Goud dubbelvier als 'signaal' naar Nederlandse roeiploeg: 'Pak wat je pakken kan'
De hoop was goud - stiekem werd er zelfs een beetje op gerekend - en het werd goud. Tone Wieten (30), Finn Florijn (24), Koen Metsemakers (32) en Lennart van Lierop (30) roeiden met een bootlengte voorsprong naar de olympische titel in de dubbelvier en lieten als boegbeelden van de Nederlandse roeivloot blijken aan de andere Oranje-boten: er is veel te halen in Parijs.
"Richting de roeiploeg is het een soort signaal: we zijn supergoed in vorm", zei Van Lierop na afloop. "Het gaat fantastisch, dus pak wat je pakken kan."
Met de gouden olympische medaille even daarvoor om de nek gehangen op de vlonder van het Stade Nautique in Vaires-Sur-Marne, concludeerden de vier roeiers dat de weg naar het goud in de eenvoud lag: "Doen wat we moeten doen", zei Florijn. Hard roeien.
Zware week
Tuurlijk wisten ze dat Nederland nog geen medaille had gewonnen op deze Spelen in Parijs. "Voor Tokio hadden we de druk dat het moest, voor onszelf. Die druk is nu zeker niet minder geweest. En als je het dan af weet te maken, is dat fantastisch," zei Metsemakers, die vertelde dat hij wegens privéredenen een "verschrikkelijke week" heeft gehad. Steun vond hij bij zijn ploeggenoten.
"Zo fijn dat je dan een groep hebt waar je dan op kunt bouwen, dan komt het er na de streep even uit."
Zo heel lang is het viertal nog niet samen. Pas in het voorjaar kozen de vier mannen, met bondscoach Eelco Meenhorst, definitief voor deze samenstelling op weg naar Parijs. Van Lierop won vlak ervoor nog EK-goud in de skiff (eenpersoonsboot) en kwam als laatste in de boot. Florijn, zoon van tweevoudig olympisch kampioen Ronald Florijn (1988, 1996) en broer van skiffeuse Karolien Florijn, stapte een jaar eerder in.
Metsemaker en Wieten pakten op de Spelen van Tokio in 2021 ook het olympische goud in de dubbelvier. De bootlengte voorsprong op de finish was enorm, maar prolongatie van de titel in de dubbelvier kwam niet helemaal aanwaaien.
Genieten
"De rest kwam redelijk snel een stukje dichterbij", zei Wieten over de start. "We moesten het tempo er snel opzetten. De eindsprint die we normaal gesproken pas op 500 meter vantevoren beginnen, hebben we nu op 750 meter ingezet. Toen we uitliepen, begon het genieten al een beetje."
"De laatste meters waren fantastisch, het geluid op de tribunes, echt geweldig", straalde Van Lierop.
Roeien is teamsport, maar in de dubbelvier zaten ook enkele individuele hoogtepunten. Want waar Karolien Florijn in de skiff (eenpersoonsboot) de grote favoriet is voor de olympische titel, is broer Finn Florijn net even eerder olympisch kampioen.
"Jaha! Dat had ik zelf ook nog niet verwacht, maar dat is wel lekker", lachte Florijn. "Heel speciaal. In je bed lig je te malen en als het dan eindelijk voorbij is... Zo heerlijk."
Wieten meest succesvolle olympische Nederlandse roeier
Voor Wieten was het goud ook extra speciaal: de 30-jarige Amsterdammer is nu de succesvolste Nederlandse olympische roeier ooit. Na brons in Rio (2016) en goud in Tokio (2021) won Wieten in Parijs zijn derde olympische medaille. Wieten stamelde wat toen hij het hoorde. Florijn hielp een handje: "Dat is echt heel bijzonder hoor, kan ik je vertellen. Heel vet."
"Het voelt nog een beetje raar", grinnikte Wieten bescheiden. "Maar laten we eerlijk wezen: met de groep die eraan komt, gaat het niet lang zo zijn."
Met vijf wereldtitels en drie zilveren medailles op de afgelopen WK in 2023 is de Nederlandse roeiploeg beter dan ooit. Ook in Parijs tonen ze al vier dagen uitstekende vorm.
Donderdag liggen de volgende medaillekansen voor Nederland te wachten in Vaires-Sur-Marne, een tiental kilometers ten oosten van Parijs. Drie kansen welteverstaan, in de dubbeltwee voor mannen en vrouwen en de twee-zonder voor vrouwen. Het doel van twee keer goud lijkt zeker haalbaar.
De mannen van de dubbelvier, die grimassend nog wat op elkaar leunden, konden met de benen de lucht in. Wel zonder de oranje trainingsjacks met lange mouwen die ze ondanks de broeierige hitte droegen tijdens de huldiging en het persrondje. "Mag dit vest toevallig ook uit?" riep Wieten. "Oh, wat is dit warm", klonk het toch vooral voldaan.