Terugkeer dwangarbeiders maakt eind aan onzekerheid
Tijdens de oorlog zijn duizenden Nederlandse mannen door de Duitsers ingezet als dwangarbeiders, sommigen in werkkampen in Duitsland. Sinds een paar weken komen degenen die dit overleefd hebben in etappes terug naar Nederland. Hiermee komt voor familieleden en geliefden een einde aan een onzekere tijd.
Zo bleef Lies den Ouden maandenlang in het ongewisse. Haar man Karel werd in 1944 opgeroepen voor de Arbeitseinsatz in Duitsland. Na de bevrijding kwam Karel maar niet thuis. "Waar is het wachten nog op?', vroeg Lies zich af. "Er zijn al verschillende lui teruggekomen."
Haar geluk kon niet op toen zij haar Karel eind vorige maand weer in haar armen kon sluiten.
Razzia Beverwijk en Velsen-Noord
Behalve oproepen voor de Arbeitseinsatz, hielden de Duitsers ook razzia's om Nederlandse mannen te ronselen voor dwangarbeid. Zo besloten de Duitsers op 16 april een razzia te houden in Beverwijk en Velzen-Noord als reactie op diverse liquidaties door het verzet.
De straten in Beverwijk en Velsen-Noord werden afgezet en huizen werden doorzocht. Sommige jongens vluchtten en probeerden zich te verstoppen. Uiteindelijk werden er 486 jongens tussen de 18 en 25 jaar opgepakt.
Zij werden naar kamp Amersfoort gebracht, waar ze zich moesten opstellen in de zogenoemde 'rozentuin', een met prikkeldraad afgerasterd gebied in het kamp. Hier werden de jongens geregistreerd.
Via kamp Amersfoort werden zij afgevoerd naar diverse werkkampen in Duitsland, waaronder Nietleben, Schkopau en Zöschen.
Voor het leven getekend
Jaap Bos werd meegenomen tijdens deze razzia. Wonder boven wonder heeft hij de gruwelijkheden van de daaropvolgende maanden overleefd. Op 15 juni 1945 keerde hij terug naar zijn gezin in Beverwijk.
Toch is Bos door zijn ervaringen niet meer zichzelf en vermoedelijk getekend voor het leven. "'s Nachts loopt hij huilend door het huis of schreeuwt hij, waar ik dan wakker van word', vertelt zijn dochter Mary. "Mijn moeder zegt dan: 'Ga maar weer slapen, papa heeft naar gedroomd.'"
Niet verstopt
De familie Bart kreeg treurig nieuws. De 19-jarige Cor Bart werd ook tijdens deze razzia opgepakt. Broers Henk en Bertus verstopten zich en wisten zo uit de handen van de Duitsers te blijven. De vader van de drie jongens zag geen reden om Cor ook te verstoppen. Cor werkte immers al sinds 1943 voor de Duitsers, bij de Arbeitseinsatz. Ten tijde van de razzia was Cor twee maanden met verlof in Beverwijk.
Tot grote verbazing van zijn vader moest Cor toch mee. De Duitsers verzekerden hem ervan dat hij binnen een uur weer terug zou zijn. Na acht maanden doorgebracht te hebben in verschillende kampen in Duitsland kwam Cor om door ziekte en ontbering.
Zijn vader voelt zich nog steeds schuldig, vanwege het feit dat hij Cor niet heeft helpen verstoppen. De moeder van Cor is ontroostbaar en kan niet geloven dat haar zoon er niet meer is.
Er zijn ook vele families die tot op heden niets vernomen hebben van hun weggevoerde geliefden. Zij wachten nog steeds op het verlossende antwoord en hopen spoedig herenigd te worden.