Toezichtraad Meta bezorgd over transparantie
Facebooks moederbedrijf Meta heeft veel huiswerk meegekregen van de eigen toezichtraad. In de eerste jaarrapportage van de zogenoemde Oversight Board klinkt veel kritiek over met name het gebrek aan transparantie vanuit het bedrijf over de manier waarop het actie onderneemt tegen berichten.
Het rapport toont dat Meta, dat de afgelopen jaren naar eigen zeggen veel investeerde in het aanpakken van moderatieproblemen, nog een lange weg te gaan heeft. Bovendien zijn er signalen dat het concern minder prioriteit geeft aan de eigen rol bij de aankomende tussentijdse verkiezingen in de VS. Die verkiezingen zouden een potentieel nieuw cruciaal moment voor het het bedrijf kunnen zijn.
De Oversight Board is een door Meta zelf opgerichte organisatie die indirect, via een stichting, door het concern wordt gefinancierd. Beide partijen benadrukken dat de raad onafhankelijk werkt. Het idee is dat zij oordelen over de meest ingewikkelde zaken, zodat die verantwoordelijkheid niet meer bij topman Mark Zuckerberg komt te liggen.
Tot nu toe blijkt de toezichtraad een kritisch orgaan, dat aan de ene kant de macht heeft om moderatiebesluiten van Facebook en Instagram terug te draaien, maar aan de andere kant beperktere invloed heeft op het beleid dat door Meta wordt gevoerd.
In totaal deed de raad in het eerste jaar 86 beleidsadviezen, waarvan er 28 volledig zijn doorgevoerd. De rest werd deels doorgevoerd (27), wordt nog naar gekeken (8), werd al aan gewerkt (14) of wordt niet aangepakt (10). Wat ook opvalt is dat Meta in een aantal gevallen oordeelde dat vragen van de raad niet relevant waren; de meeste vragen werden overigens gewoon beantwoord.
Grote beperking van de raad
Het jaarrapport betreft de periode oktober 2020 en december 2021. In die tijd kreeg het toezichtsorgaan 1,15 miljoen beroepsverzoeken binnen. Daarbij gaat het om zaken waarbij de gebruiker het niet eens is met het besluit van Facebook of Instagram betreffende een bepaald bericht. Dit leidde uiteindelijk tot twintig oordelen over de vraag of Facebook of Instagram juist heeft gehandeld.
Het onderzoek brengt zo een belangrijke beperking van de raad aan de oppervlakte; er werd afgelopen jaar geoordeelde over slechts 0,0017 procent van de beroepsverzoeken. Het doel is dan ook vooral om te kijken naar bepaalde patronen: welke zaken staan symbool voor meer beroepsverzoeken en zijn daarmee dus relevant om te behandelen? De meeste oordelen gingen over berichten met haatdragend taalgebruik.
Begin dit jaar bleek al uit een analyse van de NOS dat in 70 procent van die behandelde zaken Meta door de eigen raad op de vingers werd getikt. In de vijf zaken van dit jaar kreeg het bedrijf vier keer ongelijk waardoor het percentage zo blijft, zo blijkt uit data van de NOS.
Tussentijdse verkiezingen VS
Dit jaar zal de raad onder meer te maken gaan krijgen met de tussentijdse verkiezingen in de VS. The New York Times meldde gisteren dat binnen Meta de aandacht hiervoor minder groot is dan vier jaar geleden. Het team dat fulltime bezig is met het onderwerp is volgens de krant geslonken van 300 naar 60 medewerkers. Volgens het bedrijf zelf zijn "honderden" medewerkers met het thema bezig.
Bij de vorige tussentijdse verkiezingen in 2018 noemde topman Mark Zuckerberg het toezicht op de eigen rol nog een topprioriteit. Volgens de krant is hij nu vooral bezig met de metaverse, het concept waarbij de fysieke en virtuele in grote mate door elkaar heen lopen en waarbij virtual en augmented reality een grot rol spelen.
Daarnaast meldt persbureau Bloomberg dat Meta ook nog een belangrijke tool om desinformatie op te sporen, CrowdTangle, steeds minder aandacht geeft. Men gaat ervan uit dat het bedrijf hier uiteindelijk mee stopt, mogelijk na de tussentijdse verkiezingen.