De vier kolencentrales in Nederland hebben vorig jaar 69 procent meer CO2 uitgestoten dan het jaar daarvoor. Mede daardoor is er een einde gekomen aan de daling van de uitstoot in Nederland die in 2015 was ingezet. Dat blijkt uit cijfers van de Nederlandse Emissieautoriteit. De uitstootdaling is omgezet in een minieme stijging van 0,03 procent.
De grootste kolencentrale van Nederland, die van RWE in de Eemshaven, stootte zelfs meer dan twee keer zoveel uit: 5,3 megaton vorig jaar in plaats van 2,5 Mton in 2020. Samen waren de kolencentrales goed voor 7 procent van de totale uitstoot in Nederland.
Mark Bressers van de Nederlandse Emissieautoriteit (NEa) noemt de cijfers teleurstellend. "Na jaren van een geleidelijke afname van de CO2-uitstoot in Nederland, zien we nu dat die ontwikkeling is gestopt. Dat is erg jammer. Want de uitstootniveaus moeten omwille van het klimaat natuurlijk verder naar beneden."
Overigens was de CO2-uitstoot vorig jaar nog wel lager dan in 2019, het laatste jaar voor de pandemie. Door de verschillende coronamaatregelen daalde de uitstoot dat jaar flink.
Hoge gasprijs
De belangrijkste oorzaak van de toegenomen uitstoot is de hoge aardgasprijs, waardoor steenkool nu weer aantrekkelijk is. Omdat er bij het verstoken van steenkool meer CO2 vrijkomt dan bij aardgas, moeten bedrijven wel meer uitstootrechten kopen. Bedrijven zijn daartoe verplicht voor elke ton CO2 die ze uitstoten.
Dit jaar zal de situatie waarschijnlijk weer anders zijn, want vanaf 1 januari mogen kolencentrales maar maximaal 35 procent van hun capaciteit benutten. "Klaarblijkelijk hebben bedrijven vorig jaar de keuze voor meer steenkool gemaakt vanwege de gestegen gasprijs. Opmerkelijk is wel dat vorig jaar ook de prijs van uitstootrechten relatief hoog was. Maar blijkbaar woog dat niet op tegen de prijs van aardgas", zegt Bressers.
Alle bedrijven moesten op 1 april laten weten hoeveel ton CO2 ze hebben uitgestoten. Tot 1 mei hebben ze vervolgens de tijd om daarvoor voldoende uitstootrechten te kopen. Als later blijkt dat een bedrijf niet genoeg rechten heeft, krijgt het een flinke boete. Niettemin heeft de NEa vrijwel nooit boetes hoeven uitdelen.
Biomassa
Niet alleen het gebruik van steenkool is fors toegenomen, maar ook de inzet van biomassa. Vooral het bijstoken van biomassa in kolencentrales is gegroeid, met ruim 38 procent. Met de hoeveelheid energie die daarmee werd opgewekt, kunnen volgens de NEa bijna 6 miljoen huishoudens een jaar lang van elektriciteit worden voorzien. Bedrijven moesten dit jaar voor het eerst melden hoeveel CO2-uitstoot er vrijkwam door biomassa. Dat blijkt 7,6 Mton CO2 te zijn.
Volgens de NEa voldoet de biomassa aan duurzaamheidscriteria. Maar Mark Bressers erkent dat er nog altijd veel discussie is over de herkomst van biomassa uit landen als Estland en Canada. "Ik weet dat er mensen zijn die het systeem wantrouwen dat daarvoor is opgetuigd. Maar die regels liegen er niet om. Er zijn strenge eisen om de duurzaamheid van biomassa te waarborgen."
Hij benadrukt dat de criteria verder gaan dan de vraag of er voldoende bomen worden terug geplant. "Ook het zorgen voor voldoende biodiversiteit in de gebieden van herkomst hoort daarbij, en de CO2 die vrijkomt bij het transport." Als er twijfel is over de naleving van de duurzaamheidseisen, dan onderzoekt de NEa dat. Zo loopt er op dit moment een onderzoek naar aanleiding van signalen over mogelijke overtredingen van de regels bij bosbouw in Estland.
Geen daling bij industrie
Opvallend aan de cijfers is verder dat de industrie er maar niet in slaagt de uitstoot te verminderen. Al sinds 2015, het jaar van het Klimaatakkoord van Parijs, wordt de uitstoot in die sector nauwelijks minder. Ook al maakt dit voor de totale uitstoot in de EU niet eens zoveel uit - het Europese uitstootplafond wordt elk jaar kunstmatig iets verlaagd, dus onder de streep gaat de CO2 toch wel naar beneden - toch moet de industrie zich dit wel aantrekken, vindt de NEa.
"We hebben in Nederland ook nog een eigen klimaatakkoord, met eigen klimaatdoelen. Om die doelen te halen, zal de uitstoot echt verder moeten dalen. Er moet in de industrie op dat vlak dus zeker wat gebeuren."