Dijkgraaf: hardere aanpak stagediscriminatie, 'direct plaatsen, geen gesprek'
Studenten in het mbo hoeven in de toekomst misschien niet meer op stagegesprek bij een leerbedrijf. De onderwijsinstelling kiest dan welke student het beste past bij een leerbedrijf op basis van "competenties en leerwensen". Op deze manier hoopt minister Dijkgraaf van Onderwijs stagediscriminatie uit te bannen, zo staat in zijn plan om het middelbaar beroepsonderwijs te versterken.
Stagediscriminatie is al jaren een hardnekkig probleem. Stage lopen is verplicht op het mbo, maar voor studenten met een migratieachtergrond is dat vaak moeilijk. Bij een sollicitatiegesprek worden ze eerder afgewezen of ze krijgen een afwijzing op hun sollicitatiebrief, zo blijkt inmiddels ook uit wetenschappelijk onderzoek. "Er zijn studenten die wel twintig keer afgewezen zijn, keer op keer. Dat is zo frustrerend", aldus de onderwijsminister.
Radicalere maatregelen
Door verschillende ministers van Onderwijs is geprobeerd het probleem aan te pakken, met bijvoorbeeld een speciale website en meldpunt. Dijkgraaf constateert dat eerdere plannen te weinig hebben opgeleverd. Hij denkt nu aan "radicalere" maatregelen.
Samia kreeg met discriminatie te maken toen ze stage wilde lopen als onderwijsassistente. Projectleider stages van het ROC Nijmegen Femke Spoeltman herkent haar verhaal:
Dijkgraaf spreekt van het "stimuleren van objectief werven en selecteren door leerbedrijven". "Het doel is dat leerbedrijven studenten niet langer aannemen op basis van een persoonlijke klik", aldus de minister.
De Nationaal Coördinator tegen Racisme en Discriminatie Baldewsingh pleitte onlangs voor een dergelijke oplossing. Dijkgraaf gaat zijn idee verder uitwerken met het bedrijfsleven en onderwijsinstellingen en komt in het najaar met een concretere uitwerking.
Gehoord
In het mbo-plan pleit Dijkgraaf voor een gelijkwaardige behandeling ten opzichte van hun hbo- of universitaire studenten. Uit recent onderzoek blijkt dat mbo-studenten zich niet gezien of gehoord voelen.
Sinds 2018 mogen ze zich officieel student noemen, maar het blijkt nog lastig om lid te worden van een studentenvereniging of zijn ze niet welkom in een kroeg of club. "Voor zo'n gelijkwaardige behandeling moeten nog veel stappen genomen worden", schrijft de onderwijsminister. "Dat zit bijvoorbeeld in de bewustwording in taalgebruik, de betrokkenheid in het studentenleven en bij het opdoen van buitenlandse ervaring."
In Nederland zitten meer dan 500.000 studenten op het mbo.