bij de start van de hoofdklasse zaalhockey direct met 7-1 ten onder tegen het ambitieuze Den Bosch. Een logische uitslag, weet coach Van Veelen. "Van het team dat twee jaar geleden kampioen werd en de Europa Cup won, is er nog eentje over. Officieel zijn we titelverdediger, als club, maar dat zijn niet deze meiden. Het zou een sensatie zijn als we weer kampioen worden. Maar ik verras graag."

Juist voor zijn relatief onervaren ploeg kunnen trainingsuren het verschil maken. "Het is roeien met de riemen die je hebt. Wat wij hebben gedaan is: kijken wie is wanneer beschikbaar. We hebben tijden gevonden doordeweeks, waarop we met een redelijk grote groep kunnen trainen. Er zijn natuurlijk altijd dames die moeten werken."

Laren-coach Bastiaan van Veelen instrueert zijn speelsters tijdens het hoofdklasseduel met Almere.

Erik Gerritsen, directeur van de Koninklijke Nederlandse Hockeybond (KNHB), erkent het probleem. "Het kabinet heeft helaas een pakket maatregelen genomen dat voor de sport praktisch niet werkt. Voor de breedtesport is het ook een probleem, die trainen eigenlijk altijd na 17.00 uur. In de topsport is het probleem groter, omdat de prestatie daar meer leidend is. Dus is het probleem van de ongelijkheid hier ook groter."

"We hebben samen met NOC*NSF een verzoek neergelegd bij het ministerie van VWS om zaalhockey ook een officiële topsportstatus te geven zodat er na 17.00 uur getraind en gespeeld kan worden", vervolgt Gerritsen. "We hopen dat we daar wellicht dinsdagavond uitsluitsel over krijgen."

Tussendoortje of bloedserieus?

Voor sommige teams is zaalhockey een tussendoortje om de winterstop op het veld door te komen. Voor anderen juist bloedserieus.

Marieke Dijkstra en Robert Tigges horen bij de laatste categorie. Logisch, want Dijkstra is niet alleen coach van de zaalhockeysters van Den Bosch, maar ook bondscoach van de zaalhockeymannen. Tigges is haar assistent bij Oranje, maar ook coach van de hockeysters van Amsterdam én zelf speler van de Amsterdamse mannen.

Zo rende Tigges afgelopen zondag in de Topsporthal in Rotterdam van veld naar veld: coachen, spelen, coachen, spelen, zonder pauze. Maar daardoor was hij wel precies op tijd klaar toen de motoren gestart werden in Abu Dhabi.

Want de eerste speelronde van de hoofdklasse zaalhockey stond toch vooral in het teken van Max Verstappen. Voor een keer waren smartphones met de race niet verboden op de bank. Sommige spelers zouden zelfs vrijwillig voor een reserverol hebben gekozen, om de apotheose niet te hoeven missen.

Het klinkt en oogt wat amateuristisch. Maar wie verder kijkt, ziet dat de zaalhockeyers begonnen zijn aan een mogelijk historisch seizoen. Voor de zaalhockeyers en zaalhockeysters liggen begin 2022 twee vette worsten klaar.

EK en WK in het verschiet

Van 12 tot en met 16 januari speelt Oranje (mannen en vrouwen) in Hamburg het EK zaalhockey ruim twee weken later (2-6 februari) volgt het WK in Luik. Wie denkt dat Nederland die titels wel even zal ophalen, komt bedrogen uit.

De laatste Europese titel bij de vrouwen dateert van 2018, de mannen werden nog nooit Europees kampioen. Wereldkampioen werden de mannen al wel eens, maar dat is al bijna zeven jaar geleden. In 2015 waren de mannen en de vrouwen voor het laatst 's werelds beste.

In 2015 grepen de Nederlandse mannen én vrouwen in Leipzig voor het laatst de wereldtitel.

Vooral in Duitsland is zaalhockey populair. In 2018 zagen duizenden supporters op de tribune hoe de Duitse hockeysters ten koste van Oranje de wereldtitel grepen. En de tribunes zullen bij het EK in Hamburg ook weer vol zitten, als de coronapandemie het toestaat tenminste.

'Het is niet eerlijk, wij zijn de dupe'

Voor de internationals van Dijkstra (mannen) en Kristiaan Timman (vrouwen) gelden de coronabeperkingen niet, al is het spelen van internationale oefenduels mogelijk een probleem.

Maar wie internationaal wil oogsten, moet eerst zaaien. In een competitieve hoofdklasse bijvoorbeeld. "Ik begrijp dat de maatregelen er zijn", vertelt Quirine Angel, aanvoerster van het gepromoveerde Almere. "Maar het is niet eerlijk, wij zijn de dupe."

Almere-aanvoerster Quirine Angel in duel met Mylee Vos de Mooij van Laren tijdens de eerste speelronde van de hoofdklasse zaal.

Met Almere speelt Angel op het hoogste niveau in de zaal, op het veld speelt ze in de overgangsklasse. En dus kunnen ze na 17.00 uur nergens meer terecht. "We zijn net gepromoveerd en willen alles eruit halen. We hebben er al die jaren hard voor gewerkt en het is eindelijk gelukt. Maar ja, de trainingen zijn maar met een half team. Iedereen wringt zich in bochten om te kunnen trainen."

"Iedereen probeert te schuiven, maar je raakt toch in de clinch met je werk", vervolgt Angel. "Het lukt ook niet altijd. In het begin hebben we van 7.00 tot 9.00 uur 's ochtends getraind, voor werktijd. Maar veel sporthallen gaan pas om 8 uur open."

Zo reisden de speelsters van Almere al eens in alle vroegte naar de kop van Noord-Holland om te trainen. "Nu trainen we om 8.00 uur in topsportcentrum Almere."

Trots op de clubs

Afgelopen zondag verloor Almere met 5-0 van Hurley en met 4-1 van Laren. De kans dat premier Rutte zijn persconferentie dinsdagavond begint met goed nieuws over de zaalhockeycompetitie is klein, "Tot die tijd moet het helaas op deze manier en zijn een aantal clubs in het nadeel. Waarbij er een reëel risico is dat dit zo blijft", beseft bondsdirecteur Gerritsen.

"De clubs managen het toch, op een creatieve manier. Het is bewonderenswaardig hoe creatief iedereen ermee omgaat. Buiten trainen op een veld met balken eromheen, zodat het op een zaal lijkt. Het is een nadeel, maar de spirit overheerst om het toch mogelijk te maken. En daar zijn we als bond supertrots op."

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl