Kabinet over vuurwerk: het kan zo niet verder

Het kabinet wil het afsteken van vuurwerk verder inperken. Een belangrijke leidraad bij de manier waarop dat gebeurt is het advies van de Onderzoeksraad voor Veiligheid. Die stelde een verbod op knalvuurwerk en vuurpijlen voor.

De vraag wat het kabinet nu precies wil verbieden, wilden premier Rutte en minister Grapperhaus niet concreet beantwoorden. Rutte zei dat de of-vraag niet meer naar de orde is, maar wel de vraag hoe. "Als ik zeg wat mijn belangrijkste leidraad wordt, begrijpt u ongeveer welke kant we op gaan", voegde Grapperhaus eraan toe. Rutte verwacht niet dat er een totaalverbod op vuurwerk komt.

De afgelopen week pleitten steeds meer instanties en organisaties voor een al dan niet algemeen verbod. In de Tweede Kamer is een meerderheid voor het niet meer toestaan van gevaarlijk vuurwerk.

Volgens Premier Rutte kan het niet op deze voet met vuurwerk verder.

Premier Rutte zei dat we niet op de oude voet door kunnen gaan met de manier waarop we nu Oud en Nieuw vieren. Hij was tijdens de jaarwisseling zelf in Den Haag en dat was volgens hem "of je in een oorlogsgebied zat".

"Dit vraagt echt om het opnieuw fundamenteel doordenken van Oudejaarsavond", voegde hij eraan toe. Hij zei ook dat in een rechtsstaat de politiek zorgvuldig moet zijn bij het "inperken van gebruiken in een samenleving waar veel mensen aan hechten".

Niet iedereen is blij met het kabinetsplan om het afsteken van vuurwerk in te perken, maar vuurwerkhandelaar Marcel Coene uit het Westland kan ermee leven:

Grapperhaus sprak van "een Wildwest-puinhoop". De komende tijd wil het kabinet allerlei plannen uitwerken, samen met de politie, het Openbaar Ministerie, de brandweer en burgemeesters. Het kabinet wil die in februari presenteren en ze zouden dan de komende jaarwisseling al van kracht kunnen worden.

Ministers legden er de nadruk op dat het bij de problemen rond de jaarwisseling niet alleen om vuurwerk gaat, maar bijvoorbeeld ook om het hinderen van hulpverleners.

Het kabinet wil dat het onmogelijk wordt dat iemand die geweld tegen een hulpverlener pleegt een taakstraf krijgt. Volgens Grapperhaus moet in zo'n geval een vrijheidsstraf worden opgelegd. Verder komen er ook maatregelen om de politie beter in staat te stellen om handhavend op te treden.