Appje van Wüst helpt Nuis aan olympisch ticket: 'Toch blijf ik me slecht voelen'
Zo'n beetje alles gewonnen wat er te winnen valt, alle treden van de internationale podia wel betreden. En toch had Kjeld Nuis woensdagochtend een appje van ploeggenote Ireen Wüst nodig om hem er aan te herinneren hoe hij zich ook alweer voor de olympische 1.500 meter van Peking 2022 kon plaatsen.
De 35-jarige veterane, die in februari in China aantreedt op haar vijfde en laatste Winterspelen, stuurde haar drie jaar jongere ploeggenoot tien uur voor de slotafstand van het OKT een berichtje via WhatsApp. Het ging, kort gezegd, over de edele kunst van het finishen.
"Ireen komt altijd over de streep alsof ze daarna nog drie ronden moet schaatsen", zei Nuis. "Tot de laatste centimeter geeft ze gas, waar ik altijd al voor de finish klaar ben en glijdend mijn race beëindig. Voor de eerste keer ben ik nu tot de finish doorgereden."
Hoe het beviel? "Top!"
Op de allesbeslissende schaatsmijl werd het verschil tussen de nummers 1 en 2 bepaald door de gouden tip van Wüst. Nuis liet, met de handen op de rug tijdens de rechte stukken, achtereenvolgens 23,25 - 25,42 - 26,48 - 28,70 noteren, goed voor een eindtijd van 1.43,85. Krol kwam in de daaropvolgende rit tot 23,22 - 25,06 - 26,69 - 28,90. En daarmee moest hij uiteindelijk twee-honderdsten van een seconde toegeven.
Bekijk in onderstaande slideshow de samenvatting van de 1.500 meter, de reactie van Kjeld Nuis na de race en hoe Nuis met zijn zoontje de zege viert:
Nuis tekende daarmee voor de elfde tijd ooit in Thialf gereden. "Ik ben vooral blij dat die laatste volle ronde eindelijk eens geen bottleneck bleek. Ik kwam over de streep en dacht alleen maar: bám, lekker bezig, pik!"
De blijdschap bleek evenwel van bijzonder korte duur en maakte al binnen een paar tellen plaats voor boosheid. Inwendig vloekend en tierend vroeg hij zich af hoe het een etmaal eerder in 's hemelsnaam zo gruwelijk mis had kunnen laten gaan. Er spookte eigenlijk maar één ding door zijn hoofd. "Waarom kon ik dit gisteren niet?"
Het was de eerste maal sinds 8 maart 2020 dat de olympisch en wereldkampioen weer eens een 1.500 meter won. En het waren berichtjes als die van Wüst die Nuis erdoorheen sleepten na zijn mislukte missie van een dag eerder op de 1.000 meter, bekende hij.
Als je wint, heb je vrienden, zo bleek op de laatste twee dagen van het OKT eens te meer. Amper een half uur na zijn victorie op de 1.500 meter waren al zo'n 150 felicitaties binnengekomen op zijn telefoon.
Ik voel me ontzettend slecht. Nog steeds. Dit doet ongelooflijk veel pijn.
Vele malen meer waarde hechtte Nuis echter aan de 50 opbeurende boodschappen die hem woensdag bereikten na de mislukte missie op de kilometer. Want in tijd van nood, leer men echte vrienden kennen.
Woensdagnacht had hij in het atletenhotel, zoals hij het zelf noemde, "plafonddienst" gehad. Hij had het hart uit zijn lijf gejankt en maakte, als een vorm van zelfkastijding, op zijn hotelkamer een rondje langs de sociale media.
"Dan zie je foto's van die vier Nederlandse toppers op de 1.000 meter en dan ben uitgerekend jij degene die op die afstand niet naar de Olympische Spelen gaat." Dat hij die berichten las, was voor hem eigenlijk vanzelfsprekend. "Je ligt toch maar in je bed. En je moet toch wat?"
Slapen was er niet bij. Om kwart over twee opende hij in arren moede maar een appje dat hem met behulp van mindfulness doorgaans wel in slaap brengt. "Meestal ben ik halverwege vertrokken. Maar nu heb ik de volle elf minuten afgekeken. Zonder succes."
Hoe hij het ook probeerde, Nuis slaagde er maar niet in de gemiste kans op de kilometer uit zijn hoofd te zetten. Het zou hem toch niet gebeuren dat hij, na de mislukte OKT's van 2009 en 2013 voor de derde maal onverrichterzake huiswaarts keerde?
Zou in 2021 dan echt álles tegenzitten, vroeg hij zich af. Tijdens een voorbereidend trainingskamp in Inzell trof hij zich na het maken van een aantal capriolen vanaf de duikplank van een zwembad plots aan op de hartafdeling van een lokaal ziekenhuis.
Uit voorzorg liet hij zich onderzoeken, nadat hij plots pijnscheuten in de hartstreek had gekregen. Hij bleek pericarditis te hebben, een ontstoken hartzakje als gevolg van een coronavaccinatie van Pfizer. Een zeldzame bijwerking die zo'n dertig op de achttien miljoen mensen treft.
Hij was een week goed ziek, maar herstelde al snel. Al bleken de wereldbekers in Tomaszów Mazowiecki, Stavanger en Salt Lake City geen onverdeeld genoegen. Hij eindigde roemloos als zesde, zevende en elfde.
Hoe hij erin was geslaagd zich op de valreep te vermannen, Nuis had desgevraagd geen notie. De teleurstelling dat hij in Peking zijn olympische titel op der 1.000 meter niet mag verdedigen was geen partij voor de troost dat hij dat op de 1.500 meter uiteindelijk wel mag. "Ik voel me ontzettend slecht. Nog steeds. Dit doet ongelooflijk veel pijn."
De wetenschap dat een Nederlander die in China op de kilometer aan de start verschijnt meteen een serieuze medaillekandidaat is, was als een handje zout in een gapende open wond.
"Met het niveau dat ik op de 1.500 meter heb, doe je internationaal mee. Maar het moet nog sneller om mee te doen voor de prijzen."
Hoe hij zijn olympische titel op de mijl moet prolongeren, zal Nuis in Peking helemaal in zijn eentje moeten uitzoeken. Wüst kan hem immers niet van de gouden tip voorzien. Want zelfs Nederlands meest gelauwerde olympiër slaagde er nooit in zichzelf op een en dezelfde afstand te volgen.