NOC*NSF en KNVB blij met versoepeling teamsporten, maar grote zorgen blijven
De verhoging van de leeftijdgrens naar 27 jaar voor buitensporters in teamverband moet de jongeren een extra uitlaatklep geven in de donkere coronacrisis.
In de ogen van algemeen directeur Gerard Dielessen van sportkoepel NOC*NSF is de versoepeling voor de jongvolwassenen enorm belangrijk, maar baalt hij van het feit dat de binnensporten nog steeds niets mogen van het kabinet. "We hebben bij de minister gepleit om ook iets voor de binnensporten te doen, maar dat kan nog niet", aldus Dielessen.
Vanaf 3 maart mogen jongeren tot en met 26 jaar buiten in teamverband sporten; trainen en onderlinge wedstrijden binnen de vereniging, zonder de regel van 1,5 meter afstand. Van competitie spelen is echter nog geen sprake. "We hebben in de gesprekken met het ministerie van VWS aangedrongen op een leeftijdsgrens van 35 jaar. Veel teams in de oudere categorie tellen spelers jonger en ouder dan 26 jaar", zegt Dielessen. "Maar 35 jaar bleek niet haalbaar."
Directeur amateurvoetbal Jan Dirk van der Zee van de KNVB had het logischer gevonden als sporters tot en met 23 jaar in teamverband hadden mogen sporten. "Je ziet dat die leeftijd in de sportwereld veel vaker wordt aangehouden. Waarom voor 27 is gekozen, is mij onduidelijk." Het ministerie van VWS laat weten dat het Nederlandse jeugdbeleid gebaseerd is op de leeftijd tot en met 26 jaar.
Dielessen is blij met de verruiming voor de buitensporten, want afgelopen week bleek dat de beweegcijfers in Nederland (ook onder jongeren) drastisch zijn gedaald tijdens de coronacrisis. Vaste trainingsgroepen, begeleiding door trainers en sociale structuren van een sportclub blijken cruciaal te zijn in het regelmatig sporten, bleek uit onderzoek.
Hopen op versoepelingen binnensporters
"Daarom is het ook zo belangrijk dat de binnensporten ook weer aan de gang kunnen. Het is heel jammer dat dat nog niet kan. We hebben gevraagd of het wellicht niet kon voor kinderen tot 12 jaar. Helaas. De binnensport heeft voor ons echt de hoogste prioriteit. We hopen, als de besmettingscijfers het toelaten, zo snel mogelijk ook die sector weer aan het sporten te krijgen", aldus Dielessen.
Er zijn zoveel teams die nu nog niet veel mogen, dat maakt het dubbel."
Van der Zee spreekt van "een nieuw stapje" in de goede richting. Toch houdt ook hij een dubbel gevoel over aan de versoepelingen. "Aan de ene kant zijn we heel blij met dit beetje licht aan het einde van de tunnel, dat is heel belangrijk voor alle jongeren en jongvolwassenen. Maar er zijn ook zoveel teams die nu nog niet zo veel mogen, dat maakt het dubbel."
Talloze seniorenteams die bestaan uit voetballers jonger dan 26 en voetballers ouder dan 27 jaar kunnen nog altijd niet als compleet team het veld op. "Het wordt heel ingewikkeld om daarvoor iets te organiseren, maar ik realiseer me ook: voor alle jongeren van zeg negentien, twintig en eenentwintig jaar is dit top."
'Competitiewedstrijden' voor jeugdleden?
In de coronabestrijding zit Nederland nog altijd in de door de rijksoverheid geschetste fase 'zeer ernstig'. Als de bestemmingen en de druk op de zorg zodanig afnemen dat er kan worden afgeschaald naar 'ernstig', hoopt Van der Zee op ruimte om de jeugdvoetballers weer wedstrijden tegen andere verenigingen te laten spelen.
"In de fase 'ernstig' mogen alle volwassenen weer trainen zonder anderhalve meter afstand te houden. Maar we hopen dan vooral op wedstrijden voor jeugdleden. Dat noemen we dan niet per se competitiewedstrijden, want een echte competitie zal dat niet meer zijn. Maar denk wedstrijden tegen andere clubs uit de regio, dat zou mooi zijn."
Woensdag verwacht Van der Zee meer duidelijkheid te kunnen geven over de afloop van de lopende competities, die in oktober 2020 zijn stilgelegd.