Miljoen Chilenen protesteren tegen regeringsbeleid
In de Chileense hoofdstad Santiago zijn een miljoen mensen de straat op gegaan om te protesteren tegen de regering. Dat is het hoogste aantal sinds ruim een week geleden toen de protesten uitbraken in het Zuid-Amerikaanse land.
Het protest verliep gisteravond vreedzaam. Demonstranten liepen met Chileense vlaggen een protestmars door de straten van Santiago. Ze eisen dat de regering meer doet tegen de ongelijkheid in het land en de hoge kosten van het levensonderhoud. Niet alleen in de hoofdstad gingen mensen de straat op, ook in andere steden werd geprotesteerd.
Na de demonstratie braken op verschillende plekken toch weer rellen uit:
De gouverneur van Santiago noemt het een historisch moment, dat zo veel mensen vreedzaam demonstreerden. Eerdere protesten liepen uit op rellen en plunderingen. Daarbij vielen zeker zeventien doden. Sinds vorige week vrijdag geldt de noodtoestand in de Chileense hoofdstad en ook stelde het leger een avondklok in.
Boodschap gehoord
De president van Chili, Sebastian Piñera, zegt op Twitter dat hij de boodschap van de demonstranten heeft gehoord. "De vreedzame mars van vandaag, waarin Chilenen om een rechtvaardiger en verenigd Chili vragen, opent deuren naar de toekomst", twitterde hij.
Daar lijken veel Chilenen geen boodschap aan te hebben, want een groot aantal demonstranten wil dat de president opstapt. Eerder deze week kondigde Piñera aan de demonstranten tegemoet te komen, door onder meer het basispensioen met 20 procent te verhogen en de elektriciteitstarieven te bevriezen. Daar namen ze geen genoegen mee en bleven protesteren.
De protesten in Santiago begonnen na een prijsverhoging van de metrokaartjes. Na gewelddadige protesten werd die maatregel teruggedraaid. De protesten gaan inmiddels over de sociale ongelijkheid in het land. Chili is een van de meest welvarende landen van Latijns-Amerika, maar er is een grote kloof tussen arm en rijk.