Nederlandse verpleegkundige in rampgebied: 'Alsof heel Rotterdam platligt'
Donderdagavond had Dick Hollaar nog een late dienst bij de Rotterdamse ambulancedienst. Een paar uur later stond hij, samen met zo'n dertig andere hulpverleners uit heel Nederland, op Schiphol te wachten op een vlucht naar Turkije. Hun doel: zorg verlenen in het ziekenhuis van de door de aardbeving zwaargetroffen stad Kahramanmaras.
"Een totale chaos", zo omschrijft Hollaar de situatie die hij en de rest van het team daar aantroffen. "In het centrum staat geen enkel gebouw meer overeind. Je ziet gebouwen van twintig verdiepingen op de grond liggen. Je moet je voorstellen dat heel Rotterdam platligt, zo is het echt. Mensen leven op straat, zijn dakloos, ze hebben niks meer. Er is sprake van totale ontreddering."
Op foto's is de enorme schade in Kahramanmaras goed te zien:
Hollaar had zich vorige week aangemeld voor het Nederlandse particuliere initiatief dat de bijdrage van de Nederlanders in Turkije organiseerde. De groep van zeven artsen van de spoedeisende hulp en 26 verpleegkundigen, onder wie drie tolken, draaide de afgelopen dagen op verschillende plekken mee in de zorg in Kahramanmaras. Vanmiddag gaat het team weer terug naar Nederland.
Een groot deel van de Nederlandse hulpverleners ging in het ziekenhuis van de stad aan de slag, dat wonder boven wonder nog volledig intact was. Het stond vrijwel leeg, omdat een groot deel van het Turkse ziekenhuispersoneel zelf op zoek was naar vermiste familieleden.
Daarom had het Israëlische leger het gebouw tijdelijk overgenomen. Het Nederlandse team bood ondersteuning op de spoedeisende hulp en op de triageafdeling, waar wordt bepaald welke zorg een patiënt nodig heeft.
Het ziekenhuis ligt aan de rand van Kahramanmaras, in het noorden van de stad:
"We hebben vooral de reguliere zorg op ons genomen", vertelt Hollaar. "Botbreuken, infecties, wondzorg, dat gaat gewoon door. Ook die mensen moeten worden verzorgd."
Huisartsenpost in tentenkamp
Behalve in het ziekenhuis van Kahramanmaras hielpen collega-hulpverleners van Hollaar ook mee op een geïmproviseerde huisartsenpost in het centrum van de stad, in een tentenkamp voor mensen die door de aardbeving hun huis zijn kwijtgeraakt.
"Toen we aankwamen, waren daar een Turkse arts en een verpleegkundige aan het werk", vertelt hij. "Die waren natuurlijk op, van alles. Mijn teamleden hebben hen geholpen, zodat ze even konden slapen."
Het tentenkamp is opgezet in een voetbalstadion in het centrum:
Van teamleden die de dorpen rondom Kahramanmaras bezochten, hoorde Hollaar dat ook de situatie daar schrijnend is. "In die buitengebieden was nog geen hulpverlener geweest", vertelt de 31-jarige ambulanceverpleegkundige, "terwijl er soms wel 20.000 mensen in zo'n dorp wonen."
Op sommige plekken worden nog duizenden mensen vermist, zegt Hollaar. "Het gaat veel over de steden, maar alles daaromheen is ook heel hard getroffen. Het is zo ontzettend triest."
Overlevenden
Ondertussen zoeken reddingswerkers nog steeds naar overlevenden, hoewel de kans om die te vinden ruim een week na de aardbeving klein is. Toch werden vanmorgen in Kahramanmaras nog twee broers gered, meldt het Turkse staatspersbureau Anadolu. De jongens van 17 en 21 jaar hadden 198 uur onder het puin gelegen en zijn per ambulance naar het ziekenhuis gebracht.
In dat ziekenhuis zijn inmiddels weer vooral Turkse artsen en verpleegkundigen aan het werk. "Uit alle delen van Turkije is hulp onderweg", zegt de Rotterdamse ambulancemedewerker Hollaar. "Dat is goed om te zien. Ik ga vanmiddag met een goed gevoel naar huis. We hebben alles gedaan wat we konden."