Van der Poel laat mountainbike staan, kiest voor olympische wegrit en Tour
Mathieu van der Poel komt tijdens de Olympische Spelen alleen in actie in de wegwedstrijd bij het wielrennen. Hij gaat niet van start bij het mountainbiken. Daarvoor ziet de wereldkampioen op de weg, in combinatie met de Tour de France, geen ruimte in zijn programma.
"De meest logische keuze. Het zorgt ervoor dat ik iets meer tijd heb en me dus langer en beter kan voorbereiden", zegt Van der Poel in een persbericht van zijn ploeg Alpecin-Deceuninck.
Hij twijfelde eerder al over zijn zomerprogramma en achtte de combinatie van mountainbiken en wegwielrennen bij de Olympische Spelen in Parijs "bijna onmogelijk".
Nederland heeft één startbewijs voor de mountainbikewedstrijd van de mannen. Van der Poel, wiens avontuur op de mountainbike tijdens de vorige Spelen van korte duur was na een harde valpartij, leek de voornaamste kandidaat om daar in het oranje aan de start te staan.
Rust richting Tour
Na een succesvolle winter in het veldrijden en een glansrijke voorjaarscampagne in de wegklassiekers besloot Van der Poel de mountainbike voorlopig te laten staan.
Bekijk hieronder een reconstructie van de olympische mountainbikerace in Tokio, die voor Mathieu van der Poel voortijdig eindigde na een zware valpartij vroeg in de wedstrijd.
"Als ik nu vol wil focussen op het mountainbiken en perfect voorbereid wil zijn, moet ik volgend weekend al van start in Nove Mesto", aldus Van der Poel. "Dus heb ik in overleg met de ploeg gekozen voor een iets langere rustperiode, waarna ik zonder tijdsdruk kan opbouwen naar de Ronde van Frankrijk en de olympische wegrit."
In aanloop naar zijn volgende doel, de Tour de France, heeft Van der Poel geen andere wedstrijden op zijn programma staan. Na een trainingsstage in Spanje volgt een hoogtestage. De Tour start op 29 juni in Florence. De olympische wegwedstrijd is op 3 augustus.
Bondscoach: 'Jammer, maar begrijpelijk'
Gerben de Knegt, bondscoach van de Nederlandse veldrijders en mountainbikers, heeft begrip voor de keuze van Van der Poel.
"Heel jammer, maar wel begrijpelijk", zegt De Knegt tegenover de NOS over de keuze voor de wegrit, en dus niet het mountainbiken. "Om beide te doen, daar kleeft een risico aan. Dan kan het ook twee keer niks worden. En we weten inmiddels dat als hij zich ergens volledig op richt, hij dan vaak succesvol is."
De combinatie die Van der Poel kiest, lijkt op die van 2023, toen hij kort na de Tour het wereldkampioenschap op de weg won.
"Het is eigenlijk een copy-paste", beaamt De Knegt. "Mountainbiken is toch wat lastiger. Hij heeft dat toch alweer een tijdje niet gedaan. Er zijn er ook maar weinig die dat kunnen. Ja, één ander iemand: Tom Pidcock. Maar van die twee heeft Pidcock iets minder grote wedstrijden op de weg gewonnen en wat meer succes gehad op de mountainbike."
"Hoe dan ook, jammer is het. Het is zijn eigen beslissing. Hij heeft mij wel gezegd dat hij in toekomst zeker nog gaat mountainbiken."
'Kans op Nederlandse mountainbiker in Parijs nihil'
De keuze van Van der Poel betekent dat er waarschijnlijk geen Nederlandse mountainbiker bij de mannen in Parijs zal uitkomen, beseft De Knegt. "We hebben een startplek. Die is vorig jaar door Tom Schellekens in de wacht gesleept op basis van zijn beloftenprestatie."
"Maar we hebben op dit moment geen elitesporter die zich gekwalificeerd heeft volgens de normen van NOC*NSF. Wij kunnen als bond wel een voordracht doen bij NOC*NSF - en dat zullen we waarschijnlijk ook wel doen - maar de kans dat er een andere sporter gaat is waarschijnlijk nihil."
In Tokio deed behalve Mathieu van der Poel ook Milan Vader mee aan de olympische mountainbikewedstrijd. Vader werd tiende, maar heeft zich daarna uitsluitend toegelegd op het wegwielrennen.
Bij de vrouwen zullen wel twee Nederlandse kanshebbers afgevaardigd worden. Europees kampioen Puck Pieterse lijkt zeker van haar plek. Dat geldt vermoedelijk ook voor Anne Terpstra, al koestert ook Anne Tauber nog hoop op een startplekje.
Mountainbiken in LA?
De 29-jarige Van der Poel heeft nog geen definitief afscheid genomen van de mountainbike. "Wie weet wat er nog kan in 2028 in Los Angeles?", wijst hij op de volgende olympische kans. "Dat is nog lang, maar ik zal dan in een andere fase van mijn carrière zitten. Misschien kan ik dan een keer alles op dat mountainbiken zetten. Dit jaar is de combinatie gewoon te moeilijk."
