Nabestaanden vermoorde journalisten El Salvador opgelucht: 'Recht moet spreken'
Er is een doorbraak in de zaak van de vier Nederlandse IKON-journalisten die vermoord zijn in El Salvador. Na 42 jaar komt er een rechtszaak waarbij de hooggeplaatste militairen die direct betrokken waren bij de misdaad mogelijk veroordeeld worden. Nabestaanden hopen voorzichtig op gerechtigheid.
Gert Kuiper, de broer van Jan Kuiper, een van de gedode journalisten, heeft al die jaren geprobeerd aandacht te vragen voor de zaak. Hij deed in 2018 aangifte. "We hopen dat er nu een einde aan komt - met een veroordeling", zegt hij in het NOS Radio 1 Journaal.
Wel verwacht Kuiper dat de verdachten in beroep gaan en de zaak daardoor opnieuw vertraging zal oplopen. "Dat is de afgelopen jaren steeds het geval geweest. Naast verder onderzoek, is dat de reden dat het zo lang geduurd heeft. Dat is behoorlijk frustrerend, omdat ze in 2022 al zijn opgepakt."
Lang wachten
"Na zo'n arrestatie beland je in een euforische toestand dat het misschien een paar maanden zal duren. Maar het duurt nu jaren, en de tijd dringt. De mannen zijn namelijk op leeftijd, de jongste is boven de 80. Maar het recht moet spreken, of de mannen daarna nog 1 dag of 10 jaar leven", zegt Kuiper.
De zaak heeft ook op zich laten wachten omdat er jarenlang een amnestiewet gold in El Salvador. Mensen die in de burgeroorlog bloed aan hun handen hadden, liepen vrij rond. In 2016 veranderde dat. Het Hooggerechtshof verwierp de wet toen, omdat die in strijd was met de grondwet en internationale mensenrechten.
Toch ging het de afgelopen acht jaar langzaam. Jan Schmeitz, die in 1982 als correspondent in El Salvador veel optrok met de vier vermoorde journalisten - Jan Kuiper, Koos Koster, Joop Willemsen en Hans ter Laag - was dan ook verbaasd dat er beweging is gekomen in de zaak.
"Vanwege de huidige politieke constellatie van hardliners dacht ik dat er niks van gaat komen. Maar er waren verschuivingen in de standpunten van de officieren, en een rechter die onbevreesd toch maar doorgaat. Ik was verbaasd", zegt Schmeitz tegen de NOS.
De jonge Nayib Bukele leidt het land momenteel als president. Een leider die het land met harde hand regeert, maar het zelf niet altijd nauw neemt met de wetten. Ruim een op de 45 volwassenen zit achter de tralies, waar volgens mensenrechtenorganisaties sprake zou zijn van martelingen en moorden. Critici van het regime worden al langere tijd aangepakt.
Verdeelde samenleving
Ook Schmeitz twijfelt of het nieuws dan echt betekent dat de verdachten op korte termijn voor de rechter moeten verschijnen. "De commandant die direct verantwoordelijk is voor de afspraken van de moord, Reyes Mena, zit nog altijd in de VS vanwege zijn Amerikaans staatsburgerschap. Het is de vraag nog maar of hij afgevoerd wordt naar El Salvador. Hij stond afgelopen jaar op de opsporingslijst van Interpol."
Schmeitz legt uit dat een veroordeling veel kan betekenen in een verdeelde samenleving als El Salvador. "De extreemrechtse regering en president laat onvoorwaardelijke steun zien voor de strijdkrachten. Sommige van hen zijn zelfs trots op wat ze toen gedaan hebben."
"Tegelijkertijd wachten nabestaanden van de burgeroorlog nog steeds op een gevoel van rechtvaardigheid. Voor die mensen is de steun voor dit soort processen groot, vooral als de daders veroordeeld worden", aldus Schmeitz.
De rechtszaak is een van de weinige die lopen over oorlogsmisdaden in die tijd, ondanks dat er volgens de VN zeker 75.000 mensen om het leven zijn gekomen in de burgeroorlog. Schmeitz: "Onder andere de zaak van aartsbisschop Romero loopt ook. De meeste andere zaken lopen vast, omdat de rechter het opgaf of er te veel weerstand was van het leger. Maar nu ineens is bij deze zaak, van onze vier collega's, een stap vooruit gezet."