Correspondenten: China gebruikt coronabeperkingen om ons kort te houden
Het gaat in rap tempo verder bergafwaarts met de persvrijheid in China, concluderen buitenlandse correspondenten in het land. China maakt onder meer gebruik van de coronabeperkingen om journalisten van buitenaf onder druk te zetten, zegt de FCCC. Die vereniging inventariseert jaarlijks onder correspondenten hoe het ervoor staat met de vrije pers.
Dit jaar vulden 150 journalisten de vragenlijst in en voor het derde jaar op rij zei niemand van de respondenten dat de werkomstandigheden zijn verbeterd.
Volgens het rapport gebruikt de Chinese staat alles wat in zijn macht ligt om journalisten, hun Chinese collega's en geïnterviewden lastig te vallen en te intimideren. China gebruikt onder meer de coronapandemie om, onder het mom van de volksgezondheid, buitenlandse journalisten verder aan banden te leggen, zegt de FCCC.
Accreditatie ingetrokken
Dat gebeurt via surveillancesystemen, maar ook door journalisten herhaaldelijk te testen op corona om zo hun werk te traineren. Ook werden verslaggevers in sommige gevallen voor de keus gesteld om onmiddellijk te vertrekken of anders 14 dagen in quarantaine te gaan.
Visumbeperkingen gelden eveneens als beproefd middel om verslaggevers te kortwieken, zegt de vereniging. Eind maart 2020 sloot China de grenzen ook voor buitenlanders met geldige reispapieren. Die beperkingen werden later stap voor stap opgeheven, behalve voor een "significant aantal" buitenlandse journalisten.
In de eerste helft van 2020 trok China de accreditatie in van achttien journalisten van The New York Times, The Wall Street Journal en The Washington Post. Dat was wel een reactie op een besluit van de VS om werkvergunningen van tientallen Chinese journalisten ongeldig te verklaren.
Geen hotelkamer
Behalve de coronapandemie zijn ook Taiwan, Hongkong, Tibet, de autonome regio Binnen-Mongolië en de onderdrukking van de Oeigoeren en onderwerpen die de staat onwelgevallig zijn.
Journalisten die berichten over Oeigoeren worden ernstig geïntimideerd, concludeert de vereniging. Correspondenten die verslag deden in die regio werden bijvoorbeeld gedwongen om foto's of andere gegevens te verwijderen. In een aantal gevallen werd journalisten een hotelkamer geweigerd of werden ze zelf of een collega opgepakt.
Vorige week werd de manier waarop China met die bevolkingsgroep omgaat, door de Tweede Kamer bestempeld als volkerenmoord, ofwel genocide. In de regio in het westen van het land zitten mogelijk meer dan een miljoen Oeigoeren en andere moslims vast in strafkampen en detentiecentra.
NOS-correspondent Sjoerd den Daas zag in oktober hoe China probeert die strafkampen geheim te houden:
Vier op de tien ondervraagden werd in 2020 door de autoriteiten fysiek in de gaten houden. Een even groot aandeel vermoedt dat hackers op hen hadden voorzien en iets minder dan een derde van de ondervraagden werd gedwongen om digitale gegevens te laten zien of te verwijderen.
"Het leek alsof mijn telefoon op afstand werd aangezet", zegt correspondent Charles Pellegrin van France24. "Ik gebruikte mijn telefoon als notitieblok toen hij uit zichzelf versprong naar mijn herinneringen. Een daarvan heette ongelukkig genoeg Wuhan pitches."
Een andere journalist vertelt dat functionarissen een collega ondervroegen over een verhaal dat nog niet was gepubliceerd.
Begin deze maand werden de internetplatformen van de NOS en Nieuwsuur in China geblokkeerd. Peking heeft daarvoor geen inhoudelijke verklaring gegeven. Ook websites van andere Nederlandse en buitenlandse media zijn in China niet te bezoeken.