Haïti valt steeds meer ten prooi aan gewelddadige bendes
De bestorming van een gevangenis afgelopen zaterdagavond, de uitbraak van cholera en keihard bendegeweld: het is dagelijkse kost voor de inwoners van Haïti. Duizenden mensen in de sloppenwijken lijden honger en moorden zijn er aan de orde van de dag. Hoe heeft het zo ver kunnen komen en hoe komt het dat bendegeweld niet wordt ingedamd?
Dit weekend nog was er de ontsnapping van duizenden gedetineerden in de hoofdstad Port-au-Prince, nadat de gevangenis was bestormd door criminelen. De gewelddadige bestorming is er een in een lange reeks van bendegeweld.
Volgens de recentste cijfers van Unicef leeft zo'n 60 procent van de Haïtianen onder de armoedegrens. Vooral in de sloppenwijken van de hoofdstad is de toestand kritiek. Tachtig procent van de bendes is daar actief. Volgens de Verenigde Naties kwamen er vorig jaar bijna 5000 mensen om door bendegeweld.
Machtige bendes
Dat geweld bereikte een climax toen president Jovonel Moïse in 2021 werd vermoord. Volgens de wet zou de voorzitter van het Hooggerechtshof de president moeten vervangen, maar hij stierf aan de gevolgen van corona.
Sinds de moord op de president heeft het land geen functionerend bestuur meer en hebben bendes steeds meer macht gegrepen. Volgens Robert Fatton, Haïti-deskundige aan de universiteit in het Amerikaanse Virginia, is de maatschappelijke orde zoek. "Er zijn zo'n 200 bendes in Haïti en die zijn bijzonder gewelddadig, vooral in de hoofdstad", zei hij in december tegen Nieuwsuur.
Wapens worden veelal geïmporteerd vanuit de Verenigde Staten, die eerder sancties hebben opgelegd aan de hoogste bendeleider. Toch gaat het geweld onverminderd door.
Nieuwsuur sprak met de hoogste bendeleider van Haïti:
Volgens de Haïtianen is het hoog tijd om internationale hulp in te schakelen, maar de eerder beloofde VN-missie onder leiding van Kenia is nog niet van start gegaan. Verschillende landen, waaronder het West-Afrikaanse Benin, beloofden militairen te sturen.
Premier Henry van Haïti was voor een veiligheidsovereenkomst in Kenia, maar is sinds de geweldsgolf van vorige week nergens meer te bekennen. De machtigste bendeleider eist dat Henry aftreedt en zei op sociale media het "land te willen bevrijden."
Waarom de buitenlandse interventie nog niet is begonnen, is onduidelijk, maar VN-missies in Haïti zijn bij zowel de inwoners als bij de VN zelf een gevoelig onderwerp. Een eerdere VN-missie die in 2004 van start ging, mondde uit in een cholera-epidemie. Ook moest de VN door het stof, omdat uit rapporten bleek dat VN-militairen op vredesmissie meerdere inwoners seksueel hebben misbruikt. De veiligheidstroepen zijn sinds 2017 niet meer actief.
Ondanks die gevoeligheid kan de hulp als het aan de bevolking ligt niet snel genoeg beginnen. Een vrouw die in de hoofdstad Port-au-Prince in een tentje woont, is het daarmee eens. Haar huis werd gekaapt en in brand gestoken door bendes, haar zus en man werden vermoord. "Ik heb sindsdien geen oog meer dichtgedaan", vertelt ze.
Haïti-deskundige Robert Fatton ziet de toekomst somber in. Hij denkt dat er alleen een oplossing komt als de bendes en de regering tot een compromis komen. Maar daar lijkt het voorlopig niet van te komen. De regering in Haïti heeft vanwege de aanvallen op de gevangenis de noodtoestand uitgeroepen.
Sinds het geweld van vorige week ligt het openbare leven in de hoofdstad Port-au-Prince zo goed als stil. Zo'n 15.000 mensen zijn uit hun huis gevlucht, uit vrees voor de ontsnapte gevangenen. Relschoppers in de hoofdstad raken slaags met de politie, omdat ze eisen dat de premier opstapt. De VS heeft zijn burgers opgeroepen om Haïti zo snel mogelijk te verlaten.